Je kunt maar één setje zonnepanelen met stekker aansluiten per groep in de meterkast.
Vermogen stopcontact
Op een gewoon stopcontact mag je wettelijk maximaal 600 Wp aansluiten. Dat komt neer op 1 set van 2 zonnepanelen. Als je dus meerdere zonnepanelen rechtstreeks op een stopcontact wil plaatsen, heb je een aparte groep nodig in je meterkast.
Het is wel een risico. Installateurs moeten elektrische installaties zoals zonnepanelen installeren volgens het Bouwbesluit waarin wordt verwezen naar de norm NEN 1010:2020 (Nederlandse Normalisatie Instituut, 2021). Daarin staat dat zonnepanelen niet via het stopcontact aangesloten mogen worden.
Hoeveel zonnepanelen kan ik op een bestaande groep installeren? Op een bestaande groep mag u een omvormergroep tot maximaal 500 Watt AC vermogen installeren. Dit wordt normaal bereikt door bv 3 panelen van 190 Wattpiek op een 500W omvormer aan te sluiten zoals een Steca 500 of een Soladin 600.
Een omvormer heeft een stekker en een groep heeft meerdere stopcontacten dus je kan af fabriek meerdere omvormers achter één groep zetten. Als er zowel opwekkers als verbruikers op de groep zitten kan hierdoor bij normaal gebruik een hogere stroom lopen dan dat de kabel op gedimensioneerd is.
Met een 1-fase 35 ampère hoofdzekering kunt u ongeveer 14 tot 16 zonnepanelen van 400 Wp aansluiten. Hierbij maakt u gebruik van een 1-fase omvormer van maximaal 5600 Watt. Wanneer u een grotere installatie wenst moet u gebruik maken van een 3-fasen omvormer, en dus een 3-fasen meterkast.
Meestal wordt in Nederland een kabel met een dikte van 4 mm2 gebruikt. Ook de kabel van de omvormer naar de meterkast is bij voorkeur korter dan 20 meter, om dezelfde reden. Voor omvormers (fase 1) wordt een 3-aderige kabel gebruikt (3 x 2,5 tot 6 mm2) en voor omvormers (fase 3) 5 x 2,5 mm2.
Omvormers tot een stroom van 2,25A mogen direct op het lichtnet worden aangesloten, via een bestaande wandcontactdoos. Bij omvormers groter dan 2,25A heeft u twee mogelijkheden. Het uitbreiden van de installatiekast met extra groepen of het zonnepaneel aansluiten via de onderverdeler ZV16.
Een omvormer sluit je aan op 1-fase of 3-fasen aansluitingen. Wekken je zonnepanelen meer dan 5.000 Watt op, dan heb je een 3-fasen omvormer nodig.Heeft je zonnedak minder vermogen?Dan is een 1-fase omvormer ook een keuze.
Allereerst is het verplicht om PV-panelen altijd op een aparte groep in de groepenkast aan te sluiten. Dit geldt ook voor de kleinere panelen die rechtstreeks met een steker in het stopcontact kunnen worden aangesloten. Een PV-omvormer kan niet zondermeer op een extra eindgroep worden aangesloten.
Ter vergelijk: een gemiddeld gezin in Nederland draait 208 wassen per jaar. Met een zuinige wasmachine kost dit totaal ongeveer 168 kWh. Met andere woorden: één zonnepaneel is dus al genoeg om de energiekosten van deze wasmachine af te dekken.
Je kunt een bestaand zonnepanelen-systeem gemakkelijk uitbreiden met een ander type zonnepaneel met een hoger vermogen. Het is mogelijk om de zonnepanelen op twee verschillende dakvlakken te installeren. Dit is een van de goedkopere opties om je bestaande zonnesysteem uit te breiden.
