De angst voor een paniekaanval kan uw leven gaan beheersen. Een paniekstoornis kan enkele jaren duren. Perioden met veel en weinig klachten wisselen elkaar af.
Een paniekaanval kan een paar minuten tot anderhalf uur duren. Het helpt om iets te doen waardoor u minder let op uw ademhaling en hartslag. Bijvoorbeeld kniebuigingen doen of een eindje buiten gaan lopen.
Recent onderzoek laat zien dat de helft van de mensen met een angststoornis binnen 7,5 maanden herstelt.
Het aantal paniekaanvallen is heel wisselend. Dit kan gemiddeld één keer per week zijn, maar ook veel meer. Soms worden periodes met veel aanvallen (bijvoorbeeld één keer per dag) afgewisseld met periodes met weinig tot geen aanvallen.
Het helpt als u weet dat de lichamelijke verschijnselen die u voelt geen kwaad kunnen en vanzelf overgaan. Ze worden door angst veroorzaakt en niet door een ernstige ziekte. Probeer uzelf gerust te stellen. Het is goed om te weten dat angst meestal na 60 tot 90 minuten vanzelf minder wordt.
Wanneer je een paniekaanval hebt, kun je het gevoel krijgen dat je gek wordt, de controle verliest of zelfs doodgaat. Andere angstaanval symptomen zijn hartkloppingen, koude rillingen, misselijkheid, druk op de borst en een gevoel van ademnood.
Er is sprake van terugkerende onverwachte paniekaanvallen, dat wil zeggen; een plotselinge hevige angst die gepaard gaat met ten minste vier van de volgende verschijnselen: hartkloppingen of verhoogde hartslag. transpireren. trillen of beven.
Als je last hebt van een paniekstoornis, kunnen situaties die voor een ander heel normaal zijn tot zweethanden, angstige gedachten en regelmatig tot paniekaanvallen leiden. Een paniekaanval kan erg heftig zijn. Je kunt het gevoel hebben gek te worden, de controle te verliezen of een hartinfarct te krijgen.
Er is niet één oorzaak voor het ontstaan van een paniekstoornis. Waarschijnlijk ontstaat een paniekstoornis door een combinatie van oorzaken zoals erfelijkheid, opvoeding en hormonen. Kinderen van een ouder met een paniekstoornis hebben meer kans dat ze zelf ook een paniekstoornis krijgen.
Medicijnen tegen een angststoornis en depressie (antidepressiva) kunnen helpen bij een paniekstoornis. Voorbeelden zijn citalopram, sertraline, paroxetine of clomipramine. Uw behandelaar legt uit hoe en hoe vaak u de medicijnen moet innemen. Het is belangrijk dat u de medicijnen steeds op tijd inneemt.
Als u snel en veel ademhaalt, heeft u hyperventilatie. Als u erg bang bent kunt u gaan hyperventileren. Dit komt dus ook voor bij een paniekaanval. Hyperventilatie is dus een bijkomend verschijnsel van een paniekaanval, en niet de oorzaak.
De gemiddelde duur van een angststoornis was ruim 15 maanden. Bij mensen die voorafgaand aan hun angststoornis lichamelijk beter functioneerden duurde de angst korter. De angststoornis duurde langer naarmate men ouder was, geen betaalde baan had, en emotioneel instabieler was.
Tijdens een paniekaanval kan men denken dat men gaat flauwvallen en creëert men daar dan angst voor (angst voor het flauwvallen). Dit is vrijwel altijd ongegronde angst, omdat voor flauwvallen een lage bloeddruk nodig is, terwijl bij een paniekaanval de bloeddruk omhoog gaat en flauwvallen dan bijna onmogelijk is.
Laat je angst toe
“Door je angst toe te laten, creëer je bewuste keuzes om ermee om te gaan. Blijf je vechten tegen je angst, dan kom je er alleen maar vaster in te zitten. Veel mensen met angstgevoelens zijn ook bang om weer angstig te worden. Ook dat leidt ertoe dat ze juist in hun angstgevoelens blijven vastzitten.
Er zijn bepaalde kruiden die helpen om je rustiger te laten voelen. Een aantal hiervan zijn: lavendel, kamille, kava en citroenmelisse. Je kunt deze kruidengeneesmiddelen in vele vormen vinden, zoals etherische oliën, pillen of thee.
Een paniekaanval is beangstigend maar niet gevaarlijk
Tijdens een paniekaanval kunnen lichamelijke sensaties verkeerd geïnterpreteerd worden. Je kan hartkloppingen verwarren met het begin van een hartaanval, of duizeligheid met het idee flauw te vallen.
Een paniekaanval is een snel opkomende, heftige angst die je zomaar lijkt te overvallen. Je bent bang om de controle te verliezen, om gek te worden of misschien wel dood te gaan. Paniekaanvallen zijn heel intens en erg beangstigend. Zo beangstigend dat je een sterke angst voor de angst ontwikkelt.
In veel gevallen kun je te maken hebben met lichamelijke klachten, zoals trillen, buikpijn of hoofdpijn. Maar je kunt ook last hebben van piekeren, vervelende gedachten of gedragsmatige veranderingen. Denk hierbij aan verstijven, huilen, angstige situaties vermijden, opstandig worden en vragen naar geruststelling.
De meest gebruikte behandeling bij een paniekstoornis is cognitieve gedragstherapie. Daarbij wordt altijd exposure in vivo ingezet, omdat iedereen met een paniekstoornis bepaalde plekken vermijdt. Medicatie (antidepressiva) kan in sommige gevallen ook worden voorgeschreven.