Thuisonderwijs geeft je de kans om veel meer gekoesterde tijd met je kleintjes door te brengen. Je kunt ze zien leren, hun vaardigheden, interesses en persoonlijkheden ontwikkelen. Er is niemand anders die de kinderen beter liefheeft, begrijpt en ondersteunt dan hun moeder.
De kracht van thuisonderwijs is dat het makkelijk kan aansluiten op de individuele leerlijnen van kinderen. Dat maakt thuisonderwijs een bijzonder gevarieerde onderwijsvorm, waarbij het onderwijs altijd aangepast is op het kind. Leren gaat het beste in een veilige omgeving, wanneer het leren betekenisvol is.
Bij thuisonderwijs is het soms moeilijk om orde en structuur te creëren. Dit kan frustratie veroorzaken en er zelfs toe leiden dat leerlingen de opdrachten en doelstellingen niet meer kunnen bijbenen. Bovendien is het coördineren van het curriculum vaak een hele opgave, helemaal als je meerdere kinderen thuis hebt.
Er komt géén toezicht op ouders die thuisonderwijs geven. Als ouders in gebreke blijven, grijpt de Raad voor de Kinderbescherming in. Dat kan op basis van artikel 247 van het Burgerlijk Wetboek, dat ouders verplichtingen oplegt op het vlak van verzorging en opvoeding.
In drie uitzonderingsgevallen mag er thuisonderwijs gegeven worden: De eerste is als de ouders een trekkend bestaan leiden; De tweede is als er in de omgeving geen school is met jouw levensovertuiging; De derde is als het kind fysiek of psychisch niet in staat is om een school te bezoeken.
Iedere ouder die zichzelf daarvoor geschikt acht, en tijd noch moeite wil besparen, kan daarom thuisonderwijs geven. Er is geen bijzondere kennis, opleiding of opleidingsniveau voor nodig. Onder de huidige wet moet er wel sprake zijn van vrijstelling van de leerplicht (richtingsbezwaar).
Als ouder betaalt u geen lesgeld voor de basisschool van uw kind. De school kan wel een vrijwillige ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten. Ook moet u betalen voor buitenschoolse opvang (BSO) en voor bepaalde kosten van het overblijven op school (tussenschoolse opvang).
Ook in Nederland kiezen sommige ouders er bewust voor om hun thuisonderwijs te geven. Daar zitten wel behoorlijk wat haken en ogen aan, want thuisonderwijs is in Nederland geen bij wet geregelde vorm van onderwijs.
In de meerderheid van de Europese landen (Ierland, Verenigd Koninkrijk, Canada, VS, Finland, Noorwegen, Vlaanderen, Frankrijk, Oostenrijk, België (Vlaanderen en Wallonië) is wettelijk sprake van 'thuisonderwijs'. Het geldt als gelijkwaardig alternatief voor schoolonderwijs waar alle ouders vrij voor kunnen kiezen.
Vrijstelling voor een (deel van het) schooljaar
U moet dat voor ieder schooljaar opnieuw doen voor 1 juli. Dit zijn enkele situaties waarin u vrijstelling kunt aanvragen: Uw kind is ernstig ziek. Of uw kind heeft psychische klachten, waardoor het niet naar school kan.
Een trend die zich in anno 2023 nog steeds voortzet, blijkt uit recente cijfers. In het basisonderwijs krijgen 1.148 kinderen thuisonderwijs. Dat is een stijging van 177 procent in vergelijking met vijf jaar geleden.
Wat zijn de effecten van buiten leren bij natuuronderwijs op de ontwikkeling van leerlingen op de basisschool? Buitenlandse studies leveren aanwijzingen dat buitenonderwijs bijdraagt aan meer kennis over de natuur, en betere sociale relaties en sociale competenties van leerlingen.
Als leerlingen huiswerk maken, oefenen ze thuis met de in de les opgedane vaardigheden. Zo onthouden en begrijpen ze de lesstof beter. Ook bevordert het de verwerking van informatie en leren leerlingen kritisch na te denken over waar ze mee bezig zijn.
Langdurig zieke kinderen
Je kind blijft het recht op onderwijs aan huis behouden wanneer het opnieuw ziek wordt binnen 3 maanden na een periode van tijdelijk onderwijs aan huis of bij verlenging van de ziekteperiode. Zodra je kind minstens halftijds weer naar school kan, stopt het recht op tijdelijk onderwijs aan huis.
Ouders die kiezen voor huisonderwijs kunnen gecontroleerd worden door de Onderwijsinspectie. De inspectie gebeurt om na te gaan of het onderwijs van voldoende kwaliteit en goed genoeg georganiseerd is. De belangen van het kind staan altijd voorop.
Toestemming aanvragen bij directeur van de school
U vraagt toestemming bij de directeur van de school. Dit moet 8 weken of eerder voordat u op vakantie gaat. De directeur mag uw kind vrij geven voor maximaal 10 dagen. Dit mag 1 keer in een schooljaar.
Sinds het schooljaar 2017/2018 stijgt het aantal weer geleidelijk. In 2013/2014 stonden 6.714 kinderen en jongeren niet op een school ingeschreven. In 2017/2018 is dit aantal gedaald naar 4.515. In 2019/2020 en 2020/2021 is het aantal met circa 1.000 kinderen en jongeren gestegen naar circa 5.000.
Voortaan moeten alle kinderen dus leren vanaf 5 jaar. De leerplicht garandeert ook het leerrecht van 5-jarigen. Alle kinderen die in hetzelfde kalenderjaar geboren zijn, worden op hetzelfde moment leerplichtig: op 1 september van het kalenderjaar waarin zij 5 jaar worden.
Weigering basisschool. Het schoolbestuur beslist of uw kind op de school wordt toegelaten. Weigering van kinderen op de basisschool is toegestaan maar hiervoor moeten wel goede redenen zijn. Leerlingen mogen niet willekeurig geweigerd worden.
Zeker!Je kunt leraar worden zonder dat je hier een diploma voor hebt. Je kunt namelijk voor een bepaalde duur gastlessen geven of specifiek vakinhoudelijke lessen verzorgen. Daarbij is lesgeven met een aanstelling wanneer je de correcte vooropleiding hebt en als ervaren zij-instromer ook mogelijk.
Vraag hulp als je kind niet naar school wil: Praat met de leerkracht of de mentor van je kind.En maak een afspraak met de huisarts, jeugdarts of jeugdverpleegkundige. Samen kun je bespreken wat je kunt doen om ervoor te zorgen dat je kind snel weer naar school gaat.
Leerlingen van 5 tot 16 jaar zijn leerplichtig. Jongeren tussen de 16 en 18 jaar die nog geen startkwalificatie hebben behaald zijn kwalificatieplichtig. Een startkwalificatie is (minimaal) een diploma havo, vwo of mbo (niveau 2 of hoger).