Technisch lezen is een voorwaarde voor het begrijpend lezen', volgens Cito. De afname van de AVI-toetsen gebeurt met leeskaarten. Leerlingen lezen tijdens de toets de teksten op de kaarten hardop voor. De leerkracht noteert de tijd die de leerling nodig heeft om de tekst te lezen en hoeveel fouten de leerling maakt.
Technisch lezen is het koppelen van letters aan klanken. In de eerste plaats gaat het om het leren en herkennen van letters. Dan komt het lezen van woorden en tenslotte van zinnen. Kinderen leren eerst woorden van een lettergreep, daarna van meerdere lettergrepen.
Technisch lezen is de vaardigheid van het omzetten van letters in klank. Wat zoveel betekent als de 'techniek van het lezen'. Vanaf groep 3 leert je kind woord-voor-woord te lezen. 'Boom, roos, vis en vuur', je zoon of dochter begint als eerste met korte woordjes van vaak maar 1 lettergreep.
Bij een AVI-toets wordt het technisch lezen van een hele tekst getoetst, terwijl de DMT alleen het pure technische lezen meet. De DMT bestaat alleen uit losse woorden. De leerling heeft dan dus geen context om de betekenis van woorden af te leiden. Bij AVI