In de winter hebben ze een dikkere vacht die een natuurlijke bescherming geeft tegen kou. De meeste katten zullen bij sneeuw en ijs binnen blijven, toch zijn er katten die eropuit trekken. Ook al hebben ze een wintervacht, bij een langere periode van nattigheid en vrieskou ligt het gevaar van onderkoeling op de loer.
Welke temperatuur is te koud voor katten? “Een algemene vuistregel is dat alles onder de 7 graden te koud is. Als de temperatuur onder het vriespunt daalt, lopen ze een groot risico op onderkoeling als ze langere tijd buiten zijn,” zegt Arpino.
Een kat kan gerust buiten blijven, maar het is wel gewenst dat hij 's avonds ergens comfortabel weg kan kruipen. Om je kat een beschutte plek te geven kun je overwegen om de garage- of schuurdeur te voorzien van een kattenluik. Zo hoef je de kat niet in huis te nemen, maar kan hij wel naar binnen.
Warmte. Katten kunnen warmte goed verdragen, zelfs tot 35 graden Celsius, en ze passen zich makkelijk aan. Overdag gaan ze op zoek naar koele plaatsen, slapen ze meer en de activiteiten worden verplaatst naar de nacht. Zwerf- en buitenkatten hebben gelukkig volop de mogelijkheid hiertoe.
Katten kunnen dus wel goed tegen kou, maar houden er niet zo zeer van. Ze zoeken graag de warmte op. Zorg er daarom voor dat een kat gemakkelijk weer het huis in kan, bijvoorbeeld via een kattenluikje. Let wel goed op, wanneer de vacht van een kat nat is, isoleert deze een stuk minder goed.
Katten en de kou
Katten hebben het, net als wij, ook koud in de winter. Met hun vacht hebben de viervoeters er wel minder last van, maar ze merken het goed als het buiten kouder wordt. Met de verandering van de temperatuur begint de ruiperiode en ontwikkelen ze een nieuwe wintervacht.
Wat doet mijn kat buiten? Buitenkatten hebben veel mogelijkheden tot fysieke activiteiten, zoals klimmen, rennen of de buurt verkennen. Daarnaast biedt de buitenomgeving veel geuren, smaken, texturen en ervaringen. Je kat spendeert gemiddeld 16 uur aan rust, maar dit betekent niet dat ze dan altijd slapen.
Zijn binnenkatten zielig? We geven je gelijk antwoord: nee, je kat is niet zielig. Wel zijn er een aantal zaken waarop je wilt letten: Laat je kat als kitten al wennen aan het binnenleven als dit mogelijk is.
Wie z'n kat 's nachts binnen wil houden moet hier rekening mee houden: in de nacht gaat hij namelijk het allerliefst jagen, rennen en spelen: dat kan slecht voor je nachtrust zijn :-) Want waar de kat 's nachts op jacht gaat, daar slaapt hij overdag vooral. Uren achtereen kan je kat heerlijk in dromenland zijn!
Katten hebben een interne klok die zeer nauwkeurig is, en ze “weten” gewoon wanneer het tijd is om te beginnen. Ze zijn ook goed in het oppikken van andere regelmatige indicatoren van de tijd, zoals vogelzang en daglicht.
Zeker als je kat in aanraking komt met nattigheid en kou. Zorg dat je de vacht van je kat goed verzorgt, en dat hij niet nat wordt. Een natte vacht in combinatie met kou is namelijk een oorzaak voor onderkoeling.
Genegenheid tonen
De mooiste en meest waardevolle reden waarom katten mensen likken: de kat wil een grote genegenheid uitdrukken. Als je je kat aait en die als antwoord al spinnend je hand likt, mag je jezelf gelukkig prijzen. Je kat vindt je aardig en vind het fijn om samen te zijn.
Een kat is van nature gewend om buiten te struinen en te jagen. Buiten vindt ze voldoende prikkels door achter prooien aan te zitten en te bewegen. Ook markeert ze haar territorium met haar luchtjes. Je kunt een kat prima binnenhouden als je de buitenomgeving zo veel mogelijk nabootst.
Buitenleven: woonsituatie en omgeving
Op de derde verdieping van een flat in de binnenstad zal het nauwelijks mogelijk zijn om een buitenkat een goed leven te bieden. Een huis met een tuin is ideaal, maar ook een woning op de begane grond met toegang tot een terras is geschikt.
"Overdag ligt hij te spinnen in de vensterbank, maar 's nachts leggen ze makkelijk 3 of 4 kilometer af." Iets wat veel kattenbaasjes volgens de boswachter niet altijd weten. Veel mensen geloven niet dat hun kat op jacht gaat 's nachts. "Dat komt omdat het een kant is die we niet kennen.
Op onbekende plaatsen kan een kat net zo goed verdwalen als mensen. Dichtbij huis onthouden katten waar ze lopen. Net als bij mensen zien ze waar ze zijn, en weten dus zo de weg naar huis. Ook maken ze gebruik van geuren.
Katten willen rennen, jagen en vangen. Of dit nu buiten of binnen gebeurt, maakt niet zo veel uit. De 'prooi' kan ook een pluche speeltje zijn.
Een vermiste kat komt soms na een week nog terug. Weggelopen katten zijn vooral in het zomerseizoen veel buiten en kunnen soms erg gaan zwerven, waarbij ze soms een week wegblijven. Wanneer de kat langer dan drie dagen niet thuis is geweest, roep dan de omgeving af naar de kat.
Antwoord: Bij een kat die goed in z'n vel zit, is het bijna een automatisme om z'n gatje in de lucht te gooien als je 'm aait. Het is een uitnodiging om eens goed aan z'n achterste te snuffelen. Je kan het vergelijken met een mens die met uitgestoken hand op je af loopt om zich voor te stellen.
Je kat miauwt veel om aandacht te vragen
Dan hebben ze vrij snel in de gaten dat miauwen wat oplevert en wordt het aangeleerd gedrag. Je kat kan gaan miauwen uit verveling, hij wil dan aandacht van je of spelen. Er zijn katten die dan juist 's nachts veel miauwen.
Het antwoord op de vraag of een buitenkat gelukkiger is dan een binnenkat, is dus niet per definitie ja. Het verschilt helemaal per situatie en je kan veel doen om een binnenkat gelukkig te houden. Maar ook als hij binnen blijft kun je hem altijd een klein stukje van buiten geven.
Laat je kat in een aparte kamer.
Het is het beste om je kat buiten de slaapkamer te houden 's nachts en in het algemeen in te stellen dat jouw slaapruimte niet voor katten bestemd is. Laat de deur ook overdag gesloten. Katten zijn territoriaal.
Uit onderzoek van de Amerikaanse Oregon State University blijkt dat katten wel degelijk van mensen kunnen houden. Voor het onderzoek moesten 38 katten kiezen tussen menselijke aandacht, speeltjes en geuren. De helft van de beestjes koos zonder twijfel voor menselijke aandacht.
De katten brachten gemiddeld 79 procent van hun tijd buitenshuis door op een afstand van minder dan 50 meter van het huis van hun eigenaar. De gemiddelde maximum afstand voor alle katten was 352 meter.