B-attest. De jongere krijgt een B-attest als hij geslaagd is maar voor 1 of meer vakken minder goede resultaten behaalde. De klassenraad beslist voor welke studierichtingen/basisopties de jonger wordt uitgesloten.
We noemen ze buispunten. Er zijn wel strikte voorwaarden: Je mag voor maximum 3 B-vakken een tekort hebben. Het aantal punten dat je tekort hebt, mag niet meer zijn dan het aantal B-vakken dat je hebt.
Na een buis op je eerste examen kan je dus gewoon een herexamen maken. Als het nodig is, heb je zelfs nog recht op een tweede herexamen. Aan het begin van een nieuw jaar, op 1 januari, krijg je sowieso drie nieuwe examenkansen.
Leerkrachten zouden vaker kleinere toetsen moeten geven, zo onthoud je de dingen beter. Blijven zitten demotiveert en helpt leerlingen niet. Blijven zitten voor maar 1 vak is al helemaal belachelijk! Toetsen moeten ook gaan over relevante leerstof en hoeven niet te bulken van de instinkers.
Mag de school mij een C-attest geven, enkel voor een buis op mijn GIP? Nee, dat mag niet. Op basis van rechtspraak merken we dat een C-attest louter door een buis op een GIP niet kan. De Raad van State oordeelde bij eerdere klachten dat alleen die GIP geen doorslaggevend element is.
Ook met een B-attest kan je blijven zitten wanneer de klassenraad een gunstig advies geeft. Bij een ongunstig advies van de klassenraad moet je overstappen naar het hogere leerjaar.
U bent geslaagd, maar hebt voor 1 of meer vakken minder goede resultaten behaalde. De klassenraad beslist dat u uitgesloten wordt van 1 of meer studierichtingen/basisopties. De school moet schriftelijk motiveren waarom u een B-attest krijgt.
Overstappen van 1A naar 1B, van 2A naar 2B, van 2B naar 2A of veranderen van basisoptie kan gedurende het hele schooljaar maar enkel na akkoord van de toelatingsklassenraad. In de tweede en derde graad kan men veranderen van studierichting tot en met 15 januari.
Ja, dat mag. Als je minstens 18 jaar, en dus meerderjarig bent, mag je jezelf inschrijven in een school en dus je eigen richting kiezen.
Na het ontvangen van het B- of C- attest moet u, binnen de termijn*, een persoonlijk gesprek vragen met de directeur of zijn afgevaardigde. naar de voorzitter van de beroeps- commissie* met vermelding van het beroep en de motivatie ervan. Dit gebeurt best via aangetekend schrijven. klacht.
Het kan zijn dat je sommige basisopties niet mag kiezen. Je mag verder, maar niet in alle richtingen. Stel dat je liever het leerjaar overdoet om geen richtingen uit te sluiten, dan heb je daarvoor het advies van je CLB nodig en een akkoord van de klassenraad. Met een C-attest moet je je leerjaar overdoen.
Wat kan ik doen tegen mijn C-attest? Wanneer je als leerling in het secundair onderwijs een C-attest krijgt, mag je niet overgaan naar een volgend jaar. Een C-attest kan men echter niet zomaar toekennen. Een paar tekorten volstaan niet.
Het schoolexamen en het centrale examen tellen beide voor 50% mee. Er zijn een aantal vakken waarvoor geen centraal examen wordt afgenomen, waardoor het eindcijfer alleen bestaat uit het schoolexamencijfer: Voor sommige vakken waarvoor geen centraal eindexamen is, wordt per vak een eindcijfer gegeven.
Toleranties kan ze pas inzetten wanneer ze de eerste mijlpaal binnen haar opleiding heeft behaald en ze een gemiddeld percentage van ten minste 50% heeft, en indien het resultaten betreft van 8/20 of 9/20. Sommige opleidingsonderdelen worden uitgesloten van toleranties.
Behaal je een 8 of een 9 voor een opleidingsonderdeel, dan heb je de credits voor dat opleidingsonderdeel niet verworven. Dit onvoldoende resultaat kan wel worden getolereerd. Dat wil zeggen dat je – onder bepaalde voorwaarden– niet verplicht wordt om dat opleidingsonderdeel te hernemen.
Je wordt niet voorbereid op een specifiek beroep. Het ASO legt vooral een stevige basis voor het volgen van hoger onderwijs en de meesten kiezen er dan ook voor om verder te studeren na het ASO. In het technisch secundair onderwijs (TSO) gaat de aandacht vooral naar algemene en technisch-theoretische vakken.
Na het KSO kan de jongere een beroep uitoefenen of overstappen naar het hoger onderwijs. Het TSO besteedt aandacht aan algemene en technisch-theoretische vakken. Na het TSO kan de jongere een beroep uitoefenen of overstappen naar het hoger onderwijs. Bij deze opleiding horen ook praktijktlessen.
Je kind kan naar het 1ste leerjaar B. Daar krijgt het meer onderwijs op maat, zodat het bepaalde vaardigheden of kennis beter onder de knie krijgt. Na een geslaagd 1ste leerjaar B kan het nog naar het 1ste leerjaar A gaan, of - met een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad - naar het 2de leerjaar A.
SO: Eerste graad
De 1e graad bestaat uit 2 leerjaren: 1A en 1B. Je start automatisch in 1A als je je getuigschrift basisonderwijs hebt behaald. Je start automatisch in 1B als je dit getuigschrift niet hebt behaald. Je bouwt verder op wat je geleerd hebt in de lagere school.
Wie bepaalt of mijn kind blijft zitten of overgaat naar de volgende groep of klas? De school beslist of uw kind overgaat naar de volgende groep of klas. Hier bestaan geen wettelijke regels voor. In de schoolgids staat hoe de school omgaat met overgaan en zittenblijven.
De A-stroom is dus bedoeld als een grote gemeenschappelijke brede eerste graad, de b-stroom voor een kleine groep leerlingen met specifieke noden (bijvoorbeeld niet geslaagd in het lager onderwijs).
In het vijfde jaar middelbaar is een B-attest en dus een heroriëntering naar een andere richting niet meer mogelijk voor leerlingen die niet slagen voor een vak. In uitzonderlijke gevallen kan de klassenraad beslissen om een herexamen te organiseren, maar al jaren zijn de scholen de herexamens aan het afbouwen.
Nog niet akkoord? Bel snel de school of ga langs en laat weten niet akkoord te zijn met het attest. Doe dit ook nog eens schriftelijk (per mail/brief) voor de zekerheid, zo heb je een bewijs op papier. Vraag een afspraak met de voorzitter van de klassenraad (meestal is dit de directeur).
Je kunt starten in het 2de leerjaar van de 2de graad (4 BSO) als je ofwel: geslaagd bent in het 1ste leerjaar van de 2de graad (3 ASO, TSO, KSO, BSO). Je beschikt dus over een oriënteringsattest A of B. Ingeval van een B-attest word je niet toegelaten tot bepaalde studierichtingen.