Scholen stellen de meeste schoolboeken en lesmateriaal gratis beschikbaar aan hun leerlingen. Ze informeren ouders welke boeken en lesmaterialen zij zelf moeten aanschaffen. Bijvoorbeeld een atlas en woordenboeken.
De meeste schoolboeken en andere lesmaterialen worden gratis beschikbaar gesteld door de middelbare school waar uw kind onderwijs volgt. Sommige lesmaterialen moet u zelf betalen. Het gaat dan bijvoorbeeld om woordenboeken, een rekenmachine, de Bosatlas, een agenda of gymspullen.
De school zorgt dat de leerling aan het begin van het schooljaar zijn schoolboeken heeft. Ook als de ouders de borg niet willen betalen. De school blijft verantwoordelijk voor de levering van de gratis schoolboeken. Ook als de school de werkzaamheden uitbesteedt aan een boekenleverancier.
Als ouder betaalt u geen lesgeld voor de basisschool van uw kind. De school kan wel een vrijwillige ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten. Ook moet u betalen voor buitenschoolse opvang (BSO) en voor bepaalde kosten van het overblijven op school (tussenschoolse opvang).
Aan tassen, gymkleren, vervoer, schooluitjes en andere schoolspullen spendeert een ouder van een middelbare scholier gemiddeld 555 euro per kind per jaar. Voor de schoolspullen van het kroost op de basisschool is een ouder jaarlijks zo'n 152 euro per kind kwijt.
Uitgaand van een gemiddeld inkomen betekent dat dat een kind al gauw € 80.000 kost. De fase tot de basisschool (0-12 jaar) kost volgens het Nibud ruim € 50.000 kost. In de jaren van de middelbare school (12-18 jaar) komt daar een kleine € 30.000 bij.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft berekend met welk bedrag je als ouders rekening kunt houden als het om de kosten van een kind gaat. Volgens hen kost één kind gemiddeld 15 procent van het besteedbaar inkomen.
Een kind kost nog iets meer dan die auto: ongeveer 120.000 euro. Er zit wel een adder onder het gras. Want per kind krijg je, ongeacht je portemonnee, in totaal 17.000 euro kinderbijslag. Bij een lager inkomen krijg je ook een kindgebonden budget.
Je kind inschrijven in het basisonderwijs is gratis, zowel in de kleuterschool als in de lagere school. De school mag geen inschrijvingsgeld vragen. Ook de materialen en activiteiten die strikt noodzakelijk zijn voor de eindtermen en ontwikkelingsdoelen, zijn gratis.
Als thuiswonende krijg je als basistoelage €113,66 en wanneer je uitwonend bent is dat €265,01. Verder kun je, afhankelijk van je opleiding en het gezamenlijke inkomen van je ouders, nog een toeslag ontvangen. Je krijgt deze tegemoetkoming maandelijks. Belangrijk is wel dat je hem op tijd aanvraagt.
Een gemiddelde leerling in het eerste of tweede middelbaar kost zijn ouders 945,50 euro. Dat is ongeveer evenveel als tien jaar geleden. Wel is het vervoer veel duurder geworden. Als je die kosten meerekent, beland je op een factuur van 1.207,35 euro per schooljaar.
Vraag dan een financiële ondersteuning aan bij je school. Vraag bij jouw mbo-school wat zij voor jou kunnen doen als het gaat om kosten voor onderwijsbenodigdheden (zoals boeken, een laptop) of de vrijwillige bijdrage (voor een excursie, extra voorzieningen). Je moet bij de school terecht kunnen voor hulp.
Het onderwijs in Nederland is gratis voor ouders. Alle kinderen kunnen kosteloos naar de bassischool en het voortgezet onderwijs. Scholen krijgen hun geld van de overheid.
Mbo-studenten in de beroepsopleidende leerweg (BOL) van 18 jaar of ouder moeten lesgeld betalen. De hoogte van het lesgeld wordt elk jaar vastgesteld. Mbo-studenten van 18 jaar of ouder betalen cursusgeld als zij een deeltijdopleiding of de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) volgen.
Volgens de bijlagen van “Bekostiging (V)SO onder passend onderwijs” van september 2020 (hier te downloaden) is de basisbekostiging voor vso in 2020-2021 € 5.840,66 (personele bekostiging) + € 1.273,07 (materiële bekostiging) dus samen € 7.100 per vso-leerling.
Een vrouw kost gemiddeld zevenduizend euro.
Hoeveel geld is genoeg per maand? Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) deed een poging om een bedrag te noemen dat 'genoeg' is. En genoeg wil dan zeggen dat je geld genoeg hebt om van rond te komen. Volgens het SCP ligt het basisbehoeftenbudget van een zelfstandig huishouden op 971,-.
Het Nibud komt met de volgende getallen: Kinderen van 0 tot 12 jaar oud kosten ruim 50.000,- oftewel 4320,- per jaar. Kinderen van 12 tot 8 jaar kosten een kleine 30.000,- wat neer komt op 4.766 per jaar. Een studerend kind dat op kamers gaat kost per maand ongeveer 1044,-.
Helaas is er geen standaardberekening voor kostgeld. Dit is namelijk afhankelijk van je eigen situatie: jullie inkomens, vaste lasten, verbruik en afspraken die je hebt gemaakt. Het gemiddelde bedrag dat Nederlandse ouders aan kostgeld aan hun kinderen vragen, ligt tussen de €200 en €500 per maand.
17% van ons netto-inkomen besteden we gemiddeld ongeveer aan ons (eerste) kind, zegt het CBS. Dus verdien je samen netto € 2.200? Dan gaat daarvan ongeveer € 374 naar je kind.
De aankoopprijs van een hond varieert van 200 euro voor een adoptiehond tot 2000 euro of meer voor een rashond. Voor de aankoop van een tuig en leiband, een mand, een voerbak, waterbak en kauwmateriaal mag je tussen 100 en 400 euro rekenen.
Voorlichtingsinstituut Nibud adviseert om vanaf het 12e jaar met kleedgeld te beginnen. De meeste kinderen ontvangen maandelijks een bedrag tussen de 25 en 50 euro. Slechts 2 procent krijgt meer dan 100 euro. Uiteraard zegt dit bedrag pas iets als ook bekend is wat kinderen ervan moeten kopen.
Scholieren die sparen hebben een gemiddeld spaartegoed van 1.392 euro. Dit is minder dan in 2016, toen scholieren 1.641 euro aan spaargeld hadden. De ene helft van de scholieren met spaargeld heeft minder dan 500 euro gespaard, de andere helft heeft meer dan 500 euro gespaard. In 2016 lag de mediaan op 600 euro.
Uit een onderzoek van de Nibud krijgt de gemiddelde scholier ongeveer €50,- aan kleedgeld. Dit bedrag is iets lager, omdat ouders vaak sportkleding, ondergoed, sokken en badkleding betalen. Vanuit het Nibud is er geen richtlijn qua hoeveelheid kleedgeld per leeftijd.