Er is geen wetenschappelijk bewijs dat het cholesterolgehalte te laag kan worden of dat dit gevaarlijk is voor je gezondheid. Er is daarom geen waarde voor een te laag cholesterol. Een laag cholesterolgehalte is bijna altijd onschuldig. Meestal geldt daarom: hoe lager het cholesterol, hoe beter.
Onderzoekers van het Radboudumc en hun Australische en Amerikaanse collega's ontdekten een nieuw defect in de stofwisseling, waardoor te weinig cholesterol wordt aangemaakt. Dit leidt tot afwijkingen in de hersenen, ontwikkelingsachterstand, epilepsie en kenmerkende afwijkingen aan het gelaat.
Een totaal cholesterol onder de 5 mmol/L is goed. Meer dan 8 mmol/L noemen we sterk verhoogd.
De verhouding tussen LDL- en HDL-cholesterol kun je verbeteren door matig te zijn met verzadigd vet en verzadigd vet te vervangen door onverzadigd vet. Dat kan door magere producten te kiezen, en harde vetten te vervangen door halvarine, zachte margarine en vloeibaar bak- en braadvet of olie.
Zorg dat het totaalcholesterol (LDL + HDL) onder de 5 mmol/liter blijft. Daarnaast is het belangrijk dat de cholesterol ratio onder de 4 blijft.
Het probleem ontstaat echter wanneer er teveel cholesterol is dat opgehoopt blijft in de vaatwand. Dit zorgt voor een vernauwing wat bloed en zuurstoftoevoer verslechterd. Dit zorgt voor bijvoorbeeld het hebben van etalagebenen, sneller moe worden of andere doorbloedingsklachten.
Haver, peulvruchten en fruit die pectine bevatten (zoals citrusvruchten, appels en grapefruits) helpen om je cholesterol te verlagen. In je darmen gaan de pectinevezels een verbinding met gal aan. Daardoor worden er minder vetten door je lichaam opgenomen.
Het is mogelijk om je HDL-cholesterol te verhogen dankzij kleine aanpassingen aan je voeding en levensstijl. Meer bewegen, verzadigde vetten vervangen door onverzadigde vetten (bijvoorbeeld boter eten in plaats van margarine) en wat minder alcohol drinken: het kan een groot effect hebben op je HDL-cholesterol.
LDL-cholesterol: minder dan 2,5 mmol/l = optimaal, meer dan 3,5 mmol/l = te hoog. HDL-cholesterol: minder dan 0,9 mmol/l = te laag.
Ook door stress kun je een hoge cholesterol hebben. Veel stress verhoogt het hormoon cortisol. Dit heeft op zijn beurt een effect op de verwerking van vet en suikers. Wat daarop volgt is een verhoging van de cholesterolwaarden.
Een langzaam werkende schildklier (hypothyreoïdie) heeft een ongunstig effect op het cholesterolgehalte. Het veroorzaakt een hoger totaal cholesterol en een hoger LDL-cholesterol. Soms veroorzaakt het ook een hoger triglyceridengehalte. Dit komt doordat er minder LDL-cholesterol in de lever wordt afgebroken.
Voor het slechte LDL-cholesterol is een zo laag mogelijke waarde het beste; het liefst 2,5 mmol/l of lager. Voor mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten is de streefwaarde voor LDL-cholesterol lager: lager dan 2,6 mmol/l bij mensen met een hoog risico op hart- en vaatziekten.
Het eten van ongezouten noten en pinda's verlaagt het LDL-cholesterol, dat slecht is voor de bloedvaten, en verkleint de kans op hart- en vaatziekten.” Andere tips voor verantwoord beleg die het Voedingscentrum meegeeft: Zuivelspread is kant-en-klaar beleg dat ook in de Schijf van Vijf staat.
Uit onderzoek blijkt dat het eten van noten het LDL-cholesterol verlaagt. Noten behoren daarom tot de cholesterolverlagende voeding. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld: walnoten, amandelen, hazelnoten, cashewnoten, pistachenoten, macadamianoten, paranoten, pecannoten en ook pinda's.
Er is geen algemene regel voor hoe vaak je je cholesterol moet laten meten. Dit hangt onder andere af van hoe groot je risico op een hart- of vaatziekte is. Je cholesterolwaarde kan per dag verschillen. Daarom is het soms nodig om 2 keer of zelfs vaker te meten.
Cholesterol en bloedvetten (triglyceriden) zijn bouwstoffen voor je lichaam. Een hoge cholesterolwaarde is geen ziekte. Het geeft geen klachten, maar kan wel je bloedvaten vernauwen. Daardoor vergroot het je risico op hart- en vaatziekten.
Om je cholesterol te verlagen, kan het daarom helpen om een ontbijt te maken waarin je wat minder producten met relatief veel verzadigde vetten (boter, volvette kaas en zuivel) eet en wat vaker producten rijk aan onverzadigde vetten (plantaardige margarines, avocado, noten en zalm) in je voeding probeert op te nemen.
In koffie zit cafestol. Dit stofje verhoogt het slechte (LDL-)cholesterol in het bloed. Bij filterkoffie blijft cafestol achter in het papieren filter. In koffie uit een filtermachine of koffiepad-apparaat zit dan ook weinig cafestol.
Saris: 'De Gezondheidsraad concludeert dat een effect van totale zuivel op het LDL-cholesterol onwaarschijnlijk is. En er is ook geen verband gevonden tussen het gebruik van totale zuivel en het risico op coronaire hartziekten.
Werkt cholesterol verlagend
Groene thee bevat tannines die op een natuurlijke wijze uw LDL-cholesterol verlagen. Dit LDL-cholesterol staat ook wel bekend als het 'slechte cholesterol'. Ook de catechinen in groene thee hebben een positief effect, met name in de darmen.
Er zijn in principe geen onmiddellijke symptomen van een verhoogde cholesterol. Je ziet of voelt dus niet dat je cholesterolwaarden te hoog zijn. Toch is het belangrijk om je cholesterolgehalte te kennen: een verhoogde cholesterol is immers een van de risicofactoren voor de ontwikkeling van hart- en vaatziekten.
Moeheid komt meestal door slaapproblemen. Maar ook psychische of lichamelijke oorzaken zijn mogelijk. Psychische oorzaken hebben te maken met hoe u zich voelt en waar u aan denkt. Lichamelijke oorzaken hebben te maken met wat u aan uw lijf voelt (jeuk, pijn) en met allerlei ziekten.