Nederlandse huisartsen zijn terughoudend met het aanvragen van gastroscopie.
Een endoscopie van de dikke darm noem je een coloscopie (of colonoscopie). Een endoscopie van de maag noem je een gastroscopie. Een endoscopie van de slokdarm noem je oesofagoscopie.
Aan het uiteinde van de slang zit een lampje dat de binnenkant van uw slokdarm, maag en twaalfvingerige darm verlicht en een kleine camera waardoor het onderzoek op een monitor te volgen is. Het onderzoek duurt ca. 15 minuten en kan langer of korter duren.
Als u een slechte hart- of longfunctie heeft, kan de MDL-arts besluiten u geen roesje te geven. Dit is om het risico op eventuele complicaties te verkleinen. De arts bespreekt dit met u op de behandelkamer. De keuze is dan om het onderzoek zonder roesje te doen, of alleen met pijnstilling.
Het onderzoek is niet pijnlijk. Veel mensen vinden vooral het inbrengen van de gastroscoop vervelend, omdat ze moeten kokhalzen. Sommige mensen krijgen een benauwd gevoel, omdat er een slang in hun keel zit. Het is belangrijk dat u de aanwijzingen van de arts en de endoscopieverpleegkundige goed opvolgt.
Een gastroscopie is een veilig onderzoek. Ondanks alle zorgvuldigheid kunnen in zeldzame gevallen complicaties optreden. In de meeste gevallen gaat het om een nabloeding. Dit komt vooral voor bij mensen die bloedverdunners of pijnstillers gebruiken.
De officiële uitslag krijgt u via uw huisarts of van uw behandelend specialist. De uitslag van eventueel onderzoek van weefsel duurt ongeveer een week.
Na de gastroscopie kun je last hebben van een opgeblazen gevoel in de bovenbuik of keelpijn. Er is een kleine kans op complicaties. Bij 1 of 2 op de 1.000 patiënten ontstaat een nabloeding. Dat gebeurt meestal bij patiënten die bloedverdunners of pijnstillers gebruiken.
De eerste uren na de behandeling kunt u last hebben van irritatie van de keel en pijn achter het borstbeen. Meestal zakt deze pijn een aantal dagen na de behandeling, maar soms kan de pijn één tot twee weken aanhouden. Een opgeblazen gevoel en pijn in de buik kunnen ontstaan door de lucht die ingeblazen wordt.
Als gevolg van de anesthesie zult u zich daar meestal niet veel van herinneren. U kreeg in onze polikliniek een afspraak voor een gastroscopie of onderzoek van de slokdarm en maag. Dit onderzoek gebeurt onder algemene narcose. In deze folder krijgt u informatie over het verloop van en de voorbereiding op het onderzoek.
Het onderzoek wordt gedaan met behulp van een speciaal instrument, de endoscoop. Een endoscoop bestaat uit een flexibele slang die ongeveer 9 mm dik is. Aan het uiteinde van de slang zit een klein lampje dat het slijmvlies van uw maag, slokdarm en twaalfvingerige darm verlicht.
Omdat u gekozen heeft voor een lichte narcose is een arts-anesthesist aanwezig die u met een injectie via een infusienaald een slaapmiddel zal toedienen. De hartwerking en ademhaling wordt permanent bewaakt. Meestal duurt het onderzoek ongeveer 5 tot 10 minuten.
Dit onderzoek is bedoeld om eventuele afwijkingen aan uw maag of slokdarm aan te tonen. U kunt hierbij denken aan een ontsteking, maagzweer of vernauwingen waardoor het voedsel blijft hangen. Om de slokdarm op een röntgenfoto zichtbaar te maken wordt er een contrastmiddel, bariumpap, gebruikt.
Een gastroscopie is een kijkonderzoek van de binnenkant van de slokdarm, maag en het eerste deel van de dunne darm (twaalfvingerige darm). Bij dit onderzoek kan de arts eventuele afwijkingen opsporen. Het onderzoek gebeurt met een bestuurbare slang (de gastroscoop) die via de keelholte naar binnengaat.
Het passeren van de gastroscoop door de keel kan vervelend zijn. Soms wordt een gastroscopie uitgevoerd na toediening van een ver- dovend middel (sedatie) via een injectie in de arm. De sedatie is een heel lichte vorm van algemene verdoving.
Niet goed zakken van eten is de meest voorkomende klacht bij achalasie. Mensen kunnen wel goed het voedsel uit de mond naar de slokdarm slikken, maar dan blijft het ergens achter het borstbeen steken. Opvallend bij achalasie is dat het gaat om zowel vaste als vloeibare kost.
moeite met slikken. het eten blijft steken in de slokdarm of u heeft het gevoel dat het niet goed zakt. blijvende pijn of een vol gevoel achter het borstbeen of in de bovenbuik. vaak de hik hebben.
Heeft u normaal gesproken snel last heeft van kokhalzen, dan kunt u een keelverdoving (spray of gel) krijgen tijdens het onderzoek, waardoor u de endoscoop minder voelt en u minder gaat kokhalzen. U moet dan na het onderzoek nog ongeveer 30 à 45 minuten wachten met eten en drinken, omdat u zich anders kunt verslikken.
Bij een behandeling onder sedatie krijgt u medicijnen die u slaperig en minder gevoelig voor pijn maken. Deze vorm van anesthesie wordt in de volksmond ook wel een 'roesje' genoemd.
2.1.
Ernstige complicaties komen rondom sedatie bijna niet voor. Het kan gebeuren dat een allergische reactie optreedt op bepaalde medicijnen. Ernstige complicaties door sedatie hangen in de meeste gevallen samen met uw gezondheidstoestand. Dit wordt met u besproken tijdens het pre sedatie spreekuur.
Als u een roesje heeft gehad, duurt het nog enige tijd voordat de medicijnen zijn uitgewerkt. Daarom blijft u na het onderzoek nog 1 tot 2 uur uur in uw bed op de uitslaapkamer totdat u weer goed wakker bent. Gedurende deze tijd worden uw hartslag en zuurstofgehalte bewaakt.