Een millimol (symbool: mmol) is een duizendste deel van een mol. Een millimol is dus 0,001 mol (10−3 mol). Deze eenheid wordt hoofdzakelijk gehanteerd in de organische synthese op laboratoriumschaal voor het uitdrukken van de hoeveelheden reagentia.
mmol/l = mg/dl delen door 18,0182.
De hoeveelheid glucose in je bloed wordt uitgedrukt in mmol/l (millimol per liter). Dat staat voor een bepaalde hoeveelheid glucosemoleculen per liter bloed. Als je bijvoorbeeld een glucosewaarde van 6 mmol/l bij jezelf meet, bevat je bloed meer moleculen glucose per liter, dan wanneer je 5 mmol/l meet.
Rekenen met verschillende eenheden in andere landen
Omrekenen van gram per deciliter naar mmol per liter, doe je door het aantal grammen te delen door 1,6. En in het omgekeerde geval, als je van mmol per liter wil omrekenen naar gram per deciliter, vermenigvuldig je het mmol getal met 1,6.
Nuchtere waarden
Voor een nuchtere meting van de bloedsuiker gelden de volgende waarden: Normaal: < 6,1 mmol/L. Prediabetes: ≥ 6,1 en < 7,0 mmol/L.
Onthouden: om de sterkte in mmol in een %-oplossing uit te kunnen rekenen per 1 ml, dien je het percentage x 10 te doen.
1 mol glucose = 180 gram en 1 mmol glucose = 180 mgram.
Millimol. Een millimol (symbool: mmol) is een duizendste deel van een mol. Een millimol is dus 0,001 mol (10−3 mol).
Een te hoge bloedsuiker is niet direct gevaarlijk voor je gezondheid, maar kan op de lange termijn veel schade aanrichten. Komt je bloedsuiker op nuchtere maag boven 6,9 mmol/l en op niet nuchtere maag boven 11 mmol/l?Dan kan het gevaarlijk worden en heb je waarschijnlijk diabetes type 2.
Bij bloedsuikerglucose tussen 15 en 20 mmol en geen bijspuitschema; veel water later drinken en bloedsuikercontrole na 1 uur.Indien dan nog >20 mmol overleg met arts.
Bloedsuikerwaarde - nuchter geprikt (acht uur daarvoor niets gegeten of gedronken behalve water): Onder de 6,1 mmol/l - geen diabetes. Tussen de 6,1 en 6,9 mmol/l - voorstadium van diabetes. Boven de 6,9 mmol/l - diabetes.
Nuchtere bloedsuikerwaarden worden gemeten na minstens 8 uur vasten en liggen normaal tussen 4.0 en 6.0 mmol/L. Bloedsuikerwaarden 2 uur na het eten geven aan hoe efficiënt je lichaam de suiker uit je maaltijd heeft verwerkt; minder dan 7.8 mmol/L wordt als normaal gezien.
Bij gezonde mensen weet het lichaam zelf de juiste normaalwaarden voor glucose aan te houden. Bij een normale bloedsuiker bevinden de waarden zich tussen 4 en 8 mmol/l in een niet-nuchtere toestand (dit betekent dat je gegeten en/of gedronken hebt) (bron: Diabetesfonds).
Kaliumchloride Diverse fabrikanten
74,6 mg kaliumchloride komt overeen met 39 mg = 1 mmol kalium.
Deze veranderingen leiden tot een tekort (dehydratie) of een teveel (oedeem, vaak in de benen) aan water in het lichaam. De natriumconcentratie wordt uitgedrukt in millimol per liter (mmol/l). Voor bloed ligt de normale natriumwaarde tussen 135 en 145 mmol/l. De hoeveelheid natrium in urine kan sterk uiteenlopen.
Molrekenen is een onderwerp dat veel voorkomt en dat leerlingen lastig vinden. Eigenlijk zijn er maar een paar soorten oefenopgaven, die vaak precies hetzelfde en repeterend zijn. Leerlingen verliezen dan meestal de motivatie. Oefenen in een spelvorm kan een leuke, maar ook een uitdagende oplossing zijn.
Globaal kunt u een bloedsuikerwaarde onder 4,5 mmol/l aanhouden als laag en een waarde onder 3,5 mmol/l als te laag. Beschikt u over een apparaat om uw bloedsuikerwaarde te meten? Gebruik deze dan.
Een goede bloedsuiker voor 's ochtends als u nog niet gegeten of gedronken heeft is: tussen 4,5 en 8. Dit heet de nuchtere bloedsuiker. Na het eten gaat uw bloedsuiker omhoog. Een goede bloedsuiker voor 2 uur na het eten is: lager dan 9.
Glucosewaarden die niet nuchter zijn afgenomen liggen normaal gesproken tussen de 3,3 en 7,8 mmol/l.
Al vrij snel na het eten van een maaltijd met koolhydraten begint het bloedglucosegehalte te stijgen. Bij gezonde personen wordt een piek in bloedglucosegehalte bereikt na circa 30 tot 60 minuten. Daarna daalt het weer geleidelijk tot het niveau van voor de maaltijd. Dit niveau is na 90 tot 180 minuten bereikt.
Je weet dat 1 milliliter gelijk is aan een druppel, 1 centiliter gelijk is aan een lepel en 1 deciliter gelijk is aan een kopje koffie.
In 1 ml zit 15 : 3 = 5 mg.
Ook hierbij geldt dat er 100 IE in 1 mL zit.
Veel water drinken is een van de beste manieren om je bloedsuikerspiegel in toom te houden. Water helpt om het teveel aan suiker uit je lichaam te spoelen en kan ook helpen om de stofwisseling van je lichaam te reguleren. Streef ernaar minstens 8-10 glazen water per dag te drinken om goed gehydrateerd te blijven.
Hoeveel we slapen, en hoe goed of slecht, heeft een grote invloed op de suikerstofwisseling. Eén nacht te weinig slapen heeft al gevolgen voor de bloedsuiker, zo blijkt uit dit onderzoek. Na een nachtrust van vier uur daalt de gevoeligheid voor insuline met bijna een kwart.