Als je te maken hebt met een eenparig versnelde beweging, dan is de versnelling (a) een positief getal. Bij een eenparig vertraagde beweging is dit een negatief getal. Deze negatieve versnelling wordt ook wel een 'vertraging' genoemd.
Een negatieve versnelling treedt onder andere op bij het afremmen van bijvoorbeeld een auto of bij een voorwerp dat horizontaal omhoog gegooid wordt en daar een maximale hoogte bereikt. We spreken in dat geval van een eenparig vertraagde beweging.
In de definitie gebruiken we niet de afgelegde weg ∆s, maar de verplaatsing ∆x! Daaruit volgt dat de gemiddelde snelheid ook negatief kan zijn.
Versnelling betekent dat er een verandering in snelheid is. Het voorwerp kan sneller gaan, maar ook langzamer . Versnelling wordt in de natuurkunde aangegeven met de letter a. De grootheid van versnelling is: m/s 2 .
Normale versnelling bij een willekeurige krommeBewerken
De afgeleide van een eenheidsvector is een vector die loodrecht staat op de oorspronkelijke vector en met grootte ω. De afgeleide van ut is dus een vector die loodrecht staat op deze vector, dus volgens de normaal i.p.v. volgens de raaklijn.
Gebruik de formule: Versnelling (a) = Verandering in snelheid (Δv) / Tijdsinterval (Δt) = (v2 - v1) / (t1 - t2). Trek de beginsnelheid af van de eindsnelheid, en deel het resultaat door de tijdsinterval. Het eindresultaat is je gemiddelde versnelling over die tijdsperiode.
Versnelling heeft een grootte en een richting en is daarmee een vector. De SI-eenheid van versnelling is m/s2.
Een bekend symbool is bijvoorbeeld v voor snelheid, dat komt van het Engelse velocity.
kracht = massa × versnelling. In formulevorm: F = ma. Wat betekent deze eenvoudige formule? Er staat dat een netto kracht (F van force) een versnelling (a van acceleration) veroorzaakt, oftewel een verandering van de snelheid.
m/s² is de eenheid van versnelling, 4,5 m/s² betekent dan bijvoorbeeld dat de snelheid van een voorwerp elke seconde met 4,5 (meter per seconde) toeneemt. Dus elke seconde wordt de snelheid 4,5 m/s groter.
In de versnelling-tijdgrafiek wordt dit weergegeven als een horizontale lijn, onder de tijdas. De waarde van de versnelling berekenen we met a = Δv / Δt.
Het verband tussen snelheid, afstand & tijd
s = V * t, met V voor de snelheid in m/s, s voor de afstand in m en t voor de tijd in seconden.
De 2e wet van Newton zegt dat wanneer op een voorwerp een nettokracht, ook wel resulterende kracht of somkracht genoemd, werkt ongelijk aan 0 N dat dit voorwerp zal versnellen met een versnelling afhankelijk van de massa van het voorwerp.
Vertraging of versnelling (is hetzelfde, alleen bij de een neemt de snelheid af, bij de ander toe) is a = Δv/Δt Als je 40 km/h gaat en nu 4 seconden stilstaat dan is Δv = 40 - 0 = 40 km/h (= ... m/s) en Δt = 4 s. Bereken daarmee zelf de vertraging maar.
v0=(Vmax[S])/(KM+[S]) met v0 is reactiesnelheid; Vmax is maximale snelheid; [S] is substraatconcentratie; KM is Michaelis-Mentenconstante gedefinieerd als KM=(k2+k-1)/k1 of KM=[S] waarvoor v0=Vmax/2.
[natuurkunde] symbool voor frequentie. [natuurkunde] voorvoegsel femto-, 10-15. afkorting van florijn.
m = meter, m² = vierkante meter, m3 = kubieke meter. m, symbool voor het voorvoegsel milli (1/1000) in de natuurwetenschappen. m, symbool voor massa (natuurkunde). M, symbool voor het voorvoegsel Mega (voorvoegsel) (106) in de natuurwetenschappen.
H, in de natuurkunde een aanduiding voor magnetische veldsterkte. h, in de meetkunde de hoogte. h, in de natuurkunde de constante van Planck. h, symbool voor het decimale voorvoegsel hecto (102) in de natuurwetenschappen.
50 - 65 mph (80 - 105 km/h) op belangrijke stedelijke hoofdwegen. 45 - 65 mph (70 - 105 km/h) op enkelbaans wegen buiten de kom. 55 - 70 mph (90 - 110 km/h) op semi-snelwegen en expressways. 65 - 80 mph (105 - 130 km/h) op rustige Interstate Highways.
1 m/s ≡ 3,6 kilometer per uur (km/u). Dit is 1 m/s x 3600 s / 1609,344 m = 2,23693629205… en komt ongeveer overeen met 2,24 Engelse mijl per uur (mph).
Het aantal kilometer vermenigvuldig je ook met 2. In 20 minuten rijdt de auto dus 30 km.
Snelheid is een vector
Dat betekent dat een kracht een grootte, richting en zin heeft. Net als kracht, is snelheid ook een vectoriële grootheid. Zo is het niet alleen belangrijk hoe snel je rijdt (= grootte van de vector), maar ook waar je naartoe rijdt (= richting en zin van de vector).
Wet 1: “Als er op een voorwerp geen resulterende kracht werkt, is het in rust of heeft het een constante snelheid.” De eerste wet van Newton gaat ervan uit dat massa pas in beweging komt als er een kracht wordt gebruikt. Zo niet, dan staat het voorwerp stil of beweegt het zich met een constante snelheid voort.
De afgeleide van de snelheidsvector →v is de versnellingsvector →a=(x''(t)y''(t)) a → = ( x ′ ′ ( t ) y ′ ′ ( t ) ) . De baanversnelling is de afgeleide van de baansnelheid.