Koning Benjamin was een profeet van God die het land Zarahemla regeerde. Hij werkte hard om zijn volk te dienen en ze over God te leren.
Benjamin is in de Islam de zoon van de profeet Jacob en het is de huidige voornaam van minister-president Benjamin Netanyahu. Het zou daarom niet gepast zijn om een kind deze naam te laten dragen. Andere namen zouden niet Arabisch genoeg zijn of te weinig met de Islam te maken hebben.
Herkomst en betekenis Benjamin
Het is een samenstelling van de woorden 'ben', dat 'zoon' betekent en 'yamin', dat 'rechterhand' betekent. In zijn geheel betekent de naam Benjamin dus 'zoon van mijn rechterzijde'.
Als je wilt zeggen dat iemand (veruit) de jongste is van een bepaalde groep, kun je zo iemand aanduiden als 'de benjamin van het gezelschap'. Het woord 'benjamin' schrijf je met een kleine letter, ook al is het oorspronkelijk een eigennaam.
Benjamin staat voor 'zoon van geluk'. Vaak wordt de naam ook gezien als jongste kind van een gezin. In de Bijbel was Benjamin de jongste zoon van vader Jakob en moeder Rachel. Benjamin werd de naam van een van de stammen van het volk van Israël.
Wie de benjamin is, is het jongste kind van een gezin of een groep mensen.
Profeten in de Koran
De Koran maakt 25 namen bekend: Adam, Idris, Nuh, Hud, Salih, Ibrahim, Lut, Ismaïl, Ishaq, Yaqub, Yusuf, Ayyub, Shu'aib, Musa, Harun, Dawud, Suleyman, Ilyas, Al-Yasa, Yunus, Zulkifl, Zakarya, Yahya, Isa en Mohammed. Soms worden ook Luqman en Dhulqarnain tot de profeten gerekend.
Zoals eerder aangegeven, wordt binnen de islam veel belang gehecht aan afstamming. Deze afstamming wordt doorgaans kenbaar gemaakt door het aannemen van de achternaam van de vader. Indien iemand niet de achternaam van zijn of haar vader heeft, kan deze persoon dit als problematisch ervaren vanuit geloofsovertuiging.
Benjamin is een Hebreeuwse naam en betekent 'zoon van mijn rechterzijde'. Het is een samenstelling van de woorden ben ('zoon') en yamin ('rechterhand') betekent. Het is ook mogelijk dat Benjamin 'het geluk' betekent. In de Hebreeuwse Bijbel is Benjamin de jongste van de twaalf zonen van Jakob.
jongste in een gezin of groep
Vandaar het gezegde 'de benjamin van de familie'. Spreekwoorden: (1914) Benjamin, d.w.z. de jongste zoon, aldus genoemd naar den jongsten zoon van Jacob; ook de lieveling van vader en moeder, de frul of 'et febbeken, zoo...
Malika is een Arabische meisjesnaam, die "koningin" betekent. De mannelijke vorm is Malik ("koning"). Een van de 99 Schone Namen van God is dan ook Al-Malik.
Moslims geloven dat Adam de eerste profeet is en Mohammed de laatste. De islam erkent ook Jezus als profeet, Isa noemen moslims hem, maar zij geloven niet dat hij de zoon van God was, noch dat hij gekruisigd is. "Mohammed is voor miljoenen moslims een voorbeeld. Zijn bijnaam was Al-Amin: de betrouwbare."
Arabisch: ما اسمك؟
Herkomst en betekenis Aya
In het moderne Arabisch komt het woord 'aya' ook voor. Hier betekent het 'godsbewijs'. Een aya is de naam voor verzen in de Koran. Het meervoud van aya is 'ayat'.
Dat wil zeggen: de boodschap van Allah en zijn profeet Mohammed te verkondigen en gehoorzaamheid aan de wetten van de Allerhoogste en zijn profeet zo nodig met geweld af te dwingen.
Met de christelijke term 'Grote Profeten' worden doorgaans de oudtestamentische boeken Jesaja, Jeremia, Ezechiël en Daniël aangeduid.
De sahaba (enkelvoud: sahabi) of metgezellen (Arabisch: صحابة) is de groep van personen die Mohammed, doorgaans gezien als de laatste profeet in de islam, nog tijdens zijn leven volgde.
In het alledaagse spraakgebruik spreekt men tot een leeftijd van 12 à 14 jaar van 'kinderen' en daarna van 'jongere', 'tiener' of 'puber'. In de ontwikkelingspsychologie spreekt men niet meer van 'pubers' en 'puberteit' maar van 'adolescenten' en 'adolescentie'.
Het oudste kind blijkt het slimste (en dat heeft het te danken aan mama en papa!) Uit verschillende studies is al gebleken dat oudste kinderen in het gezin gemiddeld slimmer zijn dan hun jongere broertjes of zusjes.
De term sandwich generation (Nederlands: sandwichgeneratie) wordt in de Amerikaanse onderzoeksliteratuur gebruikt voor mensen tussen 40 en 60 jaar oud die tegelijk zowel voor hun opgroeiende kinderen als voor hun bejaarde ouders moeten zorgen.