Maar hoeveel verschillende stoffen zijn er eigenlijk? Op die hamvraag wilde een onderzoeksteam in een nieuwe studie een antwoord formuleren. De laatste keer dat dit werd onderzocht bleken er ruim 100.000 verschillende industriële chemicaliën te bestaan. Maar dat blijken er nu veel meer te zijn: zo rond de 350.000.
Chemicaliën zijn synthetische stoffen, die door de mens gemaakt worden. Deze chemische stoffen worden gebruikt in tal van toepassingen, zoals de farmacie, productie van materiaal, cosmetica, hygiënische producten, voeding, enzovoort.
We worden dagelijks omringd door honderden of duizenden synthetische chemische stoffen. Ze zitten in ons voedsel, onze kleding, ons gereedschap, onze meubels, speelgoed, cosmetica en geneesmiddelen. Zonder deze stoffen zou onze samenleving niet hetzelfde zijn.
Een stof is in de scheikunde een vorm van materie die een gelijke chemische samenstelling heeft, een chemisch zuivere stof. Deze wordt gekenmerkt door specifieke, uniforme stofeigenschappen, zoals dichtheid, geleidbaarheid en smeltpunt.
Stoffen bestaan uit moleculen. Sterker nog, je bestaat zelf uit miljoenen moleculen. Moleculen zijn zo klein dat je ze niet met het blote oog kunt zien. Een menselijke haar is bijvoorbeeld gemiddeld 0,1 mm dik, en hier passen al 100.000 moleculen naast elkaar!
Een chemische reactie is dus niets anders dan een herschikking van atomen, waardoor nieuwe combinaties en dus nieuwe stoffen ontstaan. Er verdwijnen geen atomen, er komen er ook geen bij (massabehoud). Ze zijn na de reactie gewoon onderling anders gebonden dan voor de reactie.
Chemische stoffen worden toegepast in allerlei producten, bijvoorbeeld een zinken dakgoot, plastic speelgoed, shampoo of een mierenlokdoos. Stoffen worden omschreven als chemische elementen en hun verbindingen. Stoffen kunnen voorkomen in de natuur zoals water, (keuken)zout, glucose, zetmeel, ijzererts, aardolie.
Een stof kan voorkomen in 3 fasen (of toestanden): Gas, vloeistof en vast. Er worden afkortingen gebruikt voor de verschillende stoffen. Een vaste toestand geef je aan met (s), van het Engelse solid. De vloeibare toestand geef je aan met (l), van het Engelse liquid.
Voorbeelden van zeer zorgwekkende stoffen zijn lood, koper, vinylchloride en benzeen. Ze kunnen op verschillende manieren in de lucht, de bodem of het water terechtkomen. Landbouw, industrie en verkeer kunnen hiervan de oorzaak zijn. Maar ook huishoudens kunnen zorgen voor vervuiling.
Chemie in Nederland van de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) bevat alle informatie over producenten, handelaren en dienstverleners in de Nederlandse chemische industrie. Hiermee kunt u per product, merk of dienst achterhalen welke bedrijven dit leveren.
Chemische stoffen kunnen gevaarlijk zijn voor mensen en het milieu. Hoe groot dat risico is, hangt af van de stof zelf. Maar het hangt ook af van hoe vaak en met hoeveel van de stof mensen en het milieu in contact komen. Het RIVM doet onderzoek naar de risico's van stoffen en adviseert over normen voor stoffen.
Wanneer een stof uit één soort stof bestaat noem je dit een zuivere stof. Suiker en zout zijn voorbeelden van zuivere stoffen.
In de scheikunde wordt onderzoek gedaan naar stoffen. Alles op aarde bestaat uit allerlei chemische stoffen (moleculen) en deeltjes (atomen). Zo bestaat een stukje stoepkrijt meestal uit gips, kleurstof, bindmiddel en nog een paar stoffen.
Een chemische reactie is een gebeurtenis waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan. In het kort noemen we dit ook wel een reactie. De stoffen die je voor de reactie hebt noem je beginstoffen. De stoffen die je na de reactie overhoudt noem je de reactieproducten.
Van alchemie naar scheikunde
Al in 1661 werd scheikunde voor het eerst benoemd. Robert Boyle, een Ierse alchemist, benoemde toen in zijn wetenschappelijke geschrift dat er onderscheid gemaakt moest worden tussen alchemie en scheikunde. Alchemie kan worden gezien als de voorloper van de moderne scheikunde.
Wat zijn natuurlijke stoffen? Natuurlijke vezels komen van planten, wol of draad uit de natuur. De bekendste voorbeelden zijn katoen, wol, bamboe, zijde en linnen. Elke natuurlijke stof heeft zijn eigen maakproces.
Bekende metaalsoorten zijn: ijzer, aluminium, koper, chroom, nikkel, lood, zink, tin, goud, zilver en platina. Bekende legeringen: staal (bijvoorbeeld inox), brons, messing, elektrum en soldeersel.
Er bestaan in totaal ongeveer 4.000.000 soorten moleculen.