Attention Deficit/Hyperactivity Disorder (ook wel ADHD) is meestal aangeboren. Dus het zit vaak in de familie, maar het kan ook wel eens een generatie overslaan. Heel soms krijgen mensen ADHD door zuurstofgebrek bij de geboorte. Je hebt ADHD dus al vanaf de kinderleeftijd, meestal met een begin voor het 12e jaar.
Factoren die een rol spelen bij ontstaan ADHD
erfelijke aanleg. problemen in het executief functioneren van de hersenen. afwijkingen in hersenstructuren. verminderde gevoeligheid voor bekrachtiging.
ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Het is een aandachtstekortstoornis die gepaard gaat met hyperactiviteit en impulsiviteit. Je kunt niet pas op latere leeftijd ADHD 'krijgen'. Eén van de criteria om aan de diagnose te voldoen, is dat de problemen al sinds de kindertijd spelen.
ADHD is meestal aangeboren. Dit wil niet zeggen dat een kind geboren wordt met ADHD, maar wel met de aanleg voor ADHD. De aandoening is voor deel erfelijk. Als je ouders of eventuele broers of zussen ook ADHD hebben is er een grote kans dat je zelf ook ADHD hebt.
Er wordt veel onderzoek gedaan naar de genen die de kans op ADHD doen toenemen. Voorlopig zijn dat er steeds meer, maar elk gen draagt maar voor een klein deel bij aan het risico. Als je zelf ADHD hebt is er een kans van 30% dat je broer of zus het ook heeft, en 50% dat je kind het zal hebben.
Met voeding en supplementen kun je ook heel veel doen om je systeem rustiger te krijgen. Er zijn allerlei testjes om uit te zoeken welke disbalans iemand heeft. Gaba bijvoorbeeld is een kalmerende neurotransmitter die veel mensen met ADHD tekort komen, dus een supplement kan rustgevend werken.
Er is lang verondersteld dat ADHD een rijpingsprobleem was dat vanzelf zou verdwijnen met het ouder worden. Het blijkt echter gecompliceerder. Bij één op de drie jeugdigen verdwijnen de symptomen vrijwel helemaal.
ADHD is een neurobiologische stoornis. Er gaat iets niet goed in de hersenen; er is een tekort aan zogeheten neurotransmitters (dopamine en noradrenaline). Deze neurotransmitters zorgen ervoor dat informatie tussen de ene zenuwcel snel en goed worden doorgegeven aan een andere zenuwcel.
Uit de review van Millichap en Yee (2012) komt naar voren dat een dieet met veel suikers en vetten ADHD verergert, en dat een ADHD-vriendelijk eetpatroon de symptomen kan verlichten. De auteurs adviseren om suikers, toegevoegde stoffen, conserveringsmiddelen en allergenen te schrappen.
Mensen met Attention Deficit Hyperactivity Disorder herken je vaak aan de concentratieproblemen of het aandachtstekort. Daarnaast zijn ze vaak ook hyperactief en impulsief. Hyperactiviteit herken je aan niet stil kunnen zitten, wiebelen, vaak opstaan of druk en luid praten.
Je huisarts kan je doorverwijzen naar bijvoorbeeld PsyQ. Daar worden je klachten verder onderzocht en kan een psychiater of psycholoog een diagnose stellen. Of de test lijkt aan te geven dat je geen ADHD hebt. Ook dan is een bezoek aan je huisarts aan te bevelen.
Vind je een MRI-scan van hersenen nodig om een diagnose van ADHD te stellen? “Nee. ADHD is niet te zien in de hersenen.
Voorbeelden hiervan zijn vroeggeboorte, vroege traumatische ervaringen en een tekort aan voedingsstoffen. Slaaptekort leidt ook tot ADHD-kenmerken. Slaap en ADHD is eigenlijk een soort kip-en-het-ei-verhaal. Door ADHD heb je een grote kans op slaapproblemen, maar door slaapproblemen verergeren ook je ADHD-klachten.
Gedragstherapie en coaching helpen om minder last van ADHD te hebben. Uw huisarts kan u verwijzen naar bijvoorbeeld een psycholoog, psychotherapeut of psychiater. Medicijnen kunnen helpen, maar kunnen ook ernstige bijwerkingen hebben.
Officieel wordt de diagnose bij kinderen pas gesteld vanaf 5, 6 jaar. Natuurlijk begint ADHD al eerder, maar dan is het vaak moeilijk om hyperactiviteit te onderscheiden van normaal druk gedrag bij peuters en kleuters.
ADHD kenmerken
Je kind is hyperactief: zit moeilijk stil, kan niet rustig spelen, kan zich niet lang met één activiteit bezighouden en praat extreem veel. Je kind heeft een slechte concentratie: is snel afgeleid, kan zijn aandacht er niet bij houden en luistert niet naar anderen of valt hen in de rede.
De belangrijkste kenmerken van ADHD bij mannen en vrouwen zijn: problemen met de aandacht of de concentratie, moeite met organiseren, hyperactief of overbeweeglijk zijn en impulsiviteit.
Dus als je je niet herkent in "druk" zijn kan het toch zijn dat er sprake is van hyperactiviteit. Daarnaast is het zo dat als je ADD hebt (het overwegend onoplettendheidtype), je weinig tot geen hyperactiviteitsklachten zal herkennen, al valt ook dit subtype onder de noemer ADHD.
Als er sprake is van de stoornis ADHD, moet de impact op het participeren in het maatschappelijk leven aangetoond worden volgens de basisdefinitie van een handicap (langdurige en belangrijke beperking van de kansen tot sociale integratie). Die impact kan zeer wisselend zijn.
Autisme en ADHD komen vaak gezamenlijk voor, hoe vaak precies is nog onbekend. Wat betreft gedrag kennen de twee diagnoses opvallend veel overlap. Dit maakt het stellen van de juiste diagnose vaak lastig. De oorzaken van het gedrag kunnen totaal verschillend zijn.
De hersenen van mensen met ADHD reageren sneller op prikkels (impulsen, stemmingen en gebeurtenissen). Dit kan er toe leiden dat je je moeilijk kunt concentreren en snel afgeleid raakt. Je kunt ook impulsief gedrag vertonen. Vaak ben je lichamelijk overactief of onrustig (hyperactiviteit).
Het meest typerende verschil tussen iemand met ADHD en ADD is het hyperactieve gedrag. Als je ADD hebt, dan kom je vaak rustig en dromerig over, in tegenstelling tot iemand met ADHD. Maar jouw hoofd zit echter wel vol met gedachten en ook jij hebt last van concentratieproblemen.