Nieuwbouwwoningen hebben meestal al een 3-fasen aansluiting. Dit betekent dat er in de meterkast over 3 kabels stroom binnenkomt. Als je deze aansluiting hebt, is jouw meterkast geschikt voor zonnepanelen. In oudere woningen is vaak een 1-fase aansluiting.
230 volt in Nederland
In Nederland staat er 230 Volt op het stopcontact. Daar de stroomsterkte hier 16 Ampère is, betekent dit dat er een vermogen van 3680 Watt geleverd kan worden. Het vermogen wordt immers berekend door de spanning te vermenigvuldigen met de geleverde stroomsterkte.
Wat bij de huidige netspanning van 230 Volt dan 2300 VoltAmpère(VA) aan vermogen mogelijk maakt. Tot ruwweg 2000 Watt/VA is er dus met de wandcontactdozen en stekers geen direct probleem te verwachten.
Houd altijd als vuistregel aan dat er maximaal 3500 Watt aan stroom door een groep mag lopen. Als je 3500 Watt als standaard aanhoudt zit je altijd goed. Wanneer je de officiële berekening erop los laat zijn verschillende uitkomsten mogelijk. De uitkomst is afhankelijk of 220 Volt of 230 Volt wordt aangehouden.
Het aantal panelen van je eigen zonnestroomsysteem bepaalt in grote mate de capaciteit van de omvormer. De 3-fase omvormers zijn beschikbaar vanaf 4.000 watt (minimaal 16 zonnepanelen).
Hoofdaansluiting en zonnepanelen
Bij het kiezen van een omvormer is het als eerste verstandig om goed te kijken naar het aantal zonnepanelen dat op het dak geplaatst gaan worden. Tot 16 zonnepanelen is een 3 fasen omvormer niet nodig; een 1 fase omvormer is hiervoor voldoende.
Wilt u een groter aantal zonnepanelen plaatsen? Dan plaatst u meer vermogen en levert u meer stroom terug aan het net. Daarom heeft u een 3 fasen omvormer nodig. Deze kan worden geplaatst als u ook en een 3 fasen aansluiting heeft.
Voor een optimaal resultaat moeten de kabels van de zonnepanelen tot de omvormer niet langer zijn dan 15 tot 20 meter. Wanneer hier rekening mee wordt gehouden blijft het kabelverlies ruim onder de 1%. De kabel van de omvormer naar de meterkast moet bij voorkeur ook niet langer zijn dan 20 meter.
Tot ca.18 panelen wordt gebruik gemaakt van een 16 ampère zekering. Dat is dezelfde zekering die in huishoudelijke installaties wordt gebruikt. Het vermogen dat dan maximaal terug geleverd kan worden is dan 3600 W.
Wat zijn zonnepanelen met stekkers eigenlijk? Een zonnepaneel met stekker, vaak ook plug & play zonnepaneel genoemd, is ontworpen voor een makkelijke installatie. Je legt het paneel op je dak of balkon, sluit de stekker aan op een regulier stopcontact en voilà: je wekt je eigen zonne-energie op.
Mocht er sprake zijn van veel schaduwvorming door bijvoorbeeld bomen of meerdere dakoppervlakken met panelen, kies dan voor een serie geschakeld systeem met power optimizers. Indien het zonnestroomsysteem niet groter is dan 6 panelen is de keuze voor parallelschakeling met micro-omvormers de beste keuze.
Er wordt vanuit de omvormer een kabel aangelegd naar de meterkast. Dit is nodig om de opgewekte stroom vanuit de zonnepanelen (via de omvormer) naar de meterkast te geleiden. Hiermee worden de zonnepanelen aangesloten op de hoofdmeter en hoofdzekering.
Een remautomaat is er dus voor om de groepenkast te beschermen tegen te grote stromen. In de oude situatie zat er geen remautomaat in het systeem en er kon dus 16A van mijn PV groep af komen terwijl ik ook nog 35A uit het net kon trekken. Ergens in de groepenkast was dus 16A + 35A = 51A mogelijk.