Uw echtgenote kan niet als persoon ten laste worden beschouwd. Enkel kinderen, broers of zussen, (groot)ouders en pleegouders kunnen fiscaal ten laste worden genomen. De huwelijkspartner of de wettelijk samenwonende partner kan nooit fiscaal ten laste zijn.
Het huwelijksquotiënt wordt dus toegevoegd aan de beroepsinkomsten van de partner met het laagste beroepsinkomen tot deze 30 % bereikt van het totale beroepsinkomen van de beide partners samen. Het huwelijksquotiënt bedraagt maximum 11.170 euro (aanslagjaar 2022, inkomsten 2021).
Kan ik hem/haar ten laste nemen? U kunt uw wettelijk samenwonende partner nooit ten laste nemen. Als u of uw wettelijk samenwonende partner geen of heel weinig beroepsinkomsten (loon, werkloosheidsuitkering, pensioen, …) heeft, heeft u automatisch recht op het 'huwelijksquotiënt'.
Partner: je partner dient officieel bij jou te wonen én moet voldoen aan de inkomstenvoorwaarde als persoon ten laste. Het bruto belastbaar inkomen van een persoon ten laste mag niet meer bedragen dan 2568,10 euro per kwartaal.
Pas als aan verschillende voorwaarden is voldaan, kan je iemand ten laste nemen: Jullie moeten verwant zijn: je kan dus enkel je ouders, grootouders, overgrootouders, kinderen, kleinkinderen, broers en zussen ten laste nemen.
Tot de personen die fiscaal ten laste genomen kunnen worden, behoren naast de kinderen, onder meer ook de ouders en de broers en zussen. Zijn zij 65 jaar of ouder, dan geven zij zelfs recht op een verhoogde toeslag op de belastingvrije som.
U moet zelf, bij het invullen van uw aangifte, aanduiden wie van beiden het kind ten laste neemt en bijgevolg als gezinshoofd wordt beschouwd. Een kind mag nooit tegelijkertijd door meerdere personen ten laste genomen worden.
Voor het invullen van de belastingaangifte in 2022 gelden de bedragen van inkomstenjaar 2021: maximum netto-bestaansmiddelen als je ouders samen worden belast: € 3 410. voor kinderen van een ouder die alleen wordt belast geldt de grens van € 4 920.
Iedere persoon heeft recht op een deel van zijn inkomen waarop hij geen belastingen moet betalen. Dat wordt de belastingvrije som genoemd. Met een kind ten laste is het deel van je inkomen waarop je geen belastingen moet betalen, groter. Je wordt dus op een kleiner bedrag belast en betaalt daardoor minder belastingen.
Voorbeeld: U woont samen met uw echtgeno(o)t(e), twee kinderen en uw grootmoeder. Uw echtgeno(o)t(e) heeft geen enkele vorm van inkomen, uw twee kinderen werken als loontrekkende en uw grootmoeder beschikt over een pensioen. U bent werknemer met gezinslast omdat enkel de situatie van uw echtgeno(o)t(e) van tel is.
Door de toepassing van de vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor de partner met laag beroepsinkomen, houdt de gehuwde of wettelijk samenwonende voornaamste kostwinner een hoger nettoloon over.
Antwoord: U bent op dit moment alleen eigenaar van uw woning, uw partner trekt bij u in. Gaat u samenwonen, dan is er op zich geen verplichting om iets te veranderen aan uw hypotheek. Het huis staat alleen op uw naam, de hypotheek mag op zich ook zo blijven.
Algemeen principe. Wettelijk samenwonen kan door een verklaring van samenwoning af te leggen voor de burgerlijke stand van je woonplaats. Bij dit principe krijg je meer bescherming dan feitelijke samenwonenden. Samen hebben jullie bijna dezelfde rechten en plichten als een getrouwd koppel.
Gemiddeld genomen is je netto loon ongeveer €2110 per maand als je €2500 bruto verdient.
Je bent gezinshoofd als je samenwoont met een of meerdere gezinsleden die geen eigen inkomsten hebben. Je bent alleenstaande als daadwerkelijk alleen woont. Je bent samenwonende als je geen gezinshoofd en geen alleenstaande bent.
Als fiscaal partners doe je samen aangifte en mag je inkomsten en aftrekposten verdelen, zoals onder meer aftrekposten van het huis, uitgaven voor specifieke zorgkosten of giften. Je bent elkaars fiscale partner vanaf het moment dat je bent getrouwd of een geregistreerd partnerschap aangaat.
Als uw belastbaar inkomen het bedrag van de belastingvrije som niet overschrijdt, hetgeen overeenkomt met een brutobedrag van 12.928,57 euro (aanslagjaar 2022, inkomsten 2021*), dan moet u geen belasting betalen.
Als de kinderen een studentenjob doen, en meer verdienen dan de wettelijke grens, zijn ze niet meer ten laste en moeten de ouders meer belastingen betalen. Ouders krijgen voor de kinderen die ze ten laste hebben een verhoging van de belastingvrije som, dat is het bedrag dat vrijgesteld is van belastingen.
Bij het berekenen van het salaris van een huismoeder zijn al deze functies meegenomen. Er rekening mee houdend dat een huismoeder dus bijna 100 uur per week werkt, zou je op een jaarsalaris van ruim 155.000 euro uitkomen.
U krijgt geld terug als u gedurende het jaar al meer belasting betaald hebt dan u verschuldigd bent. U hebt deze belasting dan al betaald via uw werkgever (ingehouden loonheffing), dividendbelasting of eerder opgelegde voorlopige aanslagen.
Alleen voor 1 en 2 kinderen kan fiscaal co-ouderschap voordeliger zijn, op voorwaarde dat beide ouders belast worden als alleenstaande waardoor ze allebei de bijkomende belastingvrije som van 1.550 euro krijgen. In dat geval genieten ze samen jaarlijks rond de 400 euro meer belastingvoordeel.
Het hangt o.a. af van de hoogte van het loon en het moment waarop men begint te werken. Zal men boven de grens van de zgn. nettobestaansmiddelen uitkomen, dan is men niet meer ten laste. Zal men in principe dit jaar nog onder die grens blijven, dan is het belangrijk dat het kind pas in 2019 alleen gaat wonen.
Gehuwden en wettelijk samenwonenden genieten de voordeligste tarieven qua successierechten en belastingen op de uitkering van de levensverzekering. Zo betalen ze geen erflasten op de gezinswoning (geldt voor alle gewesten).
Door een huwelijk in algehele gemeenschap van goederen is de vermogensverdeling dus ongelijk. Algehele gemeenschap van goederen resulteert in een gemeenschap van schulden. Echtgenoten worden dus ook verantwoordelijk voor elkaars (studie)schulden.
Woon je feitelijk samen? Het hoofd van het gezin neemt de gemeenschappelijke kinderen ten laste. Vaak de ouder met het hoogste belastbaar inkomen.