De meeste sportieve fietsen hebben twee of drie kettingbladen aan de voorkant (de tandwielen bevestigd aan de pedaalarm) en ergens tussen de 7 tot 12 versnellingen (of tandwielen) aan de achterkant (dit wordt ook wel de cassette genoemd die aan het achterwiel vast zit).
Zo zijn er een 11/25 en een 12/25 voor de vlakke ritten. De 11/28 of 11/30 cassettes zijn geschikt voor heuvelachtige parcoursen en voor sommigen al in de bergen. Voor de meeste fietsers zijn echter de 11/32 en 11/34 cassettes het meest geschikt voor in het hooggebergte.
Meet jezelf niet met de versnellingen die de profs gebruiken. Profs rijden al gauw tweemaal zo hard en hebben dus grote versnellingen nodig. Bovendien hebben profs een aeroob vermogen van 400 watt (mannen, vrouwen circa 12,5% lager). Beter gezegd: 5,8 resp 5,1 Watt/kg, want daar gaat het om.
Het verschil in kwaliteit tussen 105 en Ultegra is kleiner dan vaak gedacht, de 105 groep is vooral een stukje zwaarder en minder mooi afgewerkt. Het schakelen is ook iets minder zuiver dan bij de duurdere groepen, maar dit komt omdat het mechanisch is.
Veel versnellingen: De meeste moderne racefietsen hebben 22 versnellingen. Twee tandwielen vooraan en elf achteraan. Door die brede keuze kan je in eenzelfde rit zonder problemen afwisselen tussen steile klimmen en snelle vlakke wegen of afdalingen.
Het voordeel van 12 speed is de kleinere overstap tussen de tandwieltjes. Zo kun je beter je ideale cadans rijden en beter presteren. Op 11 speed is dat ook mogelijk als je een 'vlakke' cassette hebt.
Er is geen vaste levensduur voor. Een aantal jaren moet probleemloos gaan, maar hoe meer gebruik, hoe korter de levensduur. Er komt op een gegeven moment speling in de derailleur.
Shimano Dura Ace groep
Shimano Dura Ace is echt het beste van het beste. Hier rijden de profs ook mee rond. De hele Dura Ace groep is zo geoptimaliseerd dat je echt elke beetje kracht dat je erin stopt wordt omgezet in snelheid. Zelfs de vorm van bijvoorbeeld de crankarm zorgt voor de beste krachtoverbrenging.
Voor de meeste etappes kiezen de renners voor een cassette met 11-28 verhouding. Het kleinste tandwiel is daarbij 11 tanden groot en het grootste tandwiel heeft er 28. Tijdens zware bergritten kiezen sommige renners voor een lichter verzet, bijvoorbeeld 11-30. Dit zie je vooral vel bij de renners van Ineos Grenadiers.
Re: Welk verzet voor de Alp d'Huez ? In principe zou 30x25 voldoende moeten zijn als je alleen de Alp op gaat en een redelijke conditie hebt. Als je wilt kun je ook een groter tandwiel monteren. Als je een lange kooi hebt, moet een 30 eventueel ook wel kunnen.
Aantal tandwielen
– Een triple crankstel heeft meestel bladen met 52, 39 en 30 tanden. De cassette bij het achterwiel (lees meer over de onderdelen van de racefiets) heeft vaak 10 kransjes en daarbij zijn ook legio variaties mogelijk. Ook hier kun je zeggen dat er een standaard is welke het meeste voorkomt: 12-25.
Veel mensen maken zich zorgen of de lichtste versnelling van een 1x12 derailleur wel licht genoeg is. Een gangbaar 2x11 systeem heeft als lichtste overbreging 26-42 wat resulteert in een verzet van 0,62. Bij 1x12 heb je doorgaans een 32 tands voorblad en een 50 tands tandwiel als grootste achter ( Shimano XTR = 51t ).
Dit ongeacht het wielformaat en ongeacht de invloed van het gewicht van de berijd(st)er van de fiets en hoogte van de bandenspanning. Maar MTB-fietsen hebben vaak voorbladen van 22, 24 en 26 tanden, terwijl tijdritfietsen voorbladen kennen van 54 en 56 tanden.
Tussen de lichtste en zwaarste versnelling kun je elke versnelling kiezen die je wilt. Je kunt daardoor altijd in een optimaal beentempo fietsen. Je hebt niet dat de ene versnelling net te licht is en de volgende net te zwaar. De naaf heeft echter een groot nadeel.
De 3000-kilometer-regel
Om deze versnelde slijtage van cassette en kettingbladen te voorkomen, is een algemene vuistregel om de ketting van je fiets elke 3000 km te vervangen. Let wel, dit is slechts een richtlijn.
Gemiddeld kan je zo'n 5000 tot 6000 kilometer met één ketting en één cassette doen. Een snelle kostenberekening voor een Ultegra 11 speed-R8000-cassette (82 euro) en een Shimano 11-speed HG701-ketting (38 euro) geeft een prijskaartje van zo'n 120 euro na 5000 à 6000 kilometer.
Dan geldt de vuistregel: groot-groot + 2 schakels. Breng beide uiteinden van de ketting naar elkaar toe. Trek de ketting strak zodat de derailleur bijna gestrekt naar voren wijst. Je kunt ook tellen hoeveel schakels je oude fietsketting heeft om erachter te komen hoelang je nieuwe ketting moet zijn.
Het belangrijkste voordeel van Dura ace is de grotere keuze aan versnellingen. Ook de lengte van de cranks kan meer aangepast worden dan bij de Ultegra groep. De Dura ace groep is ook exact 221 gram lichter dan de Ultegra groep.
Shimano Ultegra en de elektronische variant die de toevoeging Di2 heeft, is waar de fanatiekelingen mee rijden die willen dat het hen aan niets ontbreekt. Deze groep is écht ontzettend goed. Het schakelt nog eleganter, soepeler en directer en is bovendien ook weer een stukje lichter dan de 105 groep.
Maak wat snelheid, doe je handen in de beugel (!), strek je armen en duw je gewicht naar achteren, terwijl je hard remt met beide handen. Zorg dat je laag op je fiets blijft. Idealiter wil je al genoeg snelheid eruit hebben, voordat je een bocht in gaat, zodat je in die bocht je remmen niet hoeft aan te raken.
Elke versnelling is een combinatie van het aantal tanden op de kettingblad en het aantal tanden op het tandwiel. Als we kettingbladen hebben met 50/34 tanden en de cassette heeft een bereik van 11 tot 28 tanden, dan krijgen we 50×11 als hoogste versnelling en 34×28 als laagste versnelling.
Het aantal versnellingen wat op dit moment leverbaar is op een fiets met een naafversnelling loopt van 2 tot 14. Het meest gangbare aantal versnellingen is 3, 5, 7 of 8. Er bestaat sinds 2007 ook een traploze naafversnelling, de NuVinci.