Terugkerende blaasontstekingen geven een verhoogd risico op antibiotica resistentie.
Klachten. De klachten die u ervaart zijn vaak kleine beetjes plassen, pijn bij het plassen en soms ook het niet kunnen ophouden van de plas of zelfs bloed bij de plas. Soms kunnen deze klachten gepaard gaan met pijn in uw zij en koorts. In dit geval heeft u geen simpele blaasontsteking, maar een nierbekkenontsteking.
Als u door uw huisarts bent verwezen naar een uroloog zal deze verder onderzoek doen. Dit bestaat uit een plasdagboek, bloed- en/of urine onderzoek, echo van de nieren, plassen op een 'computertoilet' en controleren of u leeg heeft geplast.
Wordt een blaasontsteking niet op tijd behandeld, dan kunnen de bacteriën vanuit de blaas 'opstijgen' naar de nier. Er kan dan een nierbekkenontsteking (pyelonefritis) ontstaan. pijn tussen de zaadballen en de anus (perineum) Bij een prostaatontsteking hoeven er geen plasklachten te zijn.
Loop vooral niet te lang rond met een blaasontsteking: die kan namelijk opstijgen en een nierbekkenontsteking veroorzaken. Dan heb je echt een antibioticum nodig. Malaise, pijn, koorts, koude rillingen en pijn in de zij zijn goede redenen naar een arts te gaan.
Bij vrouwen komt blaasontsteking vaak terug omdat bacteriën vanuit de vagina, via de korte plasbuis, in de blaas komen. Andere oorzaken kunnen zijn: afwijkingen in de vorm van de urinewegen (nier, urineleiders, blaas en plasbuis), stenen, minder gezond vaginaslijmvlies of niet helemaal leegplassen.
Met een echografie kunnen de nieren, de urineleiders en de blaas zichtbaar gemaakt worden op een beeldscherm. Een eventuele dilatatie, verwijding van het afvloedsysteem van de nieren is nu te zien. Ook geeft een echografie een afbeelding van de blaas en de prostaat.
Als een blaasontsteking onbehandeld blijft, is het mogelijk dat deze overgaat in een prostaatontsteking of nierbekkenontsteking. Dit gaat vaak gepaard met koorts en een ziek gevoel. Indien u last heeft van een blaasontsteking, moet u ervoor zorgen dat u anderhalf tot twee liter per dag drinkt.
Als je veel stress of angst ervaart spannen je spieren zich aan en komt er meer druk op je blaas. Dit geeft je vaker het gevoel dat je naar het toilet moet. Hoogste tijd om stress te verminderen. Bij stress gerelateerde plasklachten spreek je eerder over een overactieve blaas dan over een blaasontsteking.
Gebruik minder verzurende voeding die ontstekingen in de hand werkt - dat geldt voor alle ontstekingen - zoals koffie, zwarte thee, vlees, vleeswaren, soja, suiker, granen, frisdranken en kaas. Zo'n 75-80% van je voeding bestaat idealiter uit basen: groente, fruit, water, wat zure zuivel, kruidenthee etc.
Het gevoel dat je moet plassen (aandrang), maar uiteindelijk weinig plast. Het gevoel dat je moet plassen doet pijn. Pijn in de (onder)buik of rug. Urine kan anders ruiken of er anders uitzien, bijvoorbeeld wat troebel of bloederig.
Als je dus ontlasting hebt gehad kunnen deze bacteriën je makkelijk je plasbuis bereiken Door zweet, via een inlegkruisje of gewoon al als je je afveegt van achter naar voren. Zo komt het ook dat vrouwen die urineverlies hebben en verband hiervoor dragen vaker en infectie hebben dan vrouwen die geen verband dragen.
Drinken en plassen
Gebruik cranberry als u merkt dat u bij gebruik hiervan minder blaasontstekingen krijgt: bijvoorbeeld door 2 keer per dag cranberrysap te drinken of capsules te nemen. Het is bewezen dat een aantal bacteriën zich minder goed aan de blaaswand kunnen hechten door het gebruik van cranberry.
Bacteriën worden ongevoelig (resistent)
Als antibiotica vaak tegen een bacterie worden gebruikt, kan deze bacterie resistent worden. De bacterie is dan niet meer gevoelig voor deze antibiotica. Als u een ontsteking krijgt met zo'n ongevoelige bacterie, helpen deze antibiotica niet meer.
Als de huisarts denkt aan een nierbekkenontsteking, dan is ook een ander onderzoek (kweek) van de urine nodig. Uit de kweek komt welke bacterie de ontsteking veroorzaakt. En voor welke medicijnen (antibiotica) de bacterie gevoelig is. De uitslag van de kweek duurt 1 week.
Indien een blaasontsteking of een nierbekkenontsteking niet afdoende wordt behandeld met een bepaald antibioticum zal men inderdaad moeten zoeken naar een andere antibioticum. Welke dat is hangt vooral af van de verwekker van de infectie.
Bij een urineweginfectie is het slijmvlies aan de binnenkant van de urinewegen ontstoken. Een infectie van de lagere urinewegen heet een blaasontsteking. Een onbehandelde blaasontsteking kan leiden tot een nierbekkenontsteking. Een urineweginfectie ontstaat door bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers.
Soms zijn de bacteriën in uw blaas niet gevoelig voor de antibiotica die u slikt. U krijgt dan andere antibiotica. Heel soms komt er ook een ontsteking van het nierbekken bij. Meestal krijgt u dan ook koorts, u voelt zich erg ziek en/of heeft pijn in uw zij.
Lage rugpijn en buikpijn
Een herkenbare klacht bij een blaasontsteking is uitstralingspijn naar de onderrug en buik. De blaas ligt onder in het bekken. De pijn die daar bij een blaasontsteking optreedt wordt door twee factoren veroorzaakt. Ten eerste is er een lokale zwelling in de blaas vanwege ontstekingsoedeem.
Witte bloedcellen (leukocyten) zijn een indicatie voor ontsteking van de nieren, blaas of urinewegen. Bij ontsteking van de nier zijn de cellen vaak aan elkaar geplakt (celcylinders). In de urine is dan vaak ook eiwit en nitriet aantoonbaar met de stripanalyse, soms ook rode bloedcellen.
Vang (liefst 's morgens) verse middenstroomurine op in een proper potje. Haal de teststrip uit de verpakking en dompel hem gedurende twee seconden onder in de urine. Leg de teststrip op de aluminium verpakking en laat deze gedurende exact één minuut liggen zonder aan te raken. Lees onmiddellijk daarna het resultaat af.
Cranberrysap en blaasontsteking
Bepaalde stoffen in cranberry's zouden ervoor zorgen dat bacteriën moeilijker aan de blaaswand hechten. In sommige onderzoeken lijken cranberry's de kans op een blaasontsteking te verminderen, vooral bij vrouwen die vaak last hebben van blaasontsteking, maar in andere onderzoeken niet.
De uroloog brengt bij vrouwen een dunne metalen buis (cystoscoop) via de plasbuis in de blaas. Bij mannen wordt gebruik gemaakt van een flexibele cystoscoop, omdat de plasbuis van een man langer is. De uroloog brengt bij vrouwen een dunne metalen buis (cystoscoop) via de plasbuis in de blaas.