Het recht op vrijheid van meningsuiting betekent dat je mag zeggen en schrijven wat je wilt, dat je mag lezen, luisteren en kijken wat je wilt, en dat je overal informatie mag verzamelen, want op basis daarvan kun je je een mening vormen.
In Nederland staat het recht op vrijheid van meningsuiting in artikel 7 van de Grondwet en daarnaast is ook in verschillende internationale verdragen de vrijheid van meningsuiting opgenomen. Bijvoorbeeld in artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Dit zijn onder andere het kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod.
Grenzen van vrijheid van meningsuiting
Je mag bijvoorbeeld niemand opzettelijk beledigen op basis van ras, religie, overtuiging, beperking of seksuele geaardheid. Ook mag je geen haat of geweld tegen anderen aanmoedigen. Altijd respect tonen voor anderen is belangrijk.
Het recht beschermt zowel het hebben van een mening als het uiten ervan. Dat eerste aspect, het hebben van een mening, is zelfs absoluut: niemand mag dat beperken. Het uiten van meningen kan wel beperkt worden, bijvoorbeeld omdat een mening anderen schaadt.
Het absoluut recht is een recht dat tegenover iedereen kan worden gehandhaafd. Voorbeelden van absolute rechten zijn het eigendomsrecht en intellectuele eigendomsrechten. Absoluut recht wordt ook wel aangeduid als exclusief recht.
Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), ondertekend op 4 november 1950, garandeert een breed scala aan mensenrechten aan inwoners van lidstaten van de Raad van Europa, die bijna alle Europese landen omvat. Deze rechten omvatten Artikel 10, dat alle burgers recht geeft op vrije meningsuiting.
Grenzen aan de vrije meningsuiting
In het wetboek van Strafrecht staat dat het in Nederland niet is toegestaan om iemand bewust te beledigen op basis van ras, godsdienst, levensovertuiging, beperking of seksuele geaardheid.
Vrijheid van meningsuiting is echt vrij wanneer individuen de onbeperkte mogelijkheid hebben om hun gedachten, ideeën en meningen te uiten zonder censuur, intimidatie of juridische repercussies . Deze vrijheid is een fundamenteel principe in democratische samenlevingen en wordt doorgaans beschermd door wetten en grondwetten.
Diverse landen kennen wettelijke beperkingen op het recht op vrijheid van meningsuiting. Behalve de strafbaarstelling van belediging, laster en smaad zijn er bijvoorbeeld strafbepalingen over haatzaaien, de ontkenning van de Holocaust en het "verheerlijken van geweld" (in de Bondsrepubliek Duitsland).
Er zijn drie soorten vrijheid. De eerste soort vrijheid is “vrijheid van”, een vrijheid van de beperkingen van de maatschappij. De tweede is “vrijheid om”, een vrijheid om te doen wat we willen doen. De derde is “vrijheid om te zijn”, een vrijheid, niet alleen om te doen wat we willen, maar een vrijheid om te zijn wie we bedoeld zijn te zijn.
De vrijheid van meningsuiting wordt beschermd in artikel 7. Het eerste lid van dit artikel verbiedt preventieve censuur op uitingen via de drukpers en, zoals in de rechtspraak is erkend, via daarmee op één lijn te stellen uitingsmiddelen, en garandeert de meningsuiting door middel van de drukpers.
Kwaadsprekerij wordt ook wel laster genoemd. Laster is een strafbaar feit. Kun je iemand aanklagen wegens smaad? Smaad is in de basis een 'klachtdelict'.
Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd. De vrijheid van meningsuiting is niet onbeperkt. Maar GroenLinks vindt dat elke beperking van die vrijheid een duidelijk maatschappelijk doel moet dienen. Bijvoorbeeld het voorkomen van discriminatie of het voorkomen van aanzetten tot haat en geweld.
Haat zaaien is een misdrijf en de rechter kan u een gevangenisstraf van één jaar of een geldboete opleggen.
Vrijheid van meningsuiting is het recht om meningen en ideeën te uiten zonder inmenging, represailles of straf van de overheid .
Vrijheid van mening en van meningsuiting
Iedereen heeft recht op vrijheid van geweten: de vrijheid om je mening, overtuiging of geloof te koesteren. Gewetensvrijheid is absoluut – niets of niemand mag je straffen voor wat je denkt of gelooft. Je hebt ook het recht om wat je denkt te uiten.
Het thema gelijkheid is net zo belangrijk als vrijheid, volgens Sarukkai, in een wereldwijde context. De auteur zegt dat verkiezingen en vrije media uitingen van democratie zijn.
In het algemeen geldt dat de vrijheid van meningsuiting een paar beperkingen heeft. Je mag bijvoorbeeld niet zomaar bedrijfsgeheimen (zoals gegevens van klanten of een productieproces) of een militair plan van de overheid openbaar maken.
In dit artikel staat het recht op de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam. Iedereen mag zelf bepalen wat er met zijn of haar lichaam gebeurt, of medische handelen worden verricht en of voorgeschreven medicijnen worden ingenomen. Beperkingen zijn alleen mogelijk als dit wettelijk is geregeld.
Weinigen weten dat de vrijheid van meningsuiting in principe ook geldt voor reclame. Het is wel zo dat aan reclame veel strengere eisen worden gesteld dan aan andere publicaties: reclame mag zelfs niet misleiden. Daarnaast moet reclame onder bepaalde omstandigheden aan allerlei mededelingsvereisten voldoen.
In 2023 stond Denemarken bovenaan de ranglijst van territoria in het Global Expression Report (GxR), met een metrische score van 95. Zweden, Zwitserland, België en Estland volgden op de tweede plaats.
De Israëlische wet erkent de bescherming van de vrijheid van meningsuiting als een grondwettelijk principe. De bescherming strekt zich uit tot alle vormen en inhoud van expressie, inclusief persvrijheid en de vrijheid om een politieke toespraak te houden.
Voorbeelden van bekende grondrechten zijn: vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting, bescherming van eigendom, persvrijheid en brief-, post- en telegramgeheim. Naast de grondrechten zijn in de grondwet ook de zogenaamde burgerrechten opgenomen.