Theo Thijssenschool. Op de Theo Thijssenschool mag een leerling maximaal één keer blijven zitten in de groepen 1 tot en met 7. In groep 8 mag dit niet.
Uit onderzoek naar zittenblijven blijkt dat dit in veruit de meeste gevallen geen positieve invloed heeft op de schoolloopbaan en de motivatie van leerlingen. Het aantal zittenblijvers in Nederland blijft echter hoog. Zittenblijven heeft vaak een negatief effect op zowel de motivatie en daarmee prestatie.
Wie bepaalt of mijn kind blijft zitten of overgaat naar de volgende groep of klas? De school beslist of uw kind overgaat naar de volgende groep of klas. Hier bestaan geen wettelijke regels voor. In de schoolgids staat hoe de school omgaat met overgaan en zittenblijven.
Door de onderwijsvrijheid (Art. 23) hebben scholen ruimte bij het opstellen van regels voor zittenblijven. Veel scholen in het voortgezet onderwijs hanteren de regel dat je maximaal twee keer op die school mag blijven zitten. Het komt ook voor dat je maximaal vijf jaar over de onderbouw van havo en vwo mag doen.
Blijven zitten in groep 7
Meestal zijn er meerdere punten die samen leiden tot deze beslissing. Soms stelt een school voor een kind vervroegd door te laten stromen naar het voortgezet onderwijs. Zo zijn er kinderen die na groep 7 doorstromen naar de praktijkschool.
Een keertje zittenblijven is in Nederland vrij normaal: bijna de helft van de leerlingen blijft een keer zitten op de basisschool of op de middelbare school. Maar een jaar doubleren op de basisschool is volgens wetenschappelijk onderzoek zelden zinvol.
Met een A-attest met uitsluiting kan de leerling in principe niet overzitten, tenzij het een uitgebreide clausulering betreft. Dan kan overzitten wel, zonder advies van de klassenraad. Een C‑attest betekent dat de leerling niet geslaagd is voor het voorbije schooljaar, en dus moet 'blijven zitten'.
Een kind is een vroege leerling als hij is geboren tussen oktober en december. Word je kind geboren tussen januari en maart, dan is hij een late leerling. Alles daartussen zijn de reguliere leerlingen.
Leerkrachten zouden vaker kleinere toetsen moeten geven, zo onthoud je de dingen beter. Blijven zitten demotiveert en helpt leerlingen niet. Blijven zitten voor maar 1 vak is al helemaal belachelijk! Toetsen moeten ook gaan over relevante leerstof en hoeven niet te bulken van de instinkers.
eerste klas: voor kinderen van 6-7 jaar (komt overeen met groep 3 van de basisschool) tweede klas: 7-8 jaar (groep 4) derde klas: 8-9 jaar (groep 5) vierde klas: 9-10 jaar (groep 6)
In het schoolreglement van de meeste scholen staat dat leerlingen: maximaal 1 keer mogen blijven zitten in dezelfde klas; 1 keer mogen zakken voor het examen; of 2 keer mogen blijven zitten in verschillende klassen.
Veel kinderen die blijven zitten op de basisschool – een kleine tien procent, volgens cijfers van de Rijksoverheid – doen dat in groep 2. Ze kleuteren dus een jaartje extra. Vaak is een kind dan nog te speels, volgens school, en kan het zich nog niet goed concentreren op de lesstof.
er zijn maximaal 3 tekortpunten toegestaan. maximaal eenmaal het cijfer 5 in de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde. alle tekortpunten dienen te worden gecompenseerd.
Zittenblijven kost de schatkist jaarlijks circa 500 miljoen euro, ofwel 3% van de uitgaven aan het PO en VO. Daarnaast zijn er indirecte kosten. Doordat zittenblijvende leerlingen later de arbeidsmarkt betreden, missen zij inkomen. Hierdoor derft de overheid ook belasting- en premie-inkomsten.
In 2016 bleef 7,4 procent van de jongens in havo 3 zitten, tegen 4,7 procent van de meisjes. Havo 4 kent de meeste zittenblijvers: 15,3 procent van de jongens en 11,6 procent van de meisjes. Ook in het vmbo en het vwo bleven vooral meer jongens zitten in de klassen voorafgaand aan het examenjaar, vanaf de derde klas.
Jaarlijks blijven in het voortgezet onderwijs bijna 45.000 leerlingen zitten. Op basis van deze gegevens.
We noemen ze buispunten. Er zijn wel strikte voorwaarden: Je mag voor maximum 3 B-vakken een tekort hebben. Het aantal punten dat je tekort hebt, mag niet meer zijn dan het aantal B-vakken dat je hebt.
Wat kan ik doen tegen mijn C-attest? Wanneer je als leerling in het secundair onderwijs een C-attest krijgt, mag je niet overgaan naar een volgend jaar. Een C-attest kan men echter niet zomaar toekennen. Een paar tekorten volstaan niet.
Na een buis op je eerste examen kan je dus gewoon een herexamen maken. Als het nodig is, heb je zelfs nog recht op een tweede herexamen. Aan het begin van een nieuw jaar, op 1 januari, krijg je sowieso drie nieuwe examenkansen. Voor je een herexamen maakt, is het handig om te weten waarom je net buisde.
Groep 1 is officieel het eerste leerjaar van de basisschool. Vaak worden dit de jongste kleuters genoemd. Dit zijn over het algemeen kinderen van 4 en 5 jaar. In uitzonderingssituaties mag een kind dat 3 jaar en 7 maanden oud is al naar groep 1 (of groep 0).
Het gros vd nov-dec kinderen blijft gewoon in groep 1 na dat eerste halve jaar op school. Bij ons op school gaan de kinderen van augustus-december altijd naar groep 2 en wordt later bekeken of ze nog een keer groep 2 gaan doen. Van januari-juli komt in groep 0, daarna groep 1 en dan groep 2.
Je kind kan naar het 1ste leerjaar B. Daar krijgt het meer onderwijs op maat, zodat het bepaalde vaardigheden of kennis beter onder de knie krijgt. Na een geslaagd 1ste leerjaar B kan het nog naar het 1ste leerjaar A gaan, of - met een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad - naar het 2de leerjaar A.
Ja, dat mag. Als je minstens 18 jaar, en dus meerderjarig bent, mag je jezelf inschrijven in een school en dus je eigen richting kiezen.
Overstappen van 1A naar 1B, van 2A naar 2B, van 2B naar 2A of veranderen van basisoptie kan gedurende het hele schooljaar maar enkel na akkoord van de toelatingsklassenraad. In de tweede en derde graad kan men veranderen van studierichting tot en met 15 januari.