Voor het eerst hebben onderzoekers bewezen dat vogels tijdens hun vlucht kunnen slapen. Het zijn echter maar korte dutjes. Sommige vogels maken lange trektochten en zijn dagen, weken of zelfs maanden op rij in de lucht te vinden.
"Ze doen kleine dutjes van gemiddeld 12 seconden", zegt Niels Rattenborg. Tijdens deze dutjes blijft meestal één hersenhelft actief zodat de andere helft rust. Het actieve deel staat in contact met één oog. Dat blijft openstaan zodat de vogel niet tegen andere vliegende slaapkoppen aanbotst.
Gierzwaluwen doen alles in de lucht – eten, paren en slapen. De eerste vier jaar van hun leven zijn ze zelfs alleen maar in de lucht. Alleen bij heel extreem weer gaan de vogels aan gebouwen of rotsen hangen. Vanaf hun vierde jaar gaan gierzwaluwen broeden.
Schuilen voor de storm
Laag, in de luwte van groenblijvende naaldbomen en in dichte hagen en riet. Daar zijn ze beschermd tegen regen en wind. Daarbij geldt: hoe lager hoe warmer. Holenbroeders, zoals mezen, schuilen ook in holtes.
Veel vogels verstoppen zich daarom 's nachts. Merels kruipen weg in de struiken, spechten zoeken holletjes op en ransuilen (nachtvogels) rusten met hun schutkleuren op een boomtak.
De meeste vogels slapen met hun kop naar achter gedraaid en onder de veren gestoken. Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
Dat vogels op een poot slapen is een kwestie van energiebesparing. De poot van de vogels is niet meer dan vel over been, zo goed als geen isolatie. Via de poten gaat dus veel energie verloren, wat de reden is dan ze een poot optrekken tussen de veren. Tussen de veren is een poot goed geïsoleerd.
Het gehoorbereik van vogels verschilt per soort, maar is vergelijkbaar met dat van mensen (20-20.000 hertz). Vogels kunnen tóch veel beter horen, want ze kunnen beter details onderscheiden (grotere gehoorscherpte). Vogels zijn vooral ontvankelijk voor geluiden die dezelfde toonhoogte hebben als hun eigen geluiden.
Kou kost vogels extra energie om warm te blijven. Ze beschikken over een uitstekende isolatielaag; dons geldt als een van de best isolerende materialen ter wereld en de buitenlaag van veren maakt dat vogels veel kunnen hebben. Maar de interne kachel moet wel blijven branden en daar is voedsel voor nodig.
Over de pijnervaring van dieren wordt in de wetenschappelijke wereld druk gediscussieerd. Intuïtief zijn we het erover eens dat 'hogere' diersoorten zoals zoogdieren en vogels wel degelijk pijn voelen: ze likken hun wonden, vermijden pijnlijke situaties en dienen zichzelf pijnstillers toe.
Die vogels hebben thermiek nodig", zegt hij. Dat betekent dat ze warme lucht nodig hebben om op te vliegen. "En grote vogels hebben ook goed zicht nodig en oriënteren zich op de landsgrenzen.
Het korte antwoord is ja, vissen slapen. De manier waarop ze slapen is echter totaal anders dan bij mensen, zoogdieren en de meeste andere dieren. Tijdens het slapen komen de meeste vissen in een rusttoestand waarin ze stil blijven, een lagere stofwisseling hebben, minder ademhalen en minder hersenactiviteit hebben.
Het lijken misschien steeds dezelfde individuen, maar gedurende de winter zoeken koolmezen voedsel in groepen die van samenstelling kunnen wisselen. 's Nachts slapen de koolmezen individueel in nestkasten, indien die beschikbaar zijn. Zolang een koolmees niet verstoord wordt zal hij deze nestkast blijven gebruiken.
Ze zijn tijdelijk extra kwetsbaar maar het kan nog goedkomen. Een vogel met maar één bruikbare poot – vergroeid, gebroken, ontbrekend – kan zich best redden, zoals we hier bij het vinkje zien. Maar het kost extra moeite om in balans te blijven of te landen.
Door rondjes te cirkelen in de kolom warme lucht winnen de vogels hoogte. Eenmaal hoog genoeg, glijden ze af naar een volgende thermiek om weer vervolgens weer langzaam omhoog te cirkelen. Het is een zeer energiezuinige manier van vliegen waar grote vogels, zoals gieren, arenden en ooievaars gebruik van maken.
Gierzwaluwen doen het allemaal in de lucht. Volgens een recent wetenschappelijk onderzoek uit Zweden kunnen de vogels tien maanden achterelkaar vliegen, zonder te landen. Geen enkele andere vogel blijft zo lang in de lucht.
De parkieten, kanaries, vinken en kwartels zijn vogels die goed geschikt zijn om buiten te kunnen houden als je ze goed verzorgd. Dit geld met name voor de specifieke soorten zonparkieten, grasparkieten, agapornissen, zilver- en loodbekjes, cubravink en zebravink.
Vogels doen zelf hun best om hitte te doorstaan, maar je kunt ze ook helpen. Een vogel die het heet heeft ademt heel snel en is soms wat lusteloos. Zo'n dier zit vaak met gespreide veren en de snavel open te hijgen om via de tong en de bek vocht te verdampen; een soort zweten dus wat tot afkoeling leidt.
Vogels die in het najaar niet naar een warmer oord trekken, hebben een dik verenkleed om zich te beschermen. Dit verenkleed bestaat uit verschillende lagen waar luchtlagen tussen zitten. Deze luchtlagen zorgen voor isolatie en voorkomen dat de vogels te veel afkoelen.
Vogels poepen en plassen tegelijkertijd. Ze hebben niet als mensen een aparte urineblaas. Ze lozen alles in 1 keer en dat doen ze via dezelfde uitgang. Vogels hebben een cloaca.
Er zijn een aantal manieren waarop je vogels kunt weren of wegjagen uit je tuin. Zo kan je een groot net spannen waar ze altijd zitten of vogelpinnen plaatsen waar ze altijd landen. Ook hebben vogels een hekel aan sterke geuren van kruiden zoals peper bijvoorbeeld.
Vooral vogelsoorten die bekendstaan als monogaam en intelligent, zoals papegaaien en parkieten, hebben daar last van. Er ontbreekt wetenschappelijk bewijs dat vogels rouw ervaren. Gedrag dat mensen associëren met rouw zou ook andere oorzaken kunnen hebben.
Wanneer je vogel met opgezette veren (ook wel bol zitten genoemd) gaat zitten, voelt je vogel zich niet lekker. Je vogel is dan vaker ook stiller en heeft minder zin om te spelen. Je vogel kan zelfs lusteloos op de grond in de hoek van de kooi gaan zitten. Wanneer je dit ziet ga je zo snel mogelijk naar de dierenarts!
Vogels die overdag zo talrijk aanwezig zijn, zijn 's nachts grotendeels afwezig. De belangrijkst groep die zich heeft aangepast aan het leven in het donker zijn uilen. In onze streken is de kerkuil toch wel de meest kenmerkende verschijning. Ze kunnen 's nacht redelijk goed zien, maar jagen vooral op het gehoor.
Het is een puur mechanische kwestie: een vogelpoot is van nature dichtgeknepen. Terwijl wij moeite moeten doen om iets vast te grijpen, gebeurt dat bij vogels vanzelf. Als ze weer weg willen vliegen, moeten ze wel moeite doen om hun klauw te openen en de tak los te laten.