Dus bijv. 10 spijkerbroeken + 5 overhemden + 5 pantalons + 5 t-shirts + 5 onderbroeken + 2 zomerjassen = ong. 10 kg.
Maar gemiddeld gezien is een kilo kleding bijvoorbeeld: 3 spijkerbroeken, 10 t-shirts of 5 jurken. Op de Kilo Kilo events betaal je voor zo'n kilo-hoeveelheid kleding maar € 20,-.
Een volledige outfit weegt gemiddeld 1 - 2 kg. Natuurlijk is het gewicht afhankelijk van het soort outfit en de gebruikte stoffen. Een herenkostuum, inclusief overjas, weegt al gauw 3 - 4 kg. Een zomeroutfit, gemaakt van lichtgewicht stoffen, kan in totaal minder dan 1 kg wegen.
Mag ik op de weegschaal staan met kleding aan? Voor een goed resultaat weeg je jezelf zonder kleding aan. Elk kledingstuk en paar schoenen kan een ander gewicht hebben, waardoor dit de meetresultaten beïnvloedt. Een outfit met schoenen en jas maak je namelijk zo 2 á 3 kilo zwaarder!
De polosweater is 300 g/m2 terwijl het poloshirt 240 g/m2 is. De polosweater is erg dik en is echt geschikt voor in de winter. Terwijl het poloshirt een stuk dunner en luchtiger is, en dus ook geschikt voor warmere temperaturen.
Een overhemd weegt gemiddeld tussen de 250 en 350 gram. Het gewicht van een overhemd wordt bepaald door enkele factoren. Dit zijn: het gebruikte materiaal, de gebruikte weeftechniek (weving), de kwaliteit het overhemd en de mate van afwerking.
Bontwasmiddelen en witwasmiddelen baseren het advies op 4 tot 5 kg. Dit gaat niet over de inhoud van de wasmachine. Het gaat over het gewicht van het wasgoed dat je in de trommel stopt. Een wasmachine van 7 kg vul je vaak maar met zo'n 4 kg wasgoed.
Gewicht van een standaard was
Weeg je was eens. Sorteer het en weeg wat je normaal als 1 was in de machine stopt. Tel daar ongeveer 2 kg bij op. Je weet dan hoe groot je wasmachine moet zijn.
Je kunt op de weegschalen zelf wegen hoeveel gram kleding je al hebt verzameld en uitrekenen wat de kleding kost voordat je het gaat afrekenen. Hoeveel is een kilo kleding dan? Ongeveer 3 spijkerbroeken, 10 t-shirts en 5 jurken. Dat is een mooie deal, als de kiloprijs maar €10,- is!
Uit onderzoek blijkt dat de Nederlander gemiddeld vijftig van de in totaal 173 kledingstukken niet draagt. Daarnaast gooien we jaarlijks ook nog eens veertig items per persoon weg. Die 173 kledingstukken zijn dus blijkbaar overbodig, maar toch kopen we nog steeds 46 nieuwe kleren per jaar.
Als je je afvraagt hoeveel kledingstukken je minimaal nodig hebt om dagelijks netjes voor de dag te komen, dan is het antwoord volgens modeontwerpster Marieke Flipse 10 stuks. Een ander veelgenoemd aantal is 30. Ik denk dat je met 10 kledingstukken inderdaad een heel eind komt.
Een kilogram is gelijk aan duizend gram.
kg | hg | dag | g | dg | cg | mg.
Grote ladingen en stukken was: 9 kilogram of meer
Als je vaak veel wasgoed in één keer wast, kies je een wasmachine met 9 kilogram vulgewicht. Deze heeft genoeg ruimte voor grote hoeveelheden was, zoals beddengoed. Je stapelt de was van een hele week op en stopt die in één keer in de trommel.
De wasmachine vullen
Daarom adviseren wij dat je bij het vullen een handbreedte vrijhoudt bovenin de wasmachinetrommel. Dit betekent dat je ongeveer 3/4 van de trommel vult. Let op dat je de trommel van de wasmachine ook niet met te weinig wasgoed vult.
In principe kun je in een 8 kg wasmachine net een tweepersoons dekbed kwijt, maar als het een wat dikker of groter dekbed betreft, kun je beter voor een wat grotere wasmachine kiezen. Ook als je het wasgoed liever wat langer opspaart in plaats van regelmatig een klein wasje te draaien, is een grotere wasmachine handig.
Boordmaten naar confectiematen vertalen
Boordmaten 37 en 38 komen overeen met S. Boordmaten 39 en 40 komen overeen met M. Boordmaten 41 en 42 komen overeen met L. Boordmaten 43 en 44 komen overeen met XL.
Gewicht vertelt je niet hoe dik de stof is. Stoffen met hetzelfde gewicht maar een andere wevingen en/of vezel kunnen een andere dikte hebben. De kwaliteit van de stof wordt niet altijd bepaald door het gewicht van het materiaal.
Schoenen met metalen delen, huiden en leer wegen tot 2 kilogram, terwijl niet-metalen schoenen van stof of microvezel minder dan 1 kilogram kunnen wegen. Staal is bijvoorbeeld 2,5 keer dichter en zwaarder dan aluminium.
Een groot pak koffie weegt 500 gram (1 pond). Een pak suiker weegt 1 kilogram. Een stuk kaas koop je vaak per kilo. Een personenauto weegt ongeveer 1000 kilogram, dat wordt ook wel 1 ton genoemd.