In de doos zitten zestien stenen met de cijfers 21 tot en met 36; deze stenen worden op volgorde en op een rij neergelegd op tafel. Verder zijn er acht dobbelstenen die op tafel worden klaargelegd. Op de dobbelstenen staan de cijfers één tot en met vijf en een regenworm; deze is ook vijf punten waard.
Elke speler die tot 36 kan tellen, die kan een spelletje meedoen. Wanneer een speler aan de beurt zal zijn, mag hij of zij acht dobbelstenen gooien. Alle dobbelstenen met hetzelfde aantal mogen opzij worden gelegd, datzelfde geldt voor een regenworm.
Verloop van een beurt
De speler gooit alle acht dobbelstenen. De speler kiest een van de geworpen symbolen (een getal of de regenworm) en legt alle dobbelstenen met dit symbool opzij. De speler mag het gooien en opzijleggen een aantal keren herhalen, telkens met de overgebleven dobbelstenen.
Om beurten dobbel je met 6 dobbelstenen. Na elke worp leg je alle dobbelstenen met een gelijk symbool opzij. Daarna mag je stoppen of doorgooien. Als je stopt, mag je een tegel met regenwormen van tafel of van een andere speler pakken.
Doel van het spel is dat de spelers door te dobbelen zoveel mogelijk punten - in de vorm van regenwormen- verzamelen. De speler die aan het eind van het spel de meeste regenwormen heeft, wint. Hiervoor heb je geluk nodig maar ook lef om tijdens het spel risico te nemen.
Regenwormen is een simpel dobbelspel, maar toch is het leuk om te spelen. Zeker omdat je de stenen van elkaar kan afpakken. Het spel heeft natuurlijk een heel hoge geluksfactor, want helaas heb je geen invloed op hoe je gooit.
veelgestelde vragen. Wat is het verschil tussen de Regenwormen Junior en Regenwormen Junior (A13)? Er is alleen een verschil in het materiaal van de tegels. De tegels van de oude versie zijn van kunststof en de tegels van de vernieuwde versie zijn van stevig karton.
De uitbreiding van Regenwormen bevat 2 extra tegels, 7 regenwormenfiches en 5 specialisten in de vorm van 'animeeples' en een dobbelsteen. De specialisten zijn aan bepaalde tegels gekoppeld. Win je één van die tegels, dan krijg je de bijbehorende extra mogelijkheden.
In Take 5! Junior maak je groepjes van zes verschillende soorten koeien. Zodra je de zesde koe op een rij aansluit, zijn alle koeien in de rij van jou. Degene met de meeste koeien wint.
Het dobbelspel Yahtzee is wereldwijd bekend en is ook in ons land razend populair. Het spel wordt gespeeld met vijf dobbelstenen en scoreblok, waar het ook een zeer compact spel is. Elke deelnemer mag bij elke beurt driemaal de dobbelstenen werpen.
De officiële spelregels Rummikub
Iedere speler mag 14 stenen, Pak de stenen per 2-3 tegelijk en dan mag de volgende speler pakken. Wil je de eerste keer uitkomen dan moet dit met een combinatie van minimaal 30 punten. Dit kan ook met 2 combinaties die samen 30 punten zijn.
De levensduur van de gewone regenworm in het wild is enkele jaren, maar weinig exemplaren leven lang genoeg om de maximale lengte van 30 centimeter te bereiken. Uit waarnemingen van de worm in gevangenschap blijkt dat een leeftijd van zes jaar kan worden bereikt.
- De riek of schep hard heen en weer bewegen! - Altijd vragen aan je ouders of juf of meester of het wel mag! PAS OP: voordat je de regenworm oppakt, wacht dan eerst totdat hij helemaal uit de bodem is gekomen.
Wormen hebben rood bloed, omdat diep in de grond minder zuurstof voorkomt en de rode bloedkleurstof hemoglobine zuurstof heel goed aan zich bindt en dus elk miniem beetje ervan naar de organen brengt. Iedereen weet hoe een regenworm eruitziet.
Je gooit de acht dobbelstenen en legt alle symbolen van één soort af. Eenmaal afgelegde stenen mag je later in jouw beurt niet meer gooien. Pas of gooi de overgebleven stenen en leg alle symbolen van een andere soort af enzovoort. De ogen hebben de afgebeelde waarde, wormen zijn vijf punten waard.
De spelers leggen kaarten volgens bepaalde spelregels af, maar proberen door vals te spelen sneller van hun kaarten af te komen. Eén van de spelers is echter de bewakingskever. Als die een speler betrapt, moet de dader zijn kaarten weer terugnemen en er extra bijpakken.
Per beurt wordt een zoekkaart omgedraaid met daarop een van de dieren. Degene die als eerste het dier bij een van de spelers herkent en op de juiste afklapkaart slaat, mag het dier afpakken en voor zich leggen. Maar als je het mis hebt, moet je zelf een dier inleveren! Jakkiebak!
Als je totaal hoger is dan 20 en je hebt ten minste één worm gegooid, mag je de steen met het betreffende getal uit de rij pakken. Heeft een andere speler deze steen in zijn bezit? Dan mag je deze afpakken! Het kan zomaar voorkomen dat het totaal uitkomt op een getal die je zelf al in je bezit hebt.
Vermijd zandige of kleigrond. Vul de bak met ongeveer 20 tot 25 cm aarde. Maak de aarde vochtig maar niet nat. Voeg voedsel toe: ½ kilo 15% proteïne rijk voedsel zoals gemalen varkens of kippenvoer, gemengd met ¼ kilo varkensvet of goedkoop fijngemalen groenten en dit in de bovenste 8 cm aarde.
We onderscheiden twee grote soorten: de mestworm en de regenworm. Lintwormen behoren tot een andere categorie ð. Regenwormen (Lumbricus terrestris) eten o.a. bladeren van loofbomen, maar ook zaden en allerlei dood plantenmateriaal.
Het gooien van de dobbelstenen
De speler die mag beginnen werpt de acht dobbelstenen. Uit deze worp kiest de speler één symbool. De wormen op de dobbelstenen zijn daarbij altijd vijf punten waard.
Strooi je wormenmest in je tuinaarde, dan draag je water naar de zee. In een gemiddelde tuingrond krioelen honderden wormen per kubieke meter. Die krijgen de slappe lach als ze je met een zak wormenmest zien aankomen. Die tuinwormen produceren namelijk met z'n allen meer poep dan een schap vol wormenmest-zakken.
Wormen leven en werken het liefst in het duister. Tot aan het grondwater is hun werkterrein. Gangen tot een diepte van wel twee meter zijn geen uitzondering. Het meeste voedsel is in de bovenlaag van de bodem te vinden, dus daar houden ze zich ook het meeste op.
Wormen roepen, wat ook 'worm charming' wordt genoemd, is het proces van vibraties maken om wormen uit de grond te lokken. Je hebt hiervoor je houder, een houten staak van 60 cm lang met één puntig uiteinde en één plat uiteinde en een 2,5 cm dikke metalen vijl nodig.
Boven de grond zul je wormen niet vaak zien. Ze komen in de nacht naar boven of als het regent. In de zon zouden ze anders door hun dunne huid snel uitdrogen. En tijdens regenbuien zouden ze onder de grond kunnen verdrinken.