Gebruik onbehandeld hout
Stookhout mag niet behandeld, geverfd of gelakt zijn. Bij verbranding komen er schadelijke stoffen vrij. Dit kan gevaar opleveren voor jezelf en voor je omgeving. Bovendien ontstaat hierdoor meer aanslag in je houtkachel of houthaard en in het rookkanaal.
Berkenhout – extra schoon, veel warmte. Essenhout – brandt traag, mooi vlammenspel. Eikenhout – brandt traag, weinig rook en geeft knetterende vlammen. Elzenhout – brandt sneller, maar geeft snel warmte af.
Bovendien vervuilt de schoorsteen sneller en door de roetvorming kunnen schoorsteenbranden ontstaan. Beter niet doen dus. Ook tropisch hardhout is niet geschikt. Een extra waarschuwing: er zijn ook houtsoorten die ook onbehandeld bij verbranding giftige dampen afgeven.
Is het vuur eenmaal aan kan men beter hardhout aan de houtkachel toevoegen. Dit heeft een dichtere structuur en zal langer en daardoor efficiënter branden. Het rendement van hardhout ligt een stuk hoger. Hardhout levert ook meer warmte op uit de houtkachel.
Het Indonesische teakhout heeft een hoog vochtigheidsgehalte en dient dus eerst goed gedroogd te worden. Teakhout wordt als haardhout echter niet veel gebruikt.
In de Wet milieubeheer (artikel 10.2) staat dat het verboden is om afvalstoffen te stoken. Daarom mag iemand in een houtkachel of vuurkorf alleen onbehandeld en ongeverfd hout verbranden. Gemeenten kunnen een ontheffing verlenen als het niet om gevaarlijke afvalstoffen gaat.
Alle hout is brandbaar, ook dat van coniferen. Enkel, coniferen bevatten harsen die moeilijker drogen, die ook door en door droog moeten zijn om niet aan te laden in de schouw, en die dus meer geduld vergen vooraleer ze brandhout zijn.
Het beste hout voor in de kachel of openhaard is hardhout zoals beuk, eik, kastanje en acacia. Dit hout brandt lang en geeft mooie vlammen af. Zachte houtsoorten zoals berk, linde, wilg en populier branden minder lang.
Toch is er een verschil tussen zogenaamd hardhout en harshoudend (zacht) hout. Die laatste categorie (den, spar, berk, pallethout, ...) is niet geschikt voor de meeste kachels en haarden. Bij de verbranding komen harsen vrij die verdampen.
Hout van fruitbomen geeft het mooiste vuur met de minste rook. Eik en beuk branden lang, geven mooie vlammen, en de kooltjes gloeien lang na. Zachtere houtsoorten (populier of wilg) branden minder lang maar geven sneller warmte, en je vuur laait hoger op.
Essenhout. Essenhout is een van de bekendste houtsoort om mee te stoken. Essenhout is een harde houtsoort, wat traag brandt en daardoor zeer geschikt is voor de openhaard. Naast het feit dat Essenhout traag brandt, geef het ook een mooie vlammenspel af.
Berkenhout /Elzenhout
Dit type hout is uitermate geschikt voor speksteenhaarden, Finovens, openhaarden, buitenhaarden en haarden met weinig trek. Deze houtsoorten zijn zeer gemakkelijk aan te steken en blijven “zonder veel omkijken” met veel vlam branden en geven daardoor veel sfeer.
Ongeschikt haard hout
Bijvoorbeeld populierenhout verspreidt een nare stank. Esdoornhout geeft bij verbranding een scherpe, prikkelende geur. Ook het gebruikt van naaldhout kunt u beter vermijden in uw kachel.
Hout met hars, zoals dennen- en sparrenhout, verbrand je best niet in je kachel. Hierdoor ontstaat roet in de schoorsteen, wat een schouwbrand kan veroorzaken.
Zware houtsoorten zijn haagbeuk, valse acacia, beuk, eik, es, kastanje, notenboom, olm, kers en esdoorn. Lichte houtsoorten zijn berk, linde, wilg, gewone den, douglas, els, spar en populier. Haagbeuk levert uitstekend brandhout, maar is zeer gevoelig voor schimmels.
Brandhout te lang opslaan is geen goed idee.
Hierdoor stijgt de kans op houtworm en boktorren. Bovendien verliest het jaarlijks 3% van haar energiewaarde. Wij raden een houtvoorraad van 3 jaar aan.
Naaldbomen. Vurenhout gebruiken als aanmaakhout, niet gebruiken in de open haard en niet gebruiken voor de kachel (vervuiling van het rookkanaal).
Dennenhout bevelen we ook niet aan, in de open haard tijd was het een hele vette “nee!” omdat het dennenhars in een open haard niet goed verbrande. In de moderne houtkachel is dat niet meer belangrijk. Toch bevelen wij het niet aan omdat het hout dan wel echt perfect gekloofd en droog (max12% vocht) moet zijn.
Openhaardhout wordt zogenaamd “droog” genoemd als het vochtigheidspercentage onder de 20% is. Vanaf dit moment is het haardhout droog genoeg om direct te kunnen stoken. Als het vochtigheidspercentage meer dat 20/25% is, dient u het openhaardhout nog langer te laten drogen.
Droog hout geeft een hol geluid al u twee stukken tegen elkaar aanslaat. De barst van droog hout is gemakkelijk te pellen. Nat hout is vaak nog groen van kleur. Vochtgehalte droog hout is 20% of minder.
Eigenschappen van berk als brandhout
Dit is te danken aan de schone witte schors van de berk. Doordat dit hout weinig zuurstof nodig heeft om goed te branden, veroorzaakt het ook weinig vervuiling door rook. De vlammen geven een gezellige warmte waardoor het een ideale houtsoort is om te gebruiken als brandhout.
Nee, een houtkachel is niet verboden en op dit moment zijn er geen plannen om het stoken van hout te verbieden. Echter worden de eisen van houtkachels wel steeds strenger. De hoofdreden hiervoor is dat uit onderzoek blijkt dat de uitstoot van schadelijke stoffen vanuit deze kachels en haarden nog te hoog ligt.
De HETA SL 8 is misschien wel de schoonst stokende productie kachel ooit. De SL8 heeft een uitstoot van minder dan 3mg fijnstof en dat is 13 (!) keer lager dan de nieuwe norm die in 2020 ingevoerd wordt.
Een pelletkachel is relatief een stuk duurder in aanschaf dan bijvoorbeeld een houtkachel. Hou er wel rekening mee dat een pelletkachel een hoger rendement heeft en pellets een goedkopere brandstof zijn dan haardblokken.