Een feit moet met objectieve waarnemingen vastgesteld en getoetst kunnen worden (zie het artikel wetenschappelijke methode). Echter, het doen van de waarneming is subjectief en afhankelijk van persoonsgebonden factoren, zoals perspectief, voorkeur, nauwkeurigheid, tijdigheid, compleetheid en omstandigheden.
Een feit is iets wat waar of onwaar is en wat je kunt controleren.
Een feit is iets wat waar is of wat niet waar is. Of het feit waar of onwaar is, kun je controleren. Een mening is wat iemand vindt van iets. Met een mening kun je het eens zijn of oneens.
Een feit is iets dat waar is, een feit kun je meten. Het is 24 graden! Een mening is wat je ergens van vindt.
Iets waarvan je zeker weet dat het waar is, noem je een feit. Een mening is wat iemand ergens van vindt. Meningen kunnen van elkaar verschillen. Marijke: 'Ik heb een hond en vindt dat ze de liefste hond is van de hele wereld.
Fijt is een diepe en pijnlijke ontsteking aan het uiteinde van uw vinger. De ontsteking ontstaat door een bacterie die uw huid is binnengedrongen via een beschadiging in uw huid. Fijt kan al ontstaan door een klein wondje in de vinger. In de meeste gevallen komt fijt door de stafylokok-bacterie.
fait, feitelijkheid, gebeurde, gebeurtenis, gegeven, omstandigheid, voorval, waarheid.
Er zijn twee vormen van meningsverschillen: expliciete en impliciete meningsverschillen. Het verschil van mening is expliciet als zowel het standpunt als de kritiek daarop uitdrukkelijk onder woorden worden gebracht. Beide partijen zijn hierbij aan het woord.
Argumenten zijn objectief wanneer ze feitelijk zijn en subjectief wanneer ze een mening, een gevoel, een vermoeden of een waardeoordeel bevatten. Subjectieve argumenten worden ook wel waarderende argumenten genoemd. Objectieve (feitelijke) argumenten kun je altijd controleren op hun juistheid.
Feitelijke vragen - vragen naar feiten - kennen maar één correct antwoord. Voorbeeldvragen naar feiten: Wat is het kookpunt van water? Wanneer overleed Koningin Wilhelmina?
Een rechtsfeit is het gedrag van een persoon of natuurhandeling die in een bepaald gebied rechtsgevolgen heeft.
Met het uitspreken van een mening maak je kenbaar hoe je ergens over denkt. Een mening uit zich in een uitspraak en de wezenlijke opdracht van de mening is een waardebepaling of beoordeling. Een mening geeft weer hoe iemand iets ziet.
Een vooroordeel is een mening die niet op feiten, kennis, ervaring of waarneming is gebaseerd, en daarom niet-rationeel is. Voltaire definieerde een vooroordeel als een mening zonder oordeel.
We onderscheiden drie soorten standpunten: positief, negatief en twijfel.
Standpunt: Ander woord voor mening. Als je het ergens mee eens bent is het een positief standpunt. Als je het er mee oneens bent een negatief standpunt. Bij standpunt van twijfel weet je niet wat je ergens van moet vinden.
Vaak durven mensen hun mening niet te zeggen omdat ze denken voor een ander. Wat er achter zit is vaak een angst voor afwijzing en tal van aannames en beschouwingen die in de meeste gevallen nergens op gebaseerd zijn.
Wanneer je je mening geeft, maar anderen zijn het er niet mee eens dan zie je het ook eens vanuit een ander perspectief. Dit geeft veel inzicht in de denkwijze van anderen. Het kan er ook voor zorgen dat jouw mening verandert. Door het dialoog aan te gaan met collega's, kan er een discussie ontstaan over het onderwerp.
Een mening is wat iemand ergens van vindt. Dat kan per persoon verschillen. Misschien vind jij spruitjes vies en vindt je broertje spruitjes heel lekker? Dat is dus een mening.
De etymologie van feit brengt ons bij het Oudfranse fait, een werkelijke omstandigheid of daad. Fait is op zijn beurt gegroeid uit het Latijn: factum stond in de Oudheid voor daad of gebeurtenis. Wist je trouwens dat het woord bij zijn intrede in de Nederlandse taal vooral met boeven en criminelen te maken had?
Iets waarvan de werkelijkheid vaststaat, omdat het met objectieve middelen is waargenomen.
Alhoewel is een wat nadrukkelijker en formeler synoniem van hoewel. Ofschoon is een nog formeler synoniem. Formuleringen met hoewel of (ook) al zijn het gewoonst, zowel in gesproken als geschreven taal. Hoewel het al oktober is, zijn de bomen nog mooi groen.