De school bepaalt zelf hoe groot de groep is. Er is geen maximum voor de groepsgrootte. Gemiddeld is de groepsgrootte 23 of 24 leerlingen. Meestal zitten kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd in 1 groep.
Scholen mogen zelf bepalen hoeveel kinderen er in een klas zitten. Zij vermelden dit vaak in het schoolplan of de schoolgids. Veel basisscholen en middelbare scholen houden een maximum van 28 leerlingen aan. De gemiddelde klassengrootte in het basisonderwijs is 23 leerlingen.
De ideale klassengrootte ligt volgens leerkrachten in het primair en het voortgezet onderwijs op 21 en 20.In het speciaal onderwijs ligt de gemiddelde groepsgrootte op 13. Hier zien leerkrachten 11 als het ideaal.
Opheffingsnorm basisschool
Dit is afhankelijk van de zogenaamde leerlingdichtheid in een gemeente. In dichtbevolkte gebieden kan voor een basisschool met ruim 200 leerlingen al sluiting dreigen. Terwijl voor een school in een zeer dunbevolkte gemeente de minimale norm van 23 leerlingen geldt.
Het gemiddeld aantal leerlingen per schoolvestiging in het basisonderwijs in de woonplaats Een is 87. In de gemeente Noordenveld is het gemiddelde 152 leerlingen per vestiging. Voor alle scholen in Nederland is het gemiddelde 209 leerlingen.
De overheid schrijft niet voor hoeveel leerlingen er in een groep mogen zitten. Dit bepaalt de school van uw kind zelf. De gemiddelde groepsgrootte in 2019 was 22,6 en in 2020 22,9.
De overheid legt geen maximum op in verband met het aantal kinderen dat in een klas mag zitten. Op basis van het totale aantal leerlingen, krijgt een school een totaal lestijdenpakket. De school bepaalt zelf hoe ze dit pakket aanwendt en hoe ze de kinderen in groepen indeelt.
Een school van 220 leerlingen (gemiddelde schoolgrootte in Nederland) zonder dergelijke bijzondere bekostiging, ontvangt per schooljaar 2021/2022 circa € 5.900 per leerling excl.NPO middelen (€6.600 incl.NPO middelen). De cijfers zijn na te lezen in deze Rijksbegroting OCW 2022.
In basisscholen bedraagt de 'standaard'-klasgrootte voor een klas van 30 leerlingen ongeveer 62 m2 voor de kleuterklassen en 55 m2 voor de onderbouwklassen (zie Gebouwbulletin 103).
Het gebruik van cijfers op schoolrapporten is traditioneel, waarbij een schaal van 1 tot 10 gebruikelijk is. Een score van 6 wordt doorgaans als voldoende beschouwd.
Een groepsgrootte van vier tot zes studenten is ideaal. Grotere groepen hebben soms het nadeel dat niet alle studenten actief kunnen of willen participeren aan het groepswerk. Kleine opdrachten voer je dan ook het beste uit in een beperkte groepsgrootte om meeliften zoveel mogelijk te beperken.
In kleine klassen zijn leerlingen actiever, ze letten beter op, reageren meer op vragen van de leraar en hebben meer gesprekken met de leraar. De positieve effecten werden vooral gevonden bij kinderen in de onderbouw van de basisschool (4- en 5-jarigen).
Onderzoekers zijn het er over het algemeen over eens dat een klasgrootte van niet meer dan 18 studenten nodig is om het gewenste voordeel te behalen. U leest het goed: de ideale klasgrootte is 18 kinderen.
Zo loopt deze ratio uiteen van 6,9 leerlingen in het (voortgezet) speciaal onderwijs tot 17,7 leerlingen in het basisonderwijs. Bron: DUO, VH en UNL. Definitie: De leerlingleraarratio betreft het gemiddeld aantal leerlingen per voltijdeenheid leraar (fte).
Om dan direct een school met 101 leerlingen een “grote school” te noemen, is ook weer zowat. Desondanks houden we het als volgt aan: op een kleine school zitten nauwelijks 100 leerlingen met een uitloop naar 120 en op een grote school alles dat daarboven zit, maar vooral scholen met meer dan 200 leerlingen.
Het aantal kinderen beperken
Wanneer de kinderbegeleider alleen in de opvang is: er mogen maximum 8 kinderen per aanwezige kinderbegeleider zijn. Wanneer er minstens 2 kinderbegeleiders in de opvang aanwezig zijn: er mogen maximum 9 kinderen per aanwezige kinderbegeleider zijn.
Stichtingsnorm basisonderwijs
Hoeveel leerlingen aan een nieuwe basisschool verbonden moeten zijn verschilt per gemeente. De opheffingsnorm van de gemeente is bepalend. De stichtingsnorm is 1,6 keer de opheffingsnorm, en altijd minimaal 200 leerlingen.
Basisschool: 3,5 vierkante meter vloeroppervlak per leerling. Middelbare school: tussen de 5,7 en de 14,8 vierkante meter per leerling. Leerwegondersteuning: per leerling is er 0,7 (jaar 1 en 2) of 1,2 (jaar 3 en 4) vierkante meter extra, bovenop het standaard aantal vierkante meter.
Een gemiddelde klasgrootte van 84 m² resulteert in een geschatte gemiddelde oppervlakte van 4,2 m² per leerling.
Gemiddelde beloning leraren
Het modale (voltijds)inkomen in Nederland is zo'n € 3.900 euro per maand (in 2025).
Op de duurste (en oudste) school, instituut Blankestijn in Utrecht, kan dat al ruim 40 jaar. Een compleet vakkenpakket kost er 24.000 euro per schooljaar.
Als schoolleider heb je: Een goed salaris van ongeveer €3.484 tot €9.141 bruto per maand als directeur en €3.179 tot €7.710 bruto per maand als adjunct-directeur. Een goede CAO PO. Een prachtig vak, waar je echte impact hebt op de ontwikkeling van de leerlingen, leraren én ouders.
De typische klasgrootte in Amerikaanse openbare scholen is 16-23 studenten . In het schooljaar 2020-2021 was de gemiddelde klasgrootte 18,3 studenten, een lichte daling ten opzichte van het gemiddelde van 19,6 studenten in 2017-2018. Deze cijfers vertegenwoordigen het gemiddelde over zowel het basis- als het voortgezet onderwijs.
Wat is de gemiddelde klasgrootte in basisscholen? De nationale gemiddelde grootte van basisschoolklassen is 21,6 leerlingen.
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap laat elk jaar onderzoeken wat de gemiddelde groepsgrootte is. De afgelopen jaren lag de gemiddelde groepsgrootte op de basisschool rond de 23 leerlingen. Hoe groter de school, hoe meer grotere klassen.