Als je in loondienst werkt of een uitkering krijgt, heb je een inkomen. Over dat inkomen betaal je loonheffing.
loon, fooien of winst uit een onderneming;uitkering, pensioen, lijfrente en alimentatie;buitenlandse inkomsten;inkomsten als freelancer, gastouder, artiest of beroepssporter.
Uw loon van de periode van 12 maanden voordat u werkloos werd, bepaalt de hoogte van uw WW-uitkering. Dat heet het WW-maandloon. In de eerste 2 maanden is uw uitkering 75% van dat WW-maandloon.De volgende maanden ontvangt u 70%.
Dat zijn bijvoorbeeld: werkloosheidsuitkering ( WW ), arbeidsongeschiktheidsuitkering ( WAO , WIA , Wajong ), zwangerschapsuitkering ( WAZO ), ziekengeld ( ZW ) en toeslag ( TW ).
Terwijl de werkloosheidsuitkering alleen geldt voor mensen die langere tijd in loondienst zijn geweest, is de bijstandsuitkering juist een basisrecht voor (in principe) iedereen. Een zogenoemd 'sociaal vangnet'. Bij een bijstandsuitkering wordt daarom ook niet gekeken naar de hoogte van de voorgaande salarissen.
Elke instantie waarvan u een uitkering ontvangt, houdt belasting in op het bedrag dat zij aan u betaalt. Deze belasting heet loonheffing. Afhankelijk van de hoogte van de uitkering die u via zo'n instantie krijgt, houdt zij meer of minder loonheffing in.
Geen bijstand! Als u de erfenis snel uitgeeft en daarna bij de gemeente aanklopt voor een bijstandsuitkering, wordt de bijstandsuitkering geweigerd. U doet dan namelijk een onnodig beroep op de bijstand. De gemeente berekent hoe lang u had kunnen interen op de erfenis en gedurende die periode krijgt u geen bijstand.
Voorwaarden WW
5 uur of meer van uw arbeidsuren per week verliest en geen recht hebt op loon over die uren; direct beschikbaar bent voor betaald werk; minimaal 26 weken heeft gewerkt in de 36 weken voordat u werkloos werd (wekeneis). Weken waarin u als zelfstandige heeft gewerkt, tellen niet mee.
Er zijn verschillende soorten inkomsten die u moet aangeven in uw aangifte inkomstenbelasting, zoals loon, uitkeringen, pensioen en partneralimentatie. Deze inkomsten tellen mee bij de berekening van uw belasting in box 1: werk en woning.
Bijstand is het enige inkomen in Nederland dat netto is en pas aan het einde van het kalenderjaar bruto wordt gemaakt. Voor het aanvragen van toeslagen voor huur, zorg- en kinderopvang moet u het bruto jaarbedrag invullen. U vindt hier de bedragen die u hiervoor in 2024 kunt gebruiken.
Dat zijn uw eigen inkomsten en die van uw eventuele partner of andere persoon waarmee u een gezamenlijke huishouding heeft. Uw vermogen, zoals een eigen huis of spaargeld, telt niet mee als inkomen.
Er zijn vijf vormen van primair inkomen: loon, rente, huur, pacht en winst.
Gehuwden/samenwonenden en alleenstaande ouders € 15.210,- Alleenstaanden € 7.605,- Voor. mensen die een bijstandsuitkering ontvangen en in een eigen huis wonen, geldt aanvullend dat € 64.100,- van het vermogen gebonden aan de woning is vrijgesteld.
Als u komt te overlijden, stopt uw uitkering automatisch.
U krijgt een eenmalige overlijdensuitkering als uw overleden partner een van de volgende uitkeringen kreeg: een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WIA, WAZ, Wajong, Ziektewet)AOW-pensioen. Anw-uitkering.
De overlijdensuitkering is 1 maand bruto-uitkering. Bij de overlijdensuitkering hoort vakantiegeld. Over de uitkering hoeven geen belasting of premies te worden betaald.
Vermogen is bijvoorbeeld spaargeld, dure sieraden of een auto. Als u alleen woont geldt een maximumbedrag van € 7.575, en als u met uw partner of met een kind (jonger dan 18 jaar) woont € 15.150 (bedragen voor 2024). Heeft u meer vermogen? Dan kunt u geen AIO-aanvulling krijgen.
Grens vermogensbelasting 2023
Gelukkig hoef je niet gelijk belasting te betalen als je meer bezittingen dan schulden hebt. Er is namelijk nog een vermogensvrijstelling. Dit heet het heffingsvrije vermogen. Voor 2023 is de vrijstelling €57.000 (voor fiscale partners het dubbele, €114.000).
Ouderenkorting is een korting van € 2.010 op de inkomstenbelasting, waardoor u dus minder belasting hoeft te betalen. U heeft hier recht op als u de AOW-leeftijd heeft, op 31 december van het jaar waarover u belastingaangifte doet. Uw inkomen moet ook lager zijn dan € 44.771 bruto per jaar (in 2024).