De BDI is een zelfrapportage-vragenlijst van 21 vragen die de mate van depressiviteit inventariseert. Deze items meten de mate van hopeloosheid, prikkelbaarheid, schuldgevoelens en fysieke symptomen, zoals moeheid, slaapproblemen of gewichtsverlies in de afgelopen 2 weken.
Mensen die depressief zijn, zijn langdurige tijd somber en hebben vrijwel nergens zin in. Ze verliezen vaak interesse in de dingen om zich heen en kunnen niet echt meer genieten. Men spreekt van een depressie als de gevoelens van neerslachtigheid minstens twee weken duren. Hierbij hoort ook een gebrek aan motivatie.
Een depressie kan veel oorzaken hebben, maar kan ook 'zomaar' ontstaan. Omdat er vaak geen duidelijke reden of oorzaak is, kan het extra frustrerend zijn als je in een depressie zit. Een depressie zie je meestal niet aan de buitenkant van iemand. Daarom kan je je met een depressie vaak zo onbegrepen en alleen voelen.
Neurotransmitters en depressie
Bij het ontstaan van een depressie zijn vooral serotonine, noradrenaline en dopamine van belang. In bepaalde delen van de hersenen zou er bij depressie een tekort optreden van deze neurotransmitters.
Als je depressief bent is het belangrijk dat je dit met je werkgever bespreekt. En samen met de bedrijfsarts onderzoekt hoe ernstig je klachten zijn en wat het beste is om te doen. Misschien niet doorgaan met depressief thuis werken, maar even helemaal stoppen en wat rust nemen en daarna weer rustig op gaan bouwen.
Hersenactiviteit en volume kunnen gemeten worden met behulp van een MRI scanner. Er wordt gedacht dat mensen met een depressie- of angststoornis een verstoorde verwerking, reactie en geheugen hebben voor emotionele prikkels uit de omgeving.
U voelt zich triest voelen of hulpeloos, tot niets in staat. Het lukt niet meer om ergens nog plezier aan te beleven, u verliest interesse in onderwerpen en het is lastiger om zich te concentreren. Andere gevoelens die vaak voorkomen bij depressies zijn prikkelbaarheid, of juist een dof en leeg gevoel van binnen.
Goede of slechte ervaringen of gebeurtenissen die je leven opeens erg veranderen, kunnen ervoor zorgen dat je depressief wordt. Voorbeelden daarvan zijn het verlies van je partner, ontslag of een verhuizing. Maar denk ook aan schokkende gebeurtenissen die je somber en angstig maken, zoals een beroving of een ongeluk.
Naast gevoelens van somberheid kunnen ook gevoelens en gedachten van leegte, onmacht en minderwaardigheid een signaal zijn. U voelt zich bijvoorbeeld onzekerder dan voorheen en er is een toename van twijfels en besluiteloosheid. Emotionele onevenwichtigheid wordt ook wel gezien als een voorteken.
Een depressie zit meestal niet alleen in het hoofd, maar brengt vaak ook lichamelijke gevolgen met zich mee. U kunt hierbij denken aan het hebben van hoofdpijn of het veranderen van de eetlust met een gewichtstoename of -afname tot gevolg. Ook in de hersenen zijn fysieke veranderingen terug te vinden.
Een depressie is een psychische stoornis waardoor je je bijna dagelijks neerslachtig voelt. Je hebt geen zin in de dag en voelt je constant moe en gespannen. Als je depressief bent, staat niet alleen de huishouding van je emoties op z'n kop. Je functioneert doorgaans ook slechter op lichamelijk en cognitief gebied.
Zware depressie
Zware depressies hebben een grote invloed op het dagelijks leven: je gaat op den duur nergens meer naar toe, het lukt niet meer om te werken, boodschappen te doen, voor kinderen te zorgen en een normaal dag- en nachtritme te volgen.
Beweeg regelmatig: wandelen, sporten en bewegen lijkt misschien geen aantrekkelijk idee als je somber bent, maar het is bewezen dat sporten helpt wanneer je depressief bent. Blijf leuke dingen doen: leuke dingen blijven doen met vrienden of familie is erg belangrijk als je depressief bent.
Dit duurt minstens twee weken. Gemiddeld duurt een depressie een maand of 8, maar het overgrote deel van de mensen met een depressie voelt zich in minder dan 3 maanden weer beter. Aanhoudende depressies duren vaak 2 jaar en langer.
Tegen een depressiepatiënt kun je dus beter niet alles zeggen wat er misschien in je opkomt. 'Het belangrijkste is dat je er voor iemand bent als hij daar behoefte aan heeft', zegt Cuijpers. 'Je mag natuurlijk altijd informeren hoe het met iemand gaat. En luister dan vooral naar wat hij zegt en oordeel niet.
Neurotransmitters. Bepaalde stoffen in de hersenen maken een mens kwetsbaar voor depressie. Dat zijn de zogenaamde neurotransmitters, die zorgen voor emoties, eetlust en concentratievermogen. Enkele van deze neurotransmitters, namelijk serotonine en noradrenaline, werken in op de stemming.
PSYCHOLOGIE Medicijnen tegen depressie – de zogenaamde antidepressiva – nemen niet alleen de depressieve gedachten weg bij mensen, maar zorgen ook voor persoonlijkheidsveranderingen. Een nieuwe onderzoek toont aan dat patiënten minder neurotisch worden. Ook gedragen mensen zich extraverter dan voorheen.
U krijgt de Ziektewet-uitkering maximaal 2 jaar (104 weken). Uw Ziektewet-uitkering stopt als u volgens ons uw oude werk weer kunt doen. Of als u na de Eerstejaars Ziektewet-beoordeling geen recht meer heeft op een Ziektewet-uitkering.
Uw arts kan in overleg met u medicijnen tegen depressie voorschrijven bij ernstige klachten of als behandeling zonder medicijnen te weinig helpt. Voorbeelden van medicijnen tegen depressie (antidepressiva) zijn: citalopram , fluoxetine , paroxetine , sertraline , amitriptyline , nortriptyline.
Maak het jezelf makkelijk
Vertel bijvoorbeeld dat je last van je ziekte hebt, maar er een goede behandeling voor hebt gekregen en ermee hebt leren overweg te gaan. "Als je alleen maar zegt dat je somber bent en last hebt van stemmen in je hoofd, laat je mensen schrikken.
Psychisch verzuim is een vorm van ziekteverzuim. Een medewerker is dan niet in staat om te werken vanwege psychische klachten. Denk bijvoorbeeld aan overspannenheid, een burn-out, een depressie of een angststoornis. Het duurt vaak langer voor de werknemer helemaal is hersteld bij psychische klachten dan gemiddeld.
De mogelijke beperkingen bij een depressieve stoornis zijn daarbij als volgt in te delen: Affectieve beperkingen als gevolg van: Stoornis in het emotioneel beleven: negatief zelfbeeld, schaamte over de eigen prstaties, gespannenheid, verlies aan interesse, onvermogen te genieten en gevoelens van onvrede.