Het niet vangen van karper heeft over het algemeen te maken met drie redenen. Op de plek die je gekozen hebt, zit helemaal geen karper. Je bent aan het vissen op een verkeerde manier, waardoor je karpers niet aan de haak kunt slaan. Je vist op een verkeerd moment, waardoor de karpers niet azen.
Zorg er voor dat je rig goed is. Een blinkende haak, een rig die in de knoop is geraakt door het ingooien of een karperonderlijn die warrig op de bodem ligt. Het zijn allemaal oorzaken waardoor jij niet zo veel karpers vangt als dat je graag zou willen. Zorg er daarom voor dat je zeker weet dat je rig perfect is.
Er zijn in hoofdlijn drie oorzaken van tegenvallende vangsten: 1) er zit geen vis op je stek, 2) de vis aast niet of 3) je pakt het gewoon verkeerd aan. Het eerste punt kun je ondervangen door een stek te zoeken waar je vis mag verwachten.
Durf diep te vissen! Twaalf meter en soms nog dieper is op sommige wateren heel normaal in de winter. De karpers voelen zich er veilig, het water is er iets warmer en stabieler qua temperatuur dan de bovenste laag en wanneer je dergelijke stekken aanvoert leert een karper al snel dat er wat te halen valt!
Zeker in het voorjaar, rond mei/juni verschijnen de karpers weer in ondiep water. Vanaf augustus gaan ze weer volop azen en zijn ze veelvuldig aanwezig in menige rivier. Dit is de aangewezen periode om karpers te gaan vangen.
Je kunt karpers onder andere vangen in slootjes, stadswateren, kanalen, rivieren en meren. Ze houden in het bijzonder van ondiepe plekken en zoeken graag de warmere waterlagen op. Die ondiepere plekken bevatten namelijk veel meer natuurlijk voedsel dan de diepe gronden.
Naast boilies wordt er ook ander karper aas gebruikt bij het karpervissen. Zo is mais ook een erg populaire aassoort en zijn er vissers die zweren bij tijgernoten of hennep. Daarnaast kun je ook gebruik maken van pellets of pop ups en is er zelfs speciaal kunstaas te koop om karpers mee te vangen.
Er zijn verschillende tactieken om de karpers te laten azen. Je kunt een voerstek van een aantal dagen opbouwen door gebruik te maken van boilies of partikels. Echter je kunt ook instant gaan vissen daar verschillende kleine voerstekjes te maken en die om beurten af te vissen.
De meeste echte karpers zijn alleseters en hun dieet bestaat in het wild uit verschillende ongewervelde dieren en algen.
De karper gaat paaien zodra het water de 18 graden overschrijdt. Als het water opeens weer afkoelt of andersom, te warm wordt (hetgeen bij voorbeeld in Frankrijk kan gebeuren) dan stoppen ze weer met paaien. Zo kan de paai uitlopen tot eind Juni!
Eigenlijk bestaat er geen 'grote karper' rig. Op elke rig kun je grote karper vangen, maar het is wel belangrijk dat je de rig aanpast aan de omstandigheden. Dit betekent dat je op water A prima met een klassieke basis rig prima kan vissen terwijl je op water B beter een pop-up rig kunt gebruiken.
KARPERWEER – REGEN
“De karpers die ik gevangen heb tijdens wat voor regenbui dan ook zijn er niet veel. Weersveranderingen zijn echter wel interessant. Op een bloedhete dag en passieve vissen die aan de oppervlakte liggen, kan een heftige bui juist ervoor zorgen dat de vissen weer richting de bodem trekken.”
Bij het penvissen op karper is het uitpeilen van je dobber erg belangrijk. De karper aast op de bodem, dus je haakaas moet ook op de bodem liggen. Je kunt je dobber op twee verschillende manieren uitloden. Met een staande haak, dan rust je haak net op de bodem, of met een sleepje.
In principe zijn alle hondenbrokjes die drijven een goede keus maar Bonzo Vitafit Menubrokken worden door ons het meest gebruikt. Deze brokken drijven namelijk uitstekend en er zitten 9 soorten in de zak waarvan er 4 zonder aanpassingen goed met behulp van een baitband aan de haak te bevestigen zijn.
Boilies: 1100 tot max 1500 gram per dag is voldoende. In de praktijk had een grotere hoeveelheid geen extra effect. De belangrijkste reden is dat je niet meer karpers kan voeren dan er langskomen. Komen er niet genoeg karpers op de voerstek, dan kan het effect van teveel voer zelfs erg nadelig werken.
In grote delen van Centraal-Europa, in het bijzonder Polen en Hongarije, wordt de karper wel gegeten. De vis wordt verwerkt in vissoep of in moten gepaneerd en gebakken. Ook in Oost-Azië is de vis populair.
Ben je van plan in het voorjaar op karper te gaan vissen, dan raden we de licht verteerbare Scopex boilies, Robin Red Garlic boilies of de Aardbei Vanille boilies aan. Ook boilies met hennep, zoals de Hennep Vanille boilies zijn zeer geschikte voorjaars boilies.
Hoe vis je met deze hengel? Met de vaste stok maak ik meestal meerdere visplekken. Zo maak ik vaak op 4 delen uit de kant een plek en op 11,5 meter of 13 meter een plek. We beginnen altijd op de bodem en naar mate het warmer wordt kun je de vissen ook op half water of zelfs boven in het water vangen.
Tijdens de zomerperiode zijn de karpers vaak te vinden in de bovenste waterlagen. Op de meeste wateren laten de vissen zich zien, ze draaien en springen soms volop. Omdat wij ons haakaas vaak op de bodem presenteren is het dus belangrijk de karper te attenderen op de aanwezigheid hiervan.
Maden lenen zich bijvoorbeeld uitstekend voor de instant visserij op karper. Vis je op korte afstand dan kan je mogelijk met een katapult of voerschep de maden op je stek krijgen, maar wanneer je op wat grotere afstand vist zal dit niet meer gaan. Een PVA kous met een kleine diameter biedt dan hulp.
Als aas voor het witvissen kan je van alles gebruiken. Meest voorkomende aas soorten zijn brood, maden, casters, wormen, mais, pellets en kleine boillies. Aas is het belangrijkste onderdeel van het vissen. Goed aas is het halve werk.
Tweeënhalf kilo per keer
Tegenwoordig voer ik daarom gemiddeld 2 tot maximaal 3 keer en daarmee start ik ongeveer 4 dagen van tevoren. In de maand juni (maar ook later in de zomermaanden) strooi ik bij mijn eerste voerbeurt minimaal 2.5 kilo over de stek. Het liefst voer ik zo'n eerste voerbeurt zo verspreid mogelijk.