Aan een intersekse baby kun je niet altijd zien of het een jongetje of een meisje is. Vroeger bepaalden de ouders kort na de geboorte of deze een dochtertje of zoontje werd. Door operaties kregen intersekse babies een volledige vagina of penis.
Interseksuelen, vroeger hermafrodieten genoemd, hebben een lichaam met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken. In de meeste gevallen wordt intersekse veroorzaakt door een gendefect. Er zijn heel veel verschillende vormen van interseksualiteit. Iemand kan bijvoorbeeld geen baarmoeder hebben, maar wel eierstokken.
De meeste mensen met een intersekseconditie zijn onvruchtbaar. Er zijn echter condities waarbij wel degelijk zaadcellen of eicellen worden geproduceerd. Bij ovotesticulaire DSD, bijvoorbeeld, is vaak sprake van werkzame geslachtsklieren, hoewel het nooit mogelijk is dat men zichzelf zou bevruchten.
Intersekse is een variatie op wat als de mannelijke of vrouwelijke sekse wordt beschouwd. Bijvoorbeeld meisjes geboren met XY-chromosomen en jongens met XX-chromosomen. Of jongetjes met een vagina en meisjes met een clitoris die zo groot is als een kleine penis. De variatie tussen intersekse personen is groot.
Mensen kunnen bijvoorbeeld met een mannenlichaam geboren zijn, maar zich vrouw voelen. Hun genderidentiteit past dan niet bij hun sekse. Dat heet transgender. Wanneer mensen zich geen man of vrouw voelen, of een beetje man en een beetje vrouw, dan heet dat non-binair.
Een transgender vrouw identificeert zich als een vrouw maar werd bij de geboorte voor jongen/man aangezien en stond als zodanig geregistreerd. Mensen die zich noch als man, noch als vrouw identificeren worden non-binaire transgender personen genoemd. Ze vallen buiten de binaire hokjes man of vrouw.
Als iemand geen keuze maakt in de genderidentiteit man of vrouw spreken we van non-binair. Non-binaire personen voelen zich een beetje jongen/man en meisje/vrouw, of juist geen van beiden. Of zij voelen zich soms jongen/man en soms meisje/vrouw. Dit heet genderfluïde.
Bij de meeste meercellige en sommige eencellige organismen zijn er twee seksen: vrouwelijk en mannelijk. De vrouwelijke sekse is gedefinieerd als de sekse met de grootste geslachtscellen.
Zeg niet 'toen je nog een man was' of 'toen hij nog een vrouw was', maar zeg 'toen je je nog als man presenteerde' of 'toen hij nog als vrouw gezien werd'. Zeg liever niet mannen en vrouwen, maar personen. Liever niet dames en heren, maar mensen. Niet jongens en meisjes, maar kinderen.
Omdat de taal rondom gender en geslacht voortdurend in beweging is, is het moeilijk om een overzicht van alle mogelijke genders te geven. Volgens sommige experts bestaan er wel 100 genders. Hier is een overzicht van 65 genders: Agender.
Zelf insemineren betekent zelf sperma inbrengen in de vagina zonder dat er sprake is van gemeenschap. Dit kan in de thuissituatie worden gedaan, omdat het zaad daarbij niet in de baarmoeder gebracht hoeft te worden.
De meeste mensen zijn cisgender. Cis komt uit het Latijn en betekent 'aan deze kant'. Trans staat voor 'aan de andere kant'. Een cisvrouw is dus een vrouw die geboren is met de geslachtskenmerken van vrouwen en die zich ook vrouwelijk voelt.
Meestal identificeren intersekse personen zich als man óf vrouw, niet als non-binair persoon. Net zoals transgender-zijn een deel van je identiteit is, draagt intersekse bij aan iemands identiteit. Anders dan bij transgender personen is intersekse echter iets wat je hebt, niet iets wat je bent.
Voor wat betreft hoe het geslacht er uit ziet, bij mensen kan het zo zijn dat een vrouw met borsten een penis heeft, maar dat is nog geen hermafrodiet. De penis kan functioneren, maar zeer waarschijnlijk zonder levende zaadcellen. Bij deze vrouwen is er misschien ook geen ontwikkelde baarmoeder/eierstokken aanwezig.
Een man die namelijk écht sterk in zijn schoenen staat, voelt niet de drang om zich altijd en overal te bewijzen. Een echte man begrijpt dat hij onzekerheden heeft en hé: die heeft iedereen. Hij laat zijn leven er dan ook niet door bepalen, maar kijkt naar hoe hij zijn zwakheden kan verbeteren.
Kinderen en mensen met het Partieel Androgeen Ongevoeligheids-of Insensitiviteitssyndroom (PAOS/ PAIS) hebben XY- chromosomen. Ze zijn ook geboren met geslachtsklieren (gonaden of teelballen), die meestal in het lieskanaal of buikholte liggen. Soms is er ook één van de gonaden wel ingedaald.
Een non-binair persoon is iemand die zich niet thuis voelt in de binaire gendercategorieën man of vrouw en zich beter voelt bij een andere, niet-binaire, genderidentiteit. Dit uit zich soms in de genderexpressie, door mannelijke en vrouwelijke kenmerken te combineren of net te verwerpen.
Sinds 2016 heeft het Nederlands naast 'zij' en 'hij' en 'haar' en 'hem' ook het genderneutrale woord 'hen' als voornaamwoord in de taal opgenomen. Dit kan gebruikt worden voor mensen die zich niet identificeren als man of vrouw. Mensen zoals Thorne, Nanoah en Sky.
Queer betekent eigenlijk 'vreemd'; er is niet echt een goede Nederlandse vertaling voor. Het staat voor een open, brede genderidentiteit en/of seksuele identiteit. Vaak noemen mensen zichzelf queer als ze zichzelf niet een vaststaande gender en/of seksuele identiteit toekennen, of die afwijzen.
Panseksueel. Panseksueel is een overkoepelende term, die betekent dat je op mensen valt, of het nou mannen, vrouwen, non-binaire, intersekse personen of andere vormen betreft.
Intersekse personen zijn geboren met mannelijke en vrouwelijke geslachtskenmerken. Iemand heeft bijvoorbeeld een niet volgroeide penis en een vagina-ingang of baarmoeder. Of iemand is geboren met een vulva en een grote clitoris die op een penis lijkt.
Zelfstandige naamwoorden hebben een woordgeslacht (ook wel grammaticaal geslacht of genus genoemd). Dat woordgeslacht bepaalt de keuze van het bepaald lidwoord en speelt ook een rol bij de keuze van de meeste voornaamwoorden. Het Nederlands kent drie woordgeslachten: mannelijk, vrouwelijk en onzijdig.
Kort gezegd is geslacht aangeboren en gender aangeleerd. Wanneer je geboren wordt, wordt er aan de hand van je geslachtsdelen bepaald of je een meisje of een jongen bent. Dit is dus je geslacht. Maar door je opvoeding en invloeden van buitenaf, zoals je cultuur en de samenleving ontwikkel je je gender.
Probeer mee te leren wat non-binariteit net betekent voor jouw kind en waar je kind zelf informatie vindt. Ook wanneer je kind zichzelf als non-binair identificeert, kan je de adviezen op deze pagina rond 'transgender' gebruiken. Daarnaast kan je ook terecht bij zorgverleners met expertise rond het transgenderthema.
Transgender is een parapluterm waar non-binair onder valt. Als transgenderpersoon voel je je niet prettig in het lichaam waarin je geboren bent.