Kwam u bij stap 1 al boven de 12 groepen uit, dan zult u een 3-fase aansluiting nodig hebben. Een trucje om te achterhalen welke aansluiting er nu in de meterkast zit en welke u waarschijnlijk weer nodig heeft, is het losschroeven van de deksel van de bestaande groepenkast.
Productomschrijving. Een 3 fase groepenkast met 12 groepen is niet alleen volledig geassembleerd, gecontroleerd en getest, maar biedt ook het vertrouwen van 10 jaar garantie voor langdurige gemoedsrust. Dit zijn de componenten die in deze groepenkast zijn opgenomen: 1 x Ledige groepenkast koppelbaar 2x12 modules.
Heb je bijvoorbeeld een hoofdzekering van 3x25A, dan mogen er maximaal installatieautomaten van 16A in de groepenkast geplaatst worden.
Wanneer je 5 of meer eindgroepen hebt is de som van de maximale acceptabele lekstroom zo hoog, dat deze waarde de schakelaar kan doen afslaan. Dit is de reden dat uit veiligheid en betrouwbaarheid er maximaal 4 groepen achter een aardlekschakelaar mogen.
Ga in je meterkast op zoek naar de slimme meter (blauwe cirkel afbeelding). Bij de meeste modellen wordt aangegeven hoeveel volt de aansluiting heeft. Staat er 220/230 V, dan heb je een 1 fase-aansluiting. Staat er 380/400 V of 3×220/230 V, dan heb je een 3 fase-aansluiting.
Gemiddeld kun je rekenen op kosten van €360 tot €850 voor een 1-fase groepenkast tot €540 tot €880 voor een 3-fase meterkast.
Ja dat kan, je kunt een 1-fase groepenkast ombouwen naar een 3-fase groepenkast. Hiervoor moet je echter wel rekening houden met enkele belangrijke zaken. Ten eerste moet je controleren of je elektriciteitsnet geschikt is voor 3-fase stroom. Niet alle woningen hebben namelijk een 3-fase aansluiting.
Bij huisinstallaties mogen er maximaal 4 groepen achter 1 aardlekschakelaar zijn aangesloten. Dit betekent dat u er minimaal 2 nodig heeft want de meeste huisinstallaties hebben meer dan 4 groepen. Leest u hier uitgebreider wat er nodig is bij het samenstellen van uw meterkast.
531, Gebruik 4-polige aardlekschakelaars
Het wordt bijvoorbeeld afgeraden omdat bij het aansluiten van meerdere toestellen de optelsom van (HF-)lekstromen een zodanige waarde kan bereiken dat de aardlekschakelaar onbedoeld kan aanspreken.
Het is belangrijk dat u ook de huidige Pass Marks kent. Verwarmingsapparaten moeten een stroomsterkte hebben die minder dan 0,75 milliampère per kilowatt bedraagt, tot een maximum van 5 milliampère. Draagbare/handheld apparaten moeten een aardlekstroom hebben van minder dan 0,75 mA om als veilig te worden beschouwd.
Hoewel het technisch gezien niet verboden is om zelf een extra groep aan te leggen, is het belangrijk om te weten dat dit werk gevaarlijk kan zijn. De stroomtoevoer vóór de hoofdschakelaar in de meterkast staat altijd onder spanning (230V), en het is cruciaal om te weten welke draden waar moeten.
Voor de meeste huishoudelijke doeleinden volstaat een 1-fase aansluiting. Echter, als je van plan bent meer dan 12 zonnepanelen te installeren en aanzienlijk meer stroom terug wilt leveren aan het net, is een 3-fasen meterkast noodzakelijk.
- 3-fase wil zeggen dat je een hoofdzekering hebt van 3 x 25 ampère. Als je een hoofdzekering hebt van 3x 25 ampère dan heb je totaal 75 x 230 volt = 17.250 Watt maximaal aan vermogen. De vuistregel: De vuistregel is dat een zekering in de groepenkast een factor 1.6 x kleiner moet zijn dan de hoofdzekering.
Zelfs als er een neutrale draad aan de belasting zou worden geleverd, zou deze nooit worden gebruikt. Daarom hebben 3-fase belastingsapparaten slechts drie lijningangen. De aardingsdraad moet nog steeds worden aangesloten om de redundante veiligheidsverbinding te bieden in geval van een storing .
Voor het aansluiten heb je 3 fase draden nodig en 1 nul draad (3P+N Krachtgroep). De bedrading kun je op de afgaande stroomkant van de aardlekschakelaar aansluiten. Wanneer de kabels handvast vast zitten, kun je ze aansluiten op de inkomende stroomkant van de krachtgroep. Sluit netjes de L1, L2, L3 en N handvast aan.
Het is niet verstandig om alle groepen achter één aardlekschakelaar te plaatsen. Dit, omdat dan de gehele installatie spanningloos raakt bij een aardlek. Het beste is dan ook om minimaal twee aardlekschakelaars toe te passen.
Alle eindgroepen in de groepenkast moeten bij installaties van na 1996 verdeeld zijn achter twee aardlekschakelaars van 30mA. Deze verplichting geldt overigens ook bij het wijzigen van de bestaande groepenkast. Aardlekschakelaars van 500 mA of van het type AC mogen tegenwoordig niet meer gebruikt worden.
Als ergens in een elektrische installatie moet worden gewerkt, dan moet het gedeelte waaraan wordt gewerkt van alle actieve geleiders worden gescheiden. Dat vereist het scheiden van niet alleen de fase-geleiders maar ook van de nul-geleider van elke voeding. Deze eis staat beschreven in NEN 3140+A3: 6.2.
Met deze aardlekautomaat 25A 3P+N B-karakteristiek 30mA kunt u uw elektrische installatie beveiligen tegen tegen lekstroom en overstroom door overbelasting of kortsluiting. Deze aardlekautomaat is geschikt voor 3 fase 25A installaties.
Kwam u bij stap 1 al boven de 12 groepen uit, dan zult u een 3-fase aansluiting nodig hebben. Een trucje om te achterhalen welke aansluiting er nu in de meterkast zit en welke u waarschijnlijk weer nodig heeft, is het losschroeven van de deksel van de bestaande groepenkast.
Welke apparaten moeten op een aparte groep? Over het algemeen geldt dat er voor een apparaat met een aansluitvermogen van 2.000 Watt of meer een eigen groep nodig is. Dat zijn in ieder geval ovens, vaatwassers en Quookers, allemaal met een gemiddeld vermogen van zo'n 2.000 Watt.
Door een extra groep aan te leggen voorkom je overbelasting van de bestaande groepen en wordt de stroom beter verdeeld. Een extra groep aanleggen doe je door een nieuwe zekering te installeren in de meterkast.
Mag u eigenlijk zélf een groepen kast vervangen? Ja, dat mag, maar het is veel veiliger om dit te laten doen door een Erkend Installateur.
Ook kunnen de kosten voor de netbeheerder verschillen. Afhankelijk van waar je bent aangesloten. Gemiddeld liggen deze kosten tussen de €250 en €350. Ga je van 1-fase naar 3-fasen, dan stijgen de kosten voor je aansluiting.
De omvormer neemt eenfasevoeding en zet deze om in driefasevoeding met behulp van thyristors . De eenfasevoeding wordt eerst omgezet in gelijkstroomvoeding door middel van gelijkrichter. De gelijkstroomvoeding van de gelijkrichter wordt aan de omvormer gegeven, waar IGBT's worden gebruikt en de gelijkstroomvoeding weer omzet in driefasewisselstroomvoeding.