In principe is deze aandoening niet erfelijk, maar in sommige families kan de kans op een aneurysma verhoogd zijn. Andere risicofactoren zijn: roken, een hoge bloeddruk en alcoholmisbruik.
Kun je een hersenbloeding voorkomen? De allerbelangrijkste risicofactor voor hersenbloedingen is een hoge bloeddruk. Aan die risicofactor kan je vaak zelf wel wat doen, met name door niet te veel zout gebruiken en soms ook door medicijnen.
Een hersenbloeding kan ontstaan door een door een zwakke plek in de bloedvaten (aneurysma) of misvorming in de bloedvaten (arterioveneuze malformatie, AVM) of door hoge bloeddruk. Maar een bloeding kan ook komen door een ongeval of door een zeldzame bloedziekte.
Bij een hersenbloeding kan er plotseling zeer ernstige hoofdpijn ontstaan. De pijn is zo heftig dat duidelijk is dat medische hulp dringend nodig is. Je kunt ook een epileptische aanval (toeval) krijgen. Verder kun je misselijk zijn of niet goed aanspreekbaar.
Ook als de bloeding uit zichzelf snel tot stilstand komt, is de prognose sterk wisselend. Het ziekbed kan lang zijn en ook tijdens deze periode is de mate waarin de patiënt herstelt moeilijk te voorspellen. Volledig herstel is mogelijk, maar ook ernstige invaliditeit kan het gevolg zijn.
Het meest voorkomende teken is een snel optredende halfzijdige verlamming (hemiplegie). Dit is ook het geval bij andere vormen van beroertes, maar doordat een bloeding niet meteen stopt nemen de symptomen snel toe. In 50% van de gevallen houdt de bloeding nog aan gedurende de eerste 24 uur.
Patiënten met een herseninfarct hebben een vijf keer hogere overlijdenskans. Bij patiënten met een hersenbloeding is de kans op overlijden zelfs meer dan acht keer zo groot.”
verminderd gevoel, verlammingsverschijnselen langs één kant, verlies van spierkracht, scheefstand van de mond, epileptische aanvallen, bewusteloosheid, vergrote pupillen.
Van een CVA (beroerte) kan je ernstige zichtbare gevolgen overhouden zoals geheel of gedeeltelijke verlamming links of rechts van het lichaam, slecht of niet kunnen praten en verward praten (afasie). Maar ook onzichtbare gevolgen van hersenletsel die de buitenwereld niet ziet.
Ruim 80% van een beroerte is een herseninfarct en 20% een hersenbloeding.
Na een beroerte hebben veel mensen last van vermoeidheid. Ongeveer de helft van de mensen is na 2 jaar nog steeds vaak moe. Het gaat om ongewone en extreme vermoeidheid, lichamelijk maar ook psychisch. U kunt bijvoorbeeld moe zijn terwijl u weinig gedaan heeft.
20% heeft een hersenbloeding. In Nederland leven bijna 366.000 mensen met de gevolgen van een hersenbloeding of herseninfarct. In 2020 stierven ongeveer 8.800 mensen aan een beroerte. Dat zijn 24 mensen per dag, 10 mannen en 14 vrouwen.
CVA: herseninfarcten en hersenbloedingen
Jaarlijks lopen naar schatting 40.000 mensen in Nederland een CVA op en 20.000 een TIA. In de huisartsenpraktijk lopen per jaar ruim 2 per 1.000 patiënten een CVA op. Onder 65 plussers is dat 14 per 1.000 per jaar.
Door alcohol duurt het langer voordat uw bloed stolt. Samen met de bloedverdunner duurt het nog langer. U kunt dus beter niet te veel alcohol drinken. Drink maximaal 1 glas alcohol per dag en niet iedere dag.
Tot de leeftijd van 55 jaar heb je weinig risico op een beroerte. Daarna verdubbelt je risico om de tien jaar. Mannen lopen meer risico, maar bij vrouwen is de aandoening vaker fataal. Als een ouder, grootouder, broer of zus een beroerte had, loop je meer risico.
Het bloedpropje sluit het bloedvat even helemaal af. Een deel van de hersenen krijgt even te weinig bloed en daardoor te weinig zuurstof. U krijgt hierdoor klachten, zoals een verlamde arm, een verlamd been, een scheve mond, problemen met praten, niet goed zien of minder gevoel in uw gezicht, arm of been.
Gevolgen hersenbloeding
verlammingsverschijnselen, meestal aan één kant van het lichaam. uitval van gezichtsvermogen, meestal aan één kant van het lichaam. verstoorde waarneming, zoals nog maar één kant van een bord eten zien. spraakstoornissen, niet de juiste woorden gebruiken taal moeilijker spreken én begrijpen.
Jaarlijks krijgen zo'n 43.000 mensen een beroerte. Van de mensen die een beroerte overleven, krijgt één derde binnen vijf jaar een nieuwe beroerte of overlijdt. Hierbij spelen risicofactoren zoals hoge bloeddruk en leefstijlfactoren (weinig bewegen en roken) een grote rol.
Kans op herstel
Meestal kan een arts na enkele weken een voorzichtige voorspelling doen. De grootste vooruitgang vindt plaats in de eerste weken. Na de eerste maanden tot jaren na een beroerte kan nog verbetering optreden. Ongeveer de helft van de patiënten kan na een half jaar zelfstandig leven.
De essentie van functionele neurologie is het inzetten van de plasticiteit (aanpassingsvermogen) van het brein om herstel op te laten treden. Neuroplasticiteit is dus essentieel voor het herstel van hersenen en zenuwen. Door het brein op de juiste wijze te stimuleren, kan het brein zichzelf herstellen.
Hoe kun je het herkennen? Kenmerkend voor een hersenbloeding is de plotse, zeer hevige en ondraaglijke hoofdpijn. Deze hoofdpijn gaat gepaard met tekenen zoals misselijkheid, braken, lichtschuw en nekstijfheid.
Hart- en vaatziekten komen vooral voor bij mensen boven de 50 jaar. Maar ieder jaar krijgen toch ongeveer vijfduizend mensen tussen de 18 en 50 jaar een beroerte, dus een herseninfarct of hersenbloeding.
Veel voorkomende kenmerken van hersenletsel
De veel voorkomende klachten of signalen zijn: stemmingswisselingen, snel boos worden, geheugenproblemen, moeite met communiceren of begrijpen van taal, vaak somer of moe.