Over het algemeen is baarmoederhals-kanker goed te behandelen. Als er echter uitzaaiingen worden vastgesteld buiten het bekken (bijvoorbeeld in de lever of in de longen) is de kans op genezing heel kleiner.
Vooruitzichten op genezing
Als we de kanker vroeg ontdekken, leeft na 5 jaar nog meer dan 90% van de patiënten. Als er al uitzaaiingen zijn naar andere organen, dan kan dat dalen tot nog maar 5%. Gemiddeld geneest in Nederland ongeveer 70% van alle patiënten met baarmoederhalskanker.
Je overlevingskansen bij baarmoederkanker zijn over het algemeen redelijk goed, omdat bij 85 procent van de vrouwen de ziekte al vroeg – in stadium I of II – ontdekt wordt. In die eerste twee stadia is de vijfjaarsoverleving tussen 78 en 94 procent.
De overlevingskans van patiënten met baarmoederhalskanker hangt af van de uitgebreidheid van het ziekteproces op het moment van de diagnose. Bij beperkte tumorgroei is de 5-jaarsoverleving 98%.Bij uitzaaiingen op afstand is de 5- jaarsoverleving nog maar 7%.
De gynaecoloog haalt alle lymfeklieren onder in uw buik (bekken) weg. De gynaecoloog haalt de hele baarmoederhals en het weefsel daar omheen weg. Dat kan via de vagina of door een snee in de buik. Ook haalt de arts het bovenste (diepste) deel van de vagina weg.
Hoewel het verwijderen van de baarmoeder gegarandeerd helpt bij het stoppen van het bloedverlies is het natuurlijk ook een erg zware ingreep met een lange herstelperiode en mogelijk ernstige complicaties 5.
Afwijkende cellen zijn alleen met een uitstrijkje te vinden. Baarmoederhalskanker kan lange tijd onopgemerkt blijven. Eerste tekenen kunnen bestaan uit ongewoon bloedverlies (vooral na het vrijen) of abnormale afscheiding. Pijn ontstaat meestal pas als de kanker doorgroeit in andere organen of als er uitzaaiingen zijn.
Overleving baarmoederhalskanker oudere patiënt blijft achter. De relatieve vijfjaarsoverleving van baarmoederhalskanker nam de afgelopen decennia toe van 68 naar 74 procent. De overleving steeg in alle leeftijdscategorieën, behalve bij patiënten die 75 jaar of ouder waren op het moment van diagnose.
Kanker kan uitzaaien. Dat betekent dat kankercellen losraken van de tumor en in een ander deel van het lichaam verder groeien. Als baarmoederhalskanker uitzaait, is het meestal naar de lymfeklieren in het bekken of langs de grote lichaamsslagader (aorta).
Ik heb nog geen seks, kan ik dan ook baarmoederhalskanker krijgen? De kans is klein dat je baarmoederhalskanker krijgt als je nog geen seks hebt, maar niet 0%. Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door HPV, het Humaan Papillomavirus. Dit is een erg besmettelijk virus.
Hoe ontstaat baarmoederhalskanker? Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door een virus: het humaan papillomavirus (HPV (humaan papillomavirus)). Als mensen seksueel actief zijn, kunnen ze besmet raken met HPV. HPV is erg besmettelijk.
De meerwaarde van chemotherapie is het effect op afstand. Bestraling is plaatselijk en zorgt voor een afweerreactie rond de tumor, maar chemotherapie reist het hele lichaam door. Op die manier kan het kankercellen op afstand vernietigen en ook daar afweercellen naartoe lokken.
Omdat het virus via seks wordt overgedragen, denken vrouwen soms dat het HPV-virus een soa is en vragen ze zich af of hun partner is vreemdgegaan. Begrijpelijk. maar niet nodig. Het virus is namelijk geen soa.
Eigenlijk geeft het feit dat er wel HPV maar geen afwijkende cellen worden gevonden al aan dat je blijkbaar wel genoeg afweer hebt om te voorkomen dat de cellen afwijkend worden. Want je hebt wel gelijk: jullie kunnen elkaar steeds opnieuw besmetten. En daar is er helaas niet veel aan te doen.
stadium I: de kanker is beperkt tot de baarmoedermond. stadium II: de kanker is doorgegroeid tot in het steun- of spierweefsel van de bekkenbodem of in het bovenste deel van de vagina. stadium III: de kanker is doorgegroeid tot aan de bekkenwand of tot in het onderste deel van de vagina.
Wanneer de ziekte zich heeft uitgebreid naar andere organen, is de vijfjaars overleving maar ongeveer 5%. Gemiddeld geneest ongeveer 70% van alle patiënten met baarmoederhalskanker. Wat u als individuele patiënte voor de toekomst mag verwachten, kunt u het beste met uw behandelend arts bespreken.
Klachten en symptomen baarmoederkanker
onregelmatig en veel bloedverlies tussen de menstruaties door. bloedverlies bij het plassen of andere plasklachten. vrouwen met baarmoederkanker in een vergevorderd stadium kunnen last hebben van moeheid, vermagering en/of buikpijn.
Soms heeft de tumor graad 3: de tumor groeit snel en kan daardoor agressiever zijn. Er is een wat grotere kans dat de tumor terugkomt na de behandeling. De kans op uitzaaiingen is ook wat groter bij deze tumor.
Agressief betekent: de kanker groeit vaak snel en kan snel uitzaaien. Het doel van chemotherapie na de operatie is om achtergebleven kankercellen te vernietigen. Vaak krijg je de chemotherapie na de operatie samen met bestraling.
Relatief de meeste nieuwe gevallen van baarmoederhalskanker worden vastgesteld rond de leeftijd van 30 tot en met 34 jaar. Het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker is van grote invloed op de verdeling van het aantal nieuwe gevallen naar leeftijd.
HPV is heel besmettelijk en geeft meestal geen klachten, daarom kan iemand met HPV zonder dat de persoon het weet iemand anders gemakkelijk besmetten. Een condoom beschermt niet volledig. Het virus kan ook overgedragen worden via de huid, handen en mond.
Voorstadium. Aan de binnenkant van de baarmoederhals zitten cilindercellen en aan de buitenkant plaveiselcellen. Vooral op de plek waar deze 2 soorten cellen in elkaar overgaan, kunnen afwijkende cellen ontstaan. Dit is het voorstadium van baarmoederhalskanker.
Vaak geeft baarmoederhalskanker geen klachten, zeker in het begin. Het wordt meestal ontdekt bij het uitstrijkje. Het slijm is bijvoorbeeld bruin of zwart-rood. U verliest bloed terwijl u al een jaar of langer niet meer ongesteld bent.
Als de uitslag tweemaal een Pap 2 is, wordt onderzoek door de gynaecoloog geadviseerd. Meestal is geen behandeling noodzakelijk. Er worden licht afwijkende cellen gevonden; men spreekt soms ook van lichte of matige dysplasie. Het advies is dan verder onderzoek door de gynaecoloog.
Door baarmoederhalskanker en de behandeling kun je lichamelijke klachten krijgen die invloed hebben op je seksleven: Je bent erg moe of hebt andere lichamelijke klachten. Je vagina wordt minder vochtig als je opgewonden bent. Je vagina kan nauwer en korter worden.