Vrijwel alle fabrikanten van zonnepanelen gebruiken 4mm² bekabeling. Dit is ook logisch, aangezien de stroom van de zonnepanelen vrij laag is in verhouding tot deze kabeldikte.
De kabel van de omvormer naar de meterkast
Voor omvormers (fase 1) wordt een 3-aderige kabel gebruikt (3 x 2,5 tot 6 mm2) en voor omvormers (fase 3) 5 x 2,5 mm2. Deze kabeldikte kan berekend worden met behulp van het vermogen van de omvormer en de lengte van de kabel.
Voor zonnepanelen heeft u twee soorten kabels nodig. Eén kabel met gelijkstroom (DC) loopt van het paneel naar de omvormer. Deze kabel heeft u niet nodig bij micro-omvormers. De andere kabel gaat met wisselstroom (AC) van de omvormer naar de meterkast.
Allereerst is het verplicht om PV-panelen altijd op een aparte groep in de groepenkast aan te sluiten. Dit geldt ook voor de kleinere panelen die rechtstreeks met een steker in het stopcontact kunnen worden aangesloten. Een PV-omvormer kan niet zondermeer op een extra eindgroep worden aangesloten.
Als je 24 zonnepanelen of meer wilt plaatsen heb je altijd een 3-fasen omvormer nodig. Het grootste voordeel bij een 3-fasen omvormer is dat de stroom over 3 verschillende fasen wordt verdeeld. Er is hierdoor sprake van minder kabelverlies. De energie wordt daarnaast ook over 3 fasen verdeeld.
Installatiedraad met een diameter van 2,5 mm2 (millimeter-kwadraat) voor 12 en 24 volt installaties, en tevens voor 230 volt installaties. Geschikt voor maximaal ca. 10 ampere in 12 en 24 volt installaties.
Over het algemeen met een 1 string omvormer passen zo'n 20 tot 25 panelen. Bij grotere zonnestroominstallaties, zoals je die graag op jouw dak wilt hebben, zijn er dus meerdere strings nodig.
De omvormer kan het beste worden opgehangen op een plek die niet al te stoffig is en waar de omvormer zijn warmte goed kwijt kan. Een krappe slecht geventileerde meterkast of een hooischuur is daarom geen goede plek. Een koele garage, daarentegen, is de perfecte plek.
Wanneer er grotere elektrische ingrepen plaats gaan vinden dan is het volgens de regelgeving wel verplicht om deze oude stoppenkast te laten vervangen. In het geval van zonnepanelen aansluiten moet dit volgens de regelgeving dus worden vervangen voor de moderne groepenkasten.
Wanneer de panelen op je dak liggen en we de omvormer hebben geïnstalleerd, trekken we een kabel van de omvormer naar de meterkast. Dat is nodig om de opgewekte stroom van je zonnedak via de omvormer naar de meterkast laten lopen. Via deze kabels sluiten we de zonnepanelen aan op de hoofdmeter en op de hoofdzekering.
Als je meer dan 3680W (16A * 230V) kunt produceren, heb je meestal een 3-fase omvormer nodig. Maar als je systeem minder vermogen heeft, kan dat prima met een 1-fase omvormer. De vraag die vaak gesteld wordt is of het salderen wel goed gaat.
YmvK 3 x 4 mm2 GRIJS (per meter) kabel is een installatiekabel die veel gebruikt wordt in zonnepanelen installaties en bovengrondse laagspanningsinstallaties . De YMVK 3 x4 mm2 kabel is tevens zeer goed toe te passen in huisinstallaties.
Voor de aansluiting tussen de meterkast en de perilex contactdoos in de keuken wordt een 19mm buis gebruikt met daarin 5 aders van 2,5mm². Als alternatief is het ook toegestaan om een grondkabel YMVK 5x 2,5mm² te gebruiken welke via de kruipruimte van de meterkast naar de keuken loopt. Het Perilex snoer heeft 5 aders.
Diameter aders: 3 x 1 mm² Maximaal vermogen: 2300 watt. Kabellengte: 25 meter.
Bedrading in een groepenkast
De kast wordt als volgt bedraad: Een bruine (zwarte) en blauwe draad van minimaal 6 qmm voor de voeding van de hoofdschakelaar die door het energiebedrijf op de KWh-meter wordt aangesloten. Van de hoofdschakelaar naar de aardlekschakelaars, bruin (zwart) en blauwe draad minimaal 6qmm.
Voor een goede beveiliging tegen onrechtstreekse aanraking (dus personenbeveiliging) bij een kabel die beveiligd is door een 16A automaat curve C mèt diff, is de maximale lengte van een 2,5mm² kabel 63m, voor een 4mm² kabel is dit 100m.
Een (XVB kabel 3G6mm of XVB 5G6) en een automaat van 32 A wordt gebruikt voor de elektrische kookplaat. In de regel worden lichtkringen en stopcontacten afzonderlijk afgezekerd.
De standaard dikte is 2.5mm voor de fase-, nul- en aarde-draden, en 1.5mm voor het schakeldraad. Met behulp van een trekveer kun je de VD draden door de leidingen trekken.
Omvormers zijn verkrijgbaar in 1-fase en 3-fase varianten. 1-fase varianten zijn in vergelijking met 3-fase omvormers voordeliger in de aanschaf maar kennen de beperking dat ze maximaal 5750 Watt gelijktijdig mogen voeden op de hoofdzekering (anders zou deze doorsmelten).
Stel, je hebt 1 fase:
Er is een regel dat de zekering in de groepenkast een factor 1,6 lager moet zijn dan de hoofdzekering. Stel je hebt een hoofdzekering van 40A, dan is de maximale groepenkastzekering 40/1,6A = 25A. Op die groep kan je dan een zonne-installatie plaatsen (lees, omvormer) van 25A * 230V = 5750 Watt.