Onderzoeken na de diagnose maagkanker Je kunt de volgende onderzoeken krijgen: Uitgebreid bloedonderzoek (nierfunctie, leverfunctie, bloedbeeld) CT-scan. Echografie van de hals of lever.
Met dit onderzoek kunnen we inwendige echo's maken van de slokdarm of maag, maar ook organen en klieren die hieromheen liggen. Zoals de alvleesklier, lever of galwegen. We doen dit onderzoek bijvoorbeeld om: cysten of abcessen te vinden in de maag, twaalfvingerige darm, of organen hieromheen.
Om vast te stellen of u maagkanker heeft, krijgt u een kijkonderzoek in uw slokdarm en maag. Er wordt ook een stukje weefsel weggehaald en onderzocht. Als blijkt dat u maagkanker heeft, dan is meer onderzoek nodig. Daarmee wordt duidelijk of de tumor in de maag is doorgegroeid en of er uitzaaiingen zijn.
Met een echo kan een arts geen kanker in je maag opsporen, maar wel zien of er uitzaaiingen zijn. De arts onderzoekt met een echo van je hals of er uitzaaiingen naar de lymfeklieren in je hals zijn.
Is een tumor te zien op een echo? Ja, een echografie kan worden gebruikt om tumoren te detecteren in verschillende delen van het lichaam. Echter, het vermogen om tumoren te detecteren kan afhankelijk zijn van de locatie en grootte van de tumor, evenals de specifieke technologie die wordt gebruikt.
Het belangrijkste nadeel van echografie is dat de geluidsgolven niet door bot gaan. Daarom is het niet mogelijk om bijvoorbeeld in de rug of achter de knieschijf te kijken. De schouder en de heup zijn ook niet volledig in beeld te brengen met echografie. Daarom wordt vaak een echo met een röntgenonderzoek aangevraagd.
Met een echografie van de hele buik kunnen zowel de organen in de bovenbuik (zoals de lever, galblaas en nieren) als de organen in de onderbuik (zoals de blaas, baarmoeder en eierstokken) zichtbaar worden gemaakt. Dit onderzoek wordt onder andere verricht bij laboratoriumafwijkingen of buikklachten.
Onderstaande klachten kunnen passen bij maagkanker, maar kunnen ook een andere oorzaak hebben. Vermoeidheid en duizeligheid door bloedarmoede. Gewichtsverlies door verminderde eetlust en afkeer van bepaald voedsel. Een pijnlijk gevoel in de maagstreek, misselijkheid en een vol gevoel in de boven-buik.
Endoscopie (gastroscopie en/of EUS)
Bij een vermoeden van maagkanker wordt vaak een gastroscopie gemaakt. Tijdens een gastroscopie wordt met een dunne buis of slang in het lichaam gekeken. De slang wordt via de mond in de slokdarm en in de maag gebracht. Via de slang kunnen verschillende handelingen worden uitgevoerd.
Verschillende onderzoeken zijn mogelijk: bloedtesten, een echo-endoscopie, een CT-scan, een MR-scan, een PET-CT-scan en een kijkoperatie waarbij de arts rechtstreeks in de buikholte kijkt of er daar uitzaaiingen zijn.
In het begin heb je van maagkanker meestal weinig of geen klachten. Als de tumor in of door de maagwand groeit, kunnen wel klachten ontstaan, zoals (stekende) pijn boven in de buik of rond het borstbeen, afvallen, misselijkheid en/of braken.
CT-scan (Computer Tomografie)
Bij een CT-scan worden er foto's gemaakt van de borstholte en de buik om de grootte van de tumor in de maag vast te stellen en eventuele uitzaaiingen op te sporen. De CT-scan geeft een nauwkeurige afbeelding van dwarsdoorsneden van uw lichaam.
Bij maagklachten kunt u last hebben van pijn boven in uw buik, brandend maagzuur en opboeren. De klachten kunnen uit de maag zelf komen. Maar ook uit de slokdarm of het eerste stukje darm na de maag (de twaalfvingerige darm).
Bij dikke darmkanker kunnen eventuele afwijkingen, bijvoorbeeld een leverafwijking op de CT-scan, beter met een echo in kaart worden gebracht. Ook kan er tijdens de echografie een punctie worden genomen, waarbij met een naald enkele cellen worden opgezogen om vervolgens onder de microscoop te onderzoeken.
Er kan naar uw hart, longen en buik worden geluisterd met een stethoscoop. Door te kloppen en te voelen kan de arts een indruk krijgen van een specifiek lichaamsdeel. Ook kan de arts uw buik onderzoeken door er aan te voelen.
Er zijn verschillende soorten maag- en darmonderzoeken, waaronder gastroscopie (onderzoek van de slokdarm en maag), coloscopie (onderzoek van de dikke darm), sigmoïdoscopie (onderzoek van het laatste deel van de dikke darm) en een proctologisch onderzoek (onderzoek naar aandoeningen in en rondom de anus).
Bij acute alvleesklier treedt plotseling hevige buikpijn op. De pijn kan uitstralen naar de linkerzij, schouder en rug. Ook koorts en een snelle ademhaling zijn veel voorkomende klachten, net zoals misselijkheid en braken. Na een maaltijd nemen de klachten vaak toe.
Symptomen. De eerste symptomen van maagkanker zijn dikwijls zure oprispingen, 'boeren' en een volheidsgevoel. De meeste mensen met maagkanker ondervinden deze symptomen reeds verschillende jaren, maar ze werden niet als onrustwekkend ervaren. Deze vage klachten liggen aan de basis van vele late diagnoses.
Tijdens het onderzoek kan de arts stukjes verdacht weefsel wegnemen voor onderzoek. Het weghalen van weefsel heet een biopsie. Een patholoog onderzoekt het weefsel onder de microscoop. Zo kan die zien of het maagkanker is.
Voor het stellen van de diagnose alvleesklierkanker wordt bijna altijd een CT-scan gemaakt. Een CT-scan is veel gedetailleerder dan een echografie. Soms wordt ook een MRI-scan gemaakt. Met een CT-scan of MRI-scan kan bepaald worden hoe ver de alvleeskliertumor is doorgegroeid en of er uitzaaiingen zijn.
Alarmsymptomen zijn: Hevige, plotse, aanhoudende pijn (zoals een messteek) Rood bloed of koffiegruis braken.
Een echografie is een onderzoek met geluidsgolven. Deze golven hoor je niet. De weerkaatsing (echo) van de golven maakt organen en weefsels zichtbaar op een beeldscherm. Zo kan de arts de organen in het lichaam bekijken en een mogelijke tumor en/of uitzaaiingen zien.
Met een echografie van de bovenbuik kunnen de meeste organen in de bovenbuik zichtbaar worden gemaakt, zoals de lever, de galblaas en de nieren. Dit onderzoek wordt onder andere verricht bij laboratoriumafwijkingen of buikklachten. Meer informatie vindt u in de patiëntenfolder.
Een abdominale echografie wordt gebruikt om beelden te produceren van de organen in uw buik, waaronder de lever, milt, nieren, galblaas, pancreas en urineblaas . Het wordt voornamelijk gebruikt om symptomen te onderzoeken zoals pijn, een opgeblazen gevoel, misselijkheid, afwijkende bloedtesten en een voelbare massa, onder andere.