Hoewel het op het eerste gezicht misschien logisch lijkt om de muur te behangen van links naar rechts of van rechts naar links, is het juist belangrijk dat u dit niet doet, maar begint met de tweede baan vanaf een hoek. Een hoek is namelijk vrijwel nooit volledig recht.
Werk bij het behangen altijd van het raam af. Op deze manier valt het licht in de behangnaden zodat ze nauwelijks opvallen. Doe je het andersom – dus naar het raam toe – dan vallen de behangnaden juist enorm op.
Bij een verspringend patroon zijn enkel de even en oneven banen hetzelfde. Je meet de eerste baan af en merkt die aan de ommezijde zachtjes met het cijfertje 1. Vervolgens sluit je het patroon van de tweede baan op de eerste baan aan en je knipt het stuk af dat je overhoudt.
De eerste baan plakt u strak langs de startlijn. Wrijf de banen tegen de muur met een handborstel. Zo haalt u de lucht achter het behang weg. Voorkom kreuken van het behang en zorg dat de naden goed aansluiten en niet overlappen.
Teken vervolgens een loodrechte 'startlijn' op de muur, vanaf hier ga je beginnen met de banen aanbrengen. Zorg dus dat het een rechte lijn is, anders zal je later scheef geplakt behang aan de wand hebben, en dat is zonde!
Het inweken is een belangrijke voorwaarde om naden in het behang te voorkomen. Dit doe je door eerst de bovenste helft van de binnenkant van de behangbaan goed in te smeren met de lijm. Deze bovenste heft vouw je naar binnen toe (zonder aan te drukken, anders ontstaat er een vouw) tot aan de niet ingesmeerde helft.
Als hulpje kun je bij de banen achter op de baan een stipje zetten om de bovenkant aan te duiden. De ene baan heeft dan het stipje aan de bovenkant, bij de volgende zit het stipje aan de onderkant. Als je bij dit behang de rollen gewoon naast elkaar zou plakken, ga je banen en vaak ook kleurverschil zien.
Iedereen kan behangen. Het belangrijkste is dat je je goed voorbereid. Als je nog nooit hebt behangen, begin dan eerst met het makkelijkste behang. Dus behang waar geen patroon in zit en die niet te dun is.
Vliesbehang heeft geen inweektijd omdat de wand moet worden ingesmeerd met behanglijm. Papier behang moet doorgaans 5 minuten inweken. Vinyl behang moet doorgaans 10 minuten inweken.
De gemiddelde kosten van een behanger ligt tussen de 25 en 30 euro per uur. Als u er van uitgaat dat de meeste behangers gemiddeld 3,5 uur doen om een kamer van 45 m² opnieuw te behangen dan kunt u dus rekening houden met een bedrag tussen de 87,- en 105,- euro als totaalprijs.
Prepareer de behanglijm en smeer de muur royaal in met lijm. Let op dat je alleen de muur met lijm insmeert, het behang zelf niet. We raden je aan te beginnen met de meest linkerbaan. Begin bovenaan en rol het behang naar beneden, druk het stevig aan.
Bij een verspringend patroon heeft elke tweede baan een patroon meer dan de eerste baan. Hier houden we in onderstaand voorbeeld rekening mee. Rond de uitkomst naar boven af. In dit geval heeft u 7 banen behang nodig.
Wat betekent 'banen storten'?
Dit betekent dat elke baan omgekeerd ten opzichte van de vorige gekleefd moet worden om een uniform resultaat te bekomen. Bij een vrije aanzet moeten de banen soms gestort gekleefd worden om eventueel lichte kleurverschillen te vermijden.
Hoe glad een muur moet zijn om te behangen? Dat hangt deels af van je behang. Bij dik behang hoef je niet al te nauwkeurig te zijn, maar bij wat dunner behang is het wel verstandig de muur goed glad te maken. Of je wand glad genoeg is, kun je makkelijk controleren door er even met een vlakke hand overheen te wrijven.
Voorstrijk behang zorgt ervoor dat de behanglijm niet te snel in de ondergrond trekt. Wanneer de muur een sterke zuigende werking heeft zal de behanglijm sneller in de ondergrond trekken. Hierdoor kan het behang zich slechter hechten. Zonder voorstrijk kan het behang zich aan de muur vastzuigen.
Wanneer er toch grotere luchtbellen ontstaan dan kunt u deze het beste even doorprikken met een Stanleymes om de lucht weg te laten lopen. Dit doet u met een scherp Stanleymes. Daarna drukt u het behang weer aan met een behangborstel.
Veel mensen vinden behangen moeilijk, maar met een paar goede adviezen valt het best mee. Een goede voorbereiding, zorgvuldig en netjes werken, dan kan iedereen een kamertje behangen. Welke materialen heeft u nodig? Hoe krijgt u voor het beste resultaat.
Dikkere bulten, grote barsten en diepere putten krijg je er evenwel niet mee weg. Anderzijds kan je sommige soorten vliesbehang gewoon op je Tasso-muur kleven zonder dat je eerst moet plamuren. Ook dat is een belangrijk voordeel.
Lastige ondergronden zoals een gestructureerde muur of poreus oppervlak, zijn meestal niet geschikt om te behangen. De ondergrond is simpelweg te ruw om het behang te laten plakken. En dat is jammer, want juist met wandbekleding zoals behang kun je een ruimte precies de uitstraling meegeven die je voor ogen hebt.
Laat het behang tussen de verflagen door minimaal 24 uur drogen. Schilder niet te veel over droge stukken en werk zo veel mogelijk nat-in-nat. Zo bekom je het mooiste resultaat.
Rechte aanzet: er moet rekening gehouden worden met een tekening. Als het ontbrekende deel van de tekening zich op dezelfde horizontale hoogte van de baan bevindt, is er sprake van een rechte aanzet. Bekijk hier de instructiefilm voor het behangen met een rechte aanzet.
Repareer eventuele gaten of ruwe plekken en/of verbindingen. Gips de hele muur en wanneer het droog is moet de muur worden geschuurd en glad gemaakt, gebruik een primer op de muur om een succesvol resultaat te verzekeren. Dit betekent dat je de muur met lijm insmeert en laat drogen voordat je begint met behangen.
Door de grove structuur is een granol muur niet geschikt om direct op te behangen. Wel zou behangklaar stucwerk al voldoende zijn. Doorgaans scheelt dit enigszins in de kosten in vergelijking met sausklaar stucwerk.