Problemen met plassen komen meestal door meer dingen tegelijk: De blaas rekt minder uit of rekt te veel uit. De spieren van de blaas werken minder goed. De spieren tussen uw penis en anus worden slapper.
Bekende oorzaken van urineretentie bij zowel mannen als vrouwen zijn een beroerte en een trauma waarbij de hersenen of het ruggenmerg beschadigd is (bijvoorbeeld een dwarslaesie). Een andere oorzaak van niet kunnen plassen is het gebruik van bepaalde medicijnen, zoals verschillende medicijnen tegen longaandoeningen.
Een goede toilethouding is dus belangrijk, goed zitten en rustig wat bekken kantelen aan het einde van het plassen kan helpen (of zelfs een keer even gaan staan en weer gaan zitten). De bekkenbodemspieren een keer aanspannen en weer loslaten helpt ook.
Een zwakke urinestraal betekent dat je minder krachtig kan plassen. Bij mannen is de oorzaak meestal een vergrote prostaat bijv. door een goedaardige prostaatvergroting. Bij vrouwen is doorgaans een verzakking (prolaps) van de baarmoeder en/of van de blaas het probleem.
Wat merk ik bij een blaasontsteking (vrouw)?
Plassen doet pijn of geeft een branderig gevoel. U voelt vaker dat u moet plassen. Maar u plast elke keer maar een klein beetje. Het gevoel te moeten plassen kan al pijn doen.
Oorzaken van plasproblemen
Ouderdom. Een overactieve blaas. Prostaatkanker. Vernauwing in de plasbuis, bijvoorbeeld na een infectie of beschadiging van de plasbuis.
Klik hier voor de oorzaken bij vrouwen
Afwijkingen van de plasbuis; Operaties voor urineverlies; Tumoren in het kleine bekken; Fowler Syndroom; overactiviteit van de plasbuis-sluitspier.
Als bekend is waardoor je je blaas niet goed leeg kunt plassen, is het belangrijk om de oorzaak aan te pakken, bijvoorbeeld: bij druk door harde ontlasting: behandeling van de verstopping (obstipatie) bij een tumor: operatie, bestraling, chemotherapie of andere therapie.
Interstitiële cystitis (IC) noemen we ook wel blaaspijnsyndroom. Het is een chronische goedaardige aandoening van de urineblaas, die niet wordt veroorzaakt door bacteriën. Het gaat om een ontstekingsreactie van de blaaswand. Het lijkt op een blaasontsteking, maar antibiotica helpen niet.
Blaaskanker is een ongecontroleerde groei van cellen uit de binnenbekleding van de blaas (het urotheel). Er zijn twee vormen van blaaskanker te onderscheiden: niet in de blaasspier ingroeiend en wel in de blaasspier ingroeiend. Deze uitingsvorm van de blaaskanker bepaalt de prognose en de behandeling.
Chronische retentie is doorgaans pijnloos. Het kan leiden tot recidiverende infecties, incontinentie, overactieve blaas en beschadiging van de m. detrusor.
Zorg ervoor dat uw plas een vloeiende straal is, onderbreek deze dus niet. Het kan helpen om tijdens het plassen licht naar voren en naar achteren te bewegen. Wiebel na het plassen heen en weer. Buig voorover en pers licht, om eventueel achtergebleven urine alsnog uit te plassen en nadruppelen te voorkomen.
om de blaas volledig te legen kunt u een aantal keren het bekken kantelen (onderrug hol en bol maken), ga daarna weer rechtop zitten en ontspan zoveel mogelijk; knijp tot slot de bekkenbodemspier aan en trek in; veeg niet teveel met toiletpapier. Spoel liever na met wat water en dep daarna droog.
U kunt last hebben van een zwaar gevoel in de vagina, onder in de buik of laag in de rug. Soms kunt u de verzakking buiten de vagina zien of voelen. U kunt problemen bij het plassen hebben, zoals het gevoel niet goed uit te kunnen plassen, heel vaak te moeten plassen, terugkerende blaasontstekingen en urineverlies.
Normaal gesproken plassen we per 24 uur ongeveer zes á zeven keer, waarvan soms één keer 's nachts. Als u vaker moet plassen – misschien wel ieder uur- dan spreken we van een overactieve blaas.
Als u veel stress ervaart kan het zijn dat u vaker het gevoel heeft naar het toilet te moeten. Dit komt omdat uw spieren aanspannen bij angst of stress, hierdoor komt er meer druk op uw blaas wat het gevoel geeft dat u moet plassen.
Wanneer u denkt dat u mogelijk een blaasontsteking heeft, kunt u met Blaas-Check® uw urine testen (1e screening). U vangt daarvoor wat (ochtend)urine op in een schoon potje en voert de test uit. Voor de juiste uitvoering van de test leest u de bijsluiter van de test.
Bij een urineweginfectie is het slijmvlies aan de binnenkant van de urinewegen ontstoken. Een infectie van de lagere urinewegen heet een blaasontsteking. Een onbehandelde blaasontsteking kan leiden tot een nierbekkenontsteking. Een urineweginfectie ontstaat door bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers.
Als je veel drinkt, moet je ook vaak plassen en zul je de blaas schoonspoelen. Als de klachten niet ernstig zijn of slechts een paar dagen aanhouden, dan kun je het beste een paracetamol nemen tegen de pijn. Producten met cranberry, zoals sap of tabletten, kunnen helpen om een blaasontsteking te voorkomen.
Medicijnen. Uw arts kan u medicijnen voorschrijven om de symptomen van uw urineretentie onder controle te krijgen. Sommige van deze medicijnen werken op de spieren die voor het plassen nodig zijn, andere op het wegnemen van de obstructie.
Klachten Meestal worden blaaspoliepen vastgesteld na een episode van pijnloos bloed plassen. Hierbij is de urine rose gekleurd, maar het geeft soms ook de indruk puur bloed te plassen. Ook kunnen klachten ontstaan zoals pijn in de onderbuik, pijn in de flanken en/ of het gevoel heel vaak te moeten plassen.
De meest gebruikte behandelingen bij blaaskanker zijn: chirurgie (bij een oppervlakkige blaastumor, een CIS of bij een infiltratieve tumor) spoelingen van de blaas met chemotherapie of BCG. een laserbehandeling.