Kurkuma kan een bloedverdunnend en suikerverlagend effect hebben. Aan mensen die hier al 'klassieke' medicatie voor nemen, wordt aangeraden het gebruik van kurkuma zeker te melden aan hun arts.
Bij zwangerschap en tijdens de borstvoedingsperiode is kurkuma af te raden, simpelweg omdat er onvoldoende veiligheidsinformatie beschikbaar is(6). Kurkuma bezit sterk antioxidatieve eigenschappen. Wie een kankerbehandeling ondergaat, mag daarom nooit zonder samenspraak met de arts kurkuma gebruiken.
De meest voorkomende bijwerkingen van kurkuma zijn maagklachten, misselijkheid, diarree en duizeligheid. In de meeste gevallen komen deze klachten voor als je kurkuma dagelijks in de vorm van een hoog gedoseerd supplement inneemt.
Studies tonen aan dat kurkuma ontstekingsremmend werkt en die kleine, chronische ontstekingen kan bestrijden. Ter ondersteuning van een gezonde spijsvertering en om maag-darmklachten te verlichten. Kurkuma helpt bij de vertering van vetten. Het voorkomt winderigheid en een opgeblazen gevoel.
Kurkuma helpt om je HDL-cholesterol aanzienlijk te laten toenemen en je LDL-cholesterol juist te laten dalen. Hiermee helpt kurkuma je dus om je hart en bloedvaten gezond te houden. Daar komt nog eens bij dat dit superkruid helpt om je bloedvaten te versterken en om te voorkomen dat bloedplaatjes samenklonteren.
Behalve het remmen van ontstekingen zorgt Kurkuma ook voor een sterkere hart- en bloedvaten, waardoor de kans op hoge bloeddruk en alle bijkomende gevolgen verminderd wordt.
Zoals we net leerden stimuleert kurkuma de werking van de galblaas. De galblaas is verbonden met de lever (en het bovenste gedeelte van de dunne darm). En de lever is het belangrijkste orgaan als je jouw lichaam wilt ontgiften. Kurkuma helpt de lever zijn werk goed te doen.
Conclusie. Verschillende onderzoeken tonen aan dat supplementen op basis van kurkuma de pijn, stijfheid en beweeglijkheid bij knieartrose op korte termijn kunnen verbeteren. De effecten op lange termijn moeten verder onderzocht worden.
Door zomaar heel veel kurkuma aan je gerechten toe te voegen, zal je dus weinig gezondheidsvoordelen ondervinden. Ook verse geelwortel zal weinig effect hebben. Bovendien moet je maar liefst 1 kilo kurkumapoeder naar binnen werken vooraleer je hetzelfde effect hebt als een capsule met geconcentreerde curcumine.
De kruidenproducten ginseng en ginkgo hebben invloed op de bloedstolling. Bij gebruik met een bloedverdunnend medicijn neemt het risico op trombose of een hart- of herseninfarct toe. Knoflook kan in hoge concentraties een remmend effect op de bloedstolling hebben.
Directe orale anticoagulantia (DOAC's) zijn voor sommigen een mogelijk alternatief: Apixaban (Eliquis®), Dabigatran (Pradaxa®), Edoxaban (Lixiana®) en Rivaroxaban (Xarelto®).
Mag ik andere medicijnen gebruiken als ik een bloedverdunner (cumarine) gebruik? Gebruik geen pijnstillers zoals ibuprofen, naproxen, diclofenac, acetylsalicylzuur (aspirine) of celecoxib. Dit zijn NSAID's of ontstekingsremmers. Deze medicijnen maken de kans groter dat u een bloeding in uw maag en darmen krijgt.
Gember kan de suikerspiegel in het bloed verlagen (3) en bloedverdunnend effect hebben (3). Aan mensen die hier al 'klassieke' medicatie (vooral bij warfarine, fenprocoumon en salicylaten als aspirine) (4) voor nemen, wordt aangeraden het gebruik zeker te melden aan hun arts.
Hoeveel kurkuma per dag? Kurkuma is gezond! Volwassenen wordt daarom aanbevolen tussen de 1 en 3 theelepels kurkuma per dag te eten. Te veel kurkuma is niet goed, maar het blijkt geen kwaad te kunnen wanneer u 3 maanden achter elkaar dagelijks 12 gram eet.
Het klopt dat gember in verband wordt gebracht met het versterken van de werking van bepaalde bloedverdunners. Op deze manier zou gember het risico op bloedingen kunnen verhogen. Dit risico wordt niet beïnvloed door het al dan niet gelijktijdig innemen van gemberthee en een bloedverdunner.
In melk zit namelijk calcium, wat de botten en het kraakbeen kan versterken. Ditzelfde geldt voor het eten van kaas, maar bleek niet van toepassing te zijn bij de consumptie van yoghurt. De bevindingen van het onderzoek zijn gepubliceerd in het American College of Rheumatology [1].
Wetenschappers zeggen dat mensen veilig tweemaal daags 500 milligram gedurende dertig dagen kunnen eten of drinken. Deze hoeveelheid bereik je al snel. Bedenk bijvoorbeeld dat een theelepel al snel twee à drie gram kurkuma-poeder bevat.
Een duurdere vorm van Curcumine geeft het hoogste gezondheidsrendement. Met een percentage van minimaal 95% Curcuminoïden is dit wel de meest effectieve vorm. Ook bevat het geen chemische toevoegingen: alleen de natuurlijke olie uit de Geelwortel wordt gebruikt om de opneembaarheid te vergroten.
Kurkuma is vooral bekend van de Indiase keuken. Je ziet de specerijen terug in Curry's of kerriegerechten. Kurkuma wordt meer gebruikt t.o.v. gember vanwege de voedingswaarde, en vele andere voordelen.
Tal van wetenschappelijk publicaties tonen aan dat de kruiden kurkuma en gember elkaar versterken. De combinatie werkt ontstekingsremmend, beschermt de aderen en remt het hongergevoel. De werkende stoffen in gember zijn gingerol, shogaol en zerumbone.
Is kurkuma écht de natuurlijke pijnstiller en ontstekingsremmer? Kort en bondig: ja. Het belangrijkste bestanddeel van kurkuma is curcumine. Deze stof verlicht pijn en voorkomt ontstekingen.
De beste manier om de hoogste lichaamsopname van kurkuma te behalen, is door de werkzame stof (Curcuma Longa) te micelliseren. Dit houdt in dat de werkzame stof wordt verpakt in zogenaamde micellen. Je lichaam maakt van nature al micellen aan voor de vertering en opname van moeilijk opneembare stoffen.
Belangrijk om te vermelden is dat kurkuma de belangrijke vitamines A, B1, B2, B3, B6, B12, C, D, E en K bevat. En in kurkuma zitten waardevolle mineralen zoals ijzer, calcium, magnesium, kalium en zink. Deze vitamines en mineralen maken kurkuma tot een hele gezonde specerij.
Kurkuma bevat de stof curcumine, een antioxidant. Deze stof zou de gevoeligheid voor insuline verbeteren en helpen bij te hoge bloedsuikers. Ook zou het helpen om diabetes type 2 te voorkomen. Er is meer onderzoek bij mensen nodig om dit te bewijzen.