Op de vrijeschool zitten kinderen uit dezelfde leeftijdscategorie bij elkaar in de klas. Deze kinderen blijven hun gehele lagere schoolperiode bij elkaar in de klas. Het gebeurt vrijwel nooit dat een kind blijft zitten. Een leerkracht blijft in principe de gehele lagere schoolperiode bij dezelfde groep kinderen.
Toch zijn er nog een aantal grote verschillen tussen het vrijeschoolonderwijs en de gewone basisschool: Extra vakken. Naast de standaard schoolvakken, krijgt je kind op de vrije school ook creatieve vakken als houtbewerking en muziek. Ook is er meer aandacht voor vreemde talen, al vanaf groep 3.
De vrijeschool biedt een breed onderwijspakket aan. Kinderen leren niet alleen lezen en rekenen, maar ook vreemde talen spreken, dansen, toneelspelen, zingen, schilderen. Ze werken in de tuin en vieren feest. De vrijeschool wil kinderen al die bagage meegeven, zodat zij later van alle markten thuis zijn.
Zelfontplooiing, creativiteit en kunstzinnig onderwijsaanbod spelen hier een grote rol in. Naast aandacht voor onderwijs, besteedt de vrijeschool ook veel aandacht aan opvoeding. De vrijeschool gelooft erin dat onderwijs uit meer bestaat dan goed leren lezen of rekenen en wil betekenis hebben in het leven van een kind.
Het vrijeschoolonderwijs in Nederland omvat scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs. Vrijescholen spreken zelf van kleuterschool (4 tot 6 jaar), onderbouw (6 tot 12 jaar, klas 1 t/m 6) en bovenbouw (12 tot 18 jaar, klas 7 t/m 12).
Scholen die niet door een overheid zijn opgericht, behoren tot het vrij onderwijs. Het vrij onderwijs bestaat hoofdzakelijk uit confessionele scholen, die aan een godsdienst zijn gebonden.
Op een Waldorf school leren kinderen dezelfde dingen als op een reguliere basisschool, maar dan méér en breder. Ze leren niet alleen basisvaardigheden als lezen, schrijven en rekenen, maar krijgen ook les in vreemde talen en in dansen, toneelspelen, zingen en schilderen.
Hoeveel vrijescholen zijn er in Nederland? Er zijn in totaal 120 vrijescholen in Nederland die via een bestuur zijn aangesloten bij de Vereniging van vrijescholen. Dat gaat om 94 vrijescholen in het primair onderwijs en 26 vrijescholen in het voortgezet onderwijs.
Vrijeschoolonderwijs (internationaal ook wel Waldorfonderwijs genoemd) is gebaseerd op de antroposofische pedagogiek van de Oostenrijkse schrijver en pedagoog Rudolf Steiner (1861-1925), die ervan uitgaat dat kinderen leren door te ervaren.
Nederland heeft ongeveer 160 montessorischolen voor basisonderwijs en twintig montessorischolen voor voortgezet onderwijs. Deze scholen zijn erkend door de Nederlandse Montessori Vereniging.
Antroposofie (van het Griekse: ἄνθρωπος, ánthrōpos "mens" en σοφία sophía "wijsheid") is een spirituele filosofie en occulte wetenschap gebaseerd op de leer van Rudolf Steiner (1861–1925), die het bestaan postuleert van een geestelijke wereld die toegankelijk zou zijn via innerlijke ontwikkeling.
Op een daltonschool leren leerlingen zelfstandig en binnen een bepaalde tijd taken afronden. Daarnaast leren zij op tijd hulp inschakelen als dit nodig is. Op die manier wordt hun probleemoplossend vermogen en zelfstandigheid gestimuleerd.
Antroposofisch opvoeden betekent dat je je heel erg bewust bent dat je kindje 'ergens' vandaan komt, dat het een uniek wezen is met een eigen 'way to go'.
Hij is bekend geworden als grondlegger van de antroposofie en haar praktische toepassingen. Een belangrijk uitgangspunt van Rudolf Steiner is dat elk kind uniek is en de gelegenheid moet krijgen om zich volledig te ontplooien. De nadruk ligt op de natuur en natuurlijke materialen zoals wol, steen, hout of bijenwas.
Basisschool De Vrije School Den Haag biedt primair onderwijs van het type "Basisonderwijs" met de denominatie "Antroposofisch" aan 473 leerlingen in schooljaar 2021-2022. Er zijn 3 scholen met "De Vrije School" in hun naam.
Er bestaat in Vlaanderen officieel onderwijs en gesubsidieerd vrij onderwijs: De scholen die zijn ingericht door of in opdracht van de overheid (Vlaamse overheid, provincies, steden of gemeenten) behoren tot het officieel onderwijs. Deze scholen zijn neutraal.
In tegenstelling tot het vrij onderwijs moeten scholen van het officieel onderwijs tot het einde van de leerplicht de keuze aanbieden tussen lessen katholieke, orthodoxe, protestantse, anglicaanse, joodse of islamitische godsdienst, of zedenleer.
Vrij gesubsidieerde onderwijs: dit wordt door een privé-organisatie ingericht, maar is erkend door de Vlaamse overheid. Het gaat vooral om het onderwijs dat onder de koepel Katholiek Onderwijs Vlaanderen valt. In het vrij onderwijs zijn ook protestantse, joodse, orthodoxe, islamitische, … scholen mogelijk.
De definitie van antroposofisch speelgoed
Nu we bovenstaande informatie kennen is de betekenis van 'antroposofisch speelgoed' of 'Waldorf speelgoed' niet meer zo lastig. Antroposofisch speelgoed is speelgoed dat het kind uitdaagt, en vrij laat in het verzinnen van een eigen spel. Er is geen goed of fout.
Het gaat hier om een woonhuis dat gebouwd is volgens principes die gebaseerd zijn op de antroposofische leer, dit is een leer waarbij de 'bewustwording van de mens van het grotere geheel waar hij deel van uitmaakt' centraal staat.
Een verschil tussen het Daltononderwijs en Montessorionderwijs is dat een Daltonschool vaak iets specifieker is in hoe de opdracht moet worden uitgevoerd in vergelijking met een Montessorischool. De belangrijkste ankerpunten in het Daltononderwijs zijn samenwerken, zelfstandigheid en vrijheid in gebondenheid.
Kinderen die niet heel zelfstandig, verantwoordelijk of gemotiveerd zijn, kunnen baat hebben bij daltononderwijs. Het is echter ook mogelijk dat sommige van die leerlingen de vrijheid van de daltonscholen niet aankunnen en juist behoefte hebben aan meer sturing, structuur en toezicht.
Ik raad zeker aan om naar de opendeurdagen van scholen te gaan, zo leer je de school kennen en kan je veel vragen stellen. Mijn dochter heeft op een daltonschool les gevolgd en dat is mij heel goed bevallen. Het is niet zo dat de kinderen zelf bepalen wat ze leren, maar er wordt hen veel zelfstandigheid bijgebracht.
De antroposofische geneeskunde kenmerkt zich door een individuele benadering van patiënten waarbij het zelfgenezend vermogen versterkt wordt. Antroposofische artsen verruimen de reguliere geneeskunde tot een meer holistische (alomvattende) benadering van de mens, met aandacht voor lichaam, ziel en geest.