Als de grond nog vochtig is, hoef je geen water te geven. Voelt de grond echter droog aan, dan kan je terug begieten. In de zomer kan het nodig zijn om je paprikaplant dagelijks water te geven.
Eenmaal tot plat gegroeid hebben de paprika's doorgaans niet zoveel verzorging nodig. Het enige wat ze verlangen is een zonnige en lichte plek met voldoende water en warmte. Je kunt na enkele weken na het uitplanten best wat hooi of stro rondom de plant leggen. De grond droogt hierdoor niet zo snel uit.
De paprika plant houdt van veel zon, dus als het plantje een dag of twee in een grotere pot staat mag deze gewoon in de volle zon staan. Let er wel op dat het met zonnig weer niet te warm wordt. Als de temperatuur te vaak boven de 30 graden komt, krijg je hard, leerachtig blad en stopt de plant met groeien.
Paprika is, in tegenstelling tot tomaten, niet gevoelig voor regen en hoeven niet opgebonden of gediefd te worden. Soms is het wel handig om de planten van een centrale steunstok te voorzien, zeker wanneer ze zwaar beladen zijn met vruchten.
Aan één plant kunnen wel 80 paprika's groeien! In december en januari worden de paprikaplanten geplant. In een aantal maanden tijd groeien hier stengels met paprika's aan. Begin maart tot en met eind november kunnen paprika's worden geoogst.
Bemesting. Paprikaplanten die in de volle grond of kas groeien hebben tijdens hun groei geen verdere bemesting nodig maar bij de paprika's die in potten worden gekweekt is het aan te bevelen om na acht weken wat osmocote (kuipplant mest) door de grond te mengen.
De oogst vindt bij een buitenteelt plaats in september en oktober. In de (ongestookte) kas kun je de eerste vruchten in de meeste gevallen vanaf halverwege juli oogsten. Oogst paprika's door ze voorzichtig van de plant te breken en de vrucht omhoog langs de stengel te buigen.
De paprika groeit niet wanneer het niet tussen de 22 en 25 graden is. Zorg dus dat het altijd warm genoeg is. Als de plantjes eenmaal omhoog komen, is de temperatuur nog steeds heel belangrijk. Geef de planten ook regelmatig water, maar let er goed op dat de grond niet te vochtig wordt.
Paprika planten blijven nogal klein en hoeven daarom niet te worden gesnoeid. Na het overwinteren is het raadzaam de paprika te snoeien. Alle planten tot op het eerste oog na een vertakking terugsnoeien en verrotte en gele bladeren verwijderen. De planten kunnen dan in het voorjaar weer goed groeien en gedijen.
Neem de dief vast tussen jouw duim en wijsvinger, en buig deze voorzichtig om tot hij afbreekt. Doe dit met zachte hand zodat je de dieven niet helemaal scheurt want dan krijgen schimmels vrij spel. De kleine dieven aan de bovenkant van de plant (bovenste top) laat je beter staan.
Mocht je zelf zaden willen oogsten van je zelf geteelde paprika's zorg dan dat je een goede afstand aanhoudt tussen je paprikaplant en peperplant – in principe zullen gekruiste nakomelingen altijd pittig zijn (omdat heet 'dominant' is over niet heet).
De groene paprika is de minst rijpe variant. Wanneer een paprika rijper wordt, verandert deze naar geel, oranje en rood. Dit zorgt ervoor dat de smaken veranderen.
Alle peper -en paprikaplanten zijn meerjarige planten. Echter in ons klimaat worden ze meestal gehouden als een eenjarige plant. Maar je kan ze ook laten overwinteren. De soort annuum is de grootste groep van het capsicum geslacht.
De paprikaplant is eigenlijk struikachtige plant die houdt van ongeveer 25 graden. Aangezien in ons klimaat de teelt ongeschikt is voor buitenteelt, vindt de productie plaats in kassen. In de volle grond wordt de plant circa 1 meter hoog, in de kassen tot 4,5 meter.
In principe heeft elke paprika zaadjes, als je de paprika open snijd zie je bovenaan bij de steel een rondje waar zaadjes aan zitten. Díe haal ik er af en doe ze in een papieren enveloppe en schrijf de naam er op.
Het duurt ongeveer 10 tot 12 weken voordat een groene paprika rood wordt. Paprika's groeien het best in een warm, vochtig klimaat met veel zonlicht. Als de paprika's rijp zijn, worden ze rood.
Paprika kun je gemakkelijk zelf kweken. Het is een heerlijke vruchtgroente die je al in het vroege voorjaar kunt voorzaaien in huis of in een kas. Als het in mei warmer wordt buiten kunnen de stekken naar buiten en in de volle grond. Zo geniet je in de zomer al van zelf gekweekte paprika's.
De plantafstand in de rij bedraagt 40 cm, de afstand tussen de rijen bedraagt 80 cm. De kiemblaadjes mogen niet onder de grond terechtkomen bij het uitplanten en de planten moeten worden gesteund. De kluit komt 1 cm boven de grond uit. Na het planten worden de paprikaplanten water gegeven.
De vruchten bestaan voor 95 % uit water. Geef zeker iedere dag een halve gieter water per plant. Je merkt dat de plant meer water nodig heeft als de bladeren gaan hangen. Komkommers zijn gevoelig voor de ziekte 'meeldauw', dus geef geen water op het blad.
Wist u dat alle paprika's eerst groen zijn? Afhankelijk van het ras veranderen ze nadien van kleur, bijvoorbeeld rood, geel of oranje. Tijdens de verkleuring verandert ook de smaak. Rijpe paprika's zijn zoet, terwijl de groene variant een meer bittere smaak heeft.
Paprika- en peperplanten toppen
Je knijpt of knipt de top eruit. Op deze manier zie je binnen een week in de okseltjes van de bladeren nieuwe scheuten ontstaan. Hierdoor wordt het een vollere plant en krijg je meer bloemen en meer oogst. Paprika's en pepers groeien bij mij in de open lucht en dat gaat prima.
Zoete smaak
Door het roosteren krijgt de paprika die typische, zoete grillsmaak. Zorg dat de pan goed heet is. Strijk de paprika in met een beetje olie en gril deze vervolgens totdat hij zacht is en een geblakerd patroon heeft. Als je een paprika wilt ontvellen, gril je hem in de oven.
Wie dagelijks een halve paprika eet, krijgt ruim de dagelijks aanbevolen hoeveelheid van vitamine C binnen. De rode bevat zelfs 2 keer zoveel vitamine C als de groene variant.
Bij tomaten kan je ook nog paprika, meloenen, pepers, en komkommers planten. Wel te verstaan als ze groot genoeg is .