' In 1940 woonden er ongeveer 140.000 Joden in Nederland. 80.000 van deze Joden woonden in Amsterdam - ongeveer tien procent van de hele Amsterdamse bevolking. Meer dan 75 procent is naar vernietigingskampen gedeporteerd en vermoord.
Met Judenviertel wordt hier bedoeld het gebied dat de Duitsers beschouwden als Joods woongebied, aanvankelijk de oude 'Jodenhoek', in Amsterdam de wijk rond het Waterlooplein (Waterlooplein, Jodenbreestraat, Sint Anthoniebreestraat, Uilenburg, Rapenburg, Valkenburg, Vlooienburg, Nieuwe Herengracht, Weesperstraat en ...
Dat is wat er in Amsterdam gebeurde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Van de 80.000 gedeporteerde Joodse stadsbewoners is driekwart vermoord. Er verdween daardoor een enorm aantal mensen uit de Amsterdamse samenleving. De stad zou nooit meer hetzelfde zijn.
Mokum: het centrum van joods leven in Nederland
De geschiedenis van de joodse bevolking in Amsterdam is onlosmakelijk verbonden met die van de stad zelf. Al aan het eind van de 16e eeuw vestigden zich de eerste joden in de stad. Het waren vluchtelingen uit Spanje en Portugal waar zij fel werden vervolgd.
Vele Joodse inwoners van Nederland en van de Jodenbuurt werden in de periode tussen augustus 1942 en september 1943 aangehouden tijdens razzia's. De bewoners van dit deel van Amsterdam werden door de bezetter bijeengebracht in de Hollandse Schouwburg aan de Plantage Middenlaan en van daaruit gedeporteerd.
Rond 1600 vestigden de eerste Joden zich in Amsterdam. Het waren Sefardische Joden uit Portugal. Ze waren op de vlucht voor geloofsvervolging en vonden in Amsterdam een veilig toevluchtsoord. Bekendste van deze Portugese Joden was de wereldberoemde verlichtingsfilosoof Baruch Spinoza.
Het gaat om de voormalige 'Jodenbuurt' in het centrum van Amsterdam, de Rivierenbuurt in Amsterdam-Zuid en de Transvaalbuurt ten oosten van het centrum. 'Nederlandse Joden werden tijdens de oorlog uit hun beroepen gezet en naar deze getto's gedreven voor zij naar de concentratiekampen werden gedeporteerd.
Slechts circa 5.000 à 5.500 Joodse gedeporteerden overleefden de oorlog. De website van Herinneringscentrum Kamp Westerbork geeft de volgende cijfers voor deportaties vanuit dat kamp: Naar Auschwitz werden meer dan 60.000 mensen gedeporteerd, van wie er minder dan 900 overleefden.
' In 1940 woonden er ongeveer 140.000 Joden in Nederland. 80.000 van deze Joden woonden in Amsterdam - ongeveer tien procent van de hele Amsterdamse bevolking. Meer dan 75 procent is naar vernietigingskampen gedeporteerd en vermoord.
In mei 1940, toen het Duitse leger binnenviel, woonden in Nederland om en nabij 140.000 Joden. Het overgrote deel van hen had de Nederlandse nationaliteit, maar er waren ook enkele tienduizenden uit Duitsland gevluchte Joden, onder wie Anne Frank en haar familie.
De Buurt. 'De Buurt', zoals de Joodse wijk voor de oorlog werd genoemd, lag achter de Nieuwe Kerk aan het Spui, tussen de Stille- en Amsterdamse Veerkade, de Gedempte Burgwal en de Gedempte Gracht. Het was een arme wijk waar de mensen vooral leefden van de straathandel en andere beroepen waar geen gilde voor bestond.
De Marais ligt in het 3e en 4e arrondissement van Parijs en is van oorsprong een Joodse wijk. Daarom vind je in deze wijk veel Joodse winkels, restaurants en synagoges.
Hoe gewoon is het dat we de Jodenvervolging in Rotterdam herdenken? De Jodenvervolging in Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft grote littekens achtergelaten. Na het bombardement van 14 mei 1940 zijn er nog ongeveer 12.000 Joden in Rotterdam.
Dit archief beslaat vier strekkende kilometer en bevat naar schatting 540.000 dossiers van Nederlanders die tijdens de Tweede Wereldoorlog “fout” waren. De dossiers lagen vijftig jaar opgeslagen bij het ministerie van Justitie tot ze in het jaar 2000 werden overgeheveld naar het Nationaal Archief in Den Haag.
De Antwerpse Joden wonen vooral in de wijk naast de diamantwijk, op enkele minuten loopafstand van het centraal station. Deze wijk noemt men ook wel Joods Antwerpen. Het is na New York, Londen en Jeruzalem een van de grootste gemeenschappen van charedische (ultra-orthodoxe) joden ter wereld.
Volgens L. de Jong hebben ongeveer 4.500 joodse kinderen de oorlog door middel van onderduik overleefd (Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog deel 12, pag. 57). Deze getallen doen vermoeden dat waarschijnlijk niet meer dan enkele honderden kinderen de deportatie hebben overleefd.
Het aantal overlevenden van Auschwitz wordt geschat op 200 000. Hierbij zijn gevangenen die vanuit Auschwitz naar andere kampen gedeporteerd werden wel meegerekend, ook als die in of op weg naar die kampen om het leven kwamen.
Van de meer dan 30.000 Joden in Nederland die konden onderduiken of een ontsnappingspoging naar het buitenland ondernamen, werd ongeveer een derde deel – soms na jarenlange onderduik – toch nog verraden of ontdekt en weggevoerd, onder wie de familie Frank.
Nederland heeft volgens veel deskundigen geen echte getto's. Bewoners van dergelijke wijken hebben vaak wel het idee dat deze wijken getto's zijn, aangezien velen worden geplaagd door overlast, geweld en vele andere zaken.
Een pogrom is een uitbarsting van geweld en buitensporigheden, gericht tegen een deel van de bevolking. Vaak gaat het om een minderheidsgroepering, met name de Joden. Een pogrom wordt daarom ook wel aangeduid als een 'razzia tegen de Joden'.
Tijdens de bezettingsperiode stellen de nazi's in heel Europa Joodse wijken en getto's in. Dit zijn buurten of kleine steden waar alle Joden verplicht moeten wonen en leven onder vaak erbarmelijke omstandigheden. Zonder toestemming mogen ze de wijken en getto's niet verlaten.
Sefardische Joden of Sefardim (Hebreeuws: ספרדי, Standaard Səfardi Iberiaans Səp̄arədî; meervoud: ספרדים, Standaard Səfaradim Iberiaans Səp̄arədîm) zijn Joden wier voorouders in Spanje en Portugal leefden.
Sinds 2015 is de Joodse bevolking in Portugal gegroeid van 600 naar ongeveer 4.000, een nieuwe piek sinds de 15e eeuwse bevolking die in de tienduizenden telde.
De aanduiding Asjkenazim verwijst naar Askenaz, die in Genesis 10:3 genoemd wordt als zoon van Gomer. Vanaf de 9e eeuw ontstond onder Joden het gebruik om Joden die in Duitsland rond de Rijn woonden Asjkenazim te noemen.