Vrouwen hebben minder vaak een voltijdbaan (35 uur per week of meer) dan mannen: 29% tegenover 83%. Iets meer dan de helft van de vrouwen werkt tussen de 20 en de 35 uur per week.
Van de 9,4 miljoen mensen die in de eerste maanden van dit jaar als werkenden zijn geregistreerd, werken iets meer dan 4,9 miljoen fulltime. Precies 4,5 miljoen werkenden doen dat niet. Het gemiddeld aantal uren dat we werken, komt daarmee uit op 32 uur in de week.
Van de vrouwen werkte 27 procent voltijds in 2019. Bij werknemers gaat het om 24 procent en bij zelfstandigen om 41 procent.
In het tweede kwartaal van 2022 hadden 9,5 miljoen (seizoengecorrigeerd) mensen betaald werk. Dat is 72,2 procent van de bevolking van 15 tot 75 jaar.
Nederlanders en deeltijdbanen, ze lijken inmiddels onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bijna de helft van de Nederlanders werkt volgens Vergeer in deeltijd. Van de ruim zeven miljoen werkenden heeft 55 procent een voltijdbaan. Gemiddeld werken zij ruim 38 uur per week met vier dagen per jaar arbeidsduurverkorting.
De meeste mensen kunnen maar 4 tot 5 uur per dag productief werken. Dat betekent dus dat een medewerker maar zo'n 20 tot 25 uur per week zou moeten werken om echt productief te zijn.
Bij 15 procent van de paren met minderjarige kinderen werkt één partner voltijds, terwijl de ander niet werkt. Die paren bestaan meestal uit een man met en een vrouw zonder betaald werk. Kleiner van omvang is het aantal paren waarbij beide ouders voltijds (11 procent) of beide in deeltijd werken (9 procent).
De jeugdwerkloosheid nam het sterkst af, 3,2 procentpunt bij jonge mannen en 1,8 procentpunt bij jonge vrouwen. Bij 25- tot 65-jarigen was de afname minder groot. Bij 65-plussers steeg de werkloosheid.
Werkloosheid verder gedaald
In het tweede en derde kwartaal van 2020 – aan het begin van de coronacrisis – nam het aantal werklozen met 141 duizend sterk toe, naar 528 duizend. Daarna is het aantal werklozen weer gedaald, naar 327 duizend in het tweede kwartaal van 2022. Dat is 3,3 procent van de beroepsbevolking.
In het tweede kwartaal van 2022 behoorden 9,9 miljoen 15- tot 75-jarigen tot de beroepsbevolking. Het overige deel, 3,3 miljoen personen, behoorde niet tot de beroepsbevolking. De brutoarbeidsparticipatie - de beroepsbevolking als percentage van de bevolking van 15 tot 75 jaar - kwam hiermee uit op 74,7 procent.
Als het uurrooster van de voltijdse werknemer herleid wordt naar exact 80% van de normale wekelijkse arbeidsduur van 38 uur per week, moet u geen adv-dagen toekennen. In dat geval zal de werknemer 30,4 uur per week doen.
Deel het aantal werkzame uren door het aantal uren dat een fulltime werkweek bevat en vermenigvuldig dit met 100. Bijvoorbeeld: een fulltime werkweek is in dit geval 40 uur en Corina werkt 34 uur. De berekening is dan: (34/40) * 100 = 85% Deze uitkomst vul je in bij percentage dienstverband.
Wanneer je minimaal 12 uur werkt en maximaal 32 uur, werk je parttime. De parttime werkweken bestaan gemiddeld uit 24, 28 of 32 uur werken. De werkgever kan er voor kiezen om functies aan te bieden in parttime of in fulltime, daarnaast heb je ook nog dienstverbanden als interim of oproepkracht.
Van de groep 25-35 jaar werkt 34 procent van de vrouwen fulltime, tegenover 70 procent van de mannen en werkt 49 procent parttime tegenover 18 procent van de mannen. Van de hoogopgeleide vrouwen werkt 44 procent parttime, ten opzichte van 12 procent van lager opgeleide vrouwen.
Bij een fulltime werkweek wordt de werknemer namelijk 100% gedekt. Daarnaast heeft de werknemer recht op het maximale aantal verlofuren. Kortom, de voordelen van een 40-urige werkweek voor een werknemer zijn: Hoe meer werk verricht wordt, hoe meer salaris.
20 tot 35 uur per week
Het aantal uren dat een persoon in een normale of gemiddelde werkweek werkt, is 20 tot 35 uur. In de gemiddelde arbeidsduur worden overuren en onbetaalde uren niet meegerekend.
Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat het percentage werkloosheid het hoogst is in Groningen en het laagst in Zeeland.
3,3 miljoen personen behoorden niet tot de beroepsbevolking
De totale bevolking van 15 tot 75 jaar, 13,2 miljoen mensen, kan worden onderverdeeld in de beroepsbevolking en de niet-beroepsbevolking.
3 Alle werklozen bij elkaar kosten in Nederland ongeveer 9,5 miljard euro aan uitkeringen. En daarnaast nog zo'n 2 miljard aan de re- integratieaanpassingen om mensen weer aan het werk te helpen. a Hoeveel is dat per Nederlander per jaar?
U heeft 3 maanden of langer recht op een WW-uitkering. Hoe lang uw WW-uitkering precies duurt, hangt af van uw totale arbeidsverleden en het moment waarop u werkloos bent geworden. De maximale duur van de WW-uitkering is 24 maanden.
Maar bij 55-plussers daalde het aantal werklozen het minst van 78.000 naar 60.000. Een daling van 'maar' 23 procent. Bij jongeren tussen de 15 en 25 jaar daalde het aantal werklozen met meer dan 50 procent. Ouderen profiteren dus duidelijk het minst van de krapte op de arbeidsmarkt.
De meeste moeders werken 32 uur. Dit kunnen ze verdelen over meerdere dagen. Vaak kiezen moeders er voor om vier dagen te werken.
De nettoarbeidsparticipatie nam in de periode 2013-2021 toe bij vrouwen in alle leeftijdsgroepen, maar het sterkst onder 55- tot 65-jarige vrouwen: van 49,3 procent in 2013 tot 63,5 procent in 2021 (+14,2 procentpunt). Bij mannen in die leeftijdsgroep was er eveneens sprake van een forse stijging (+11,7 procentpunt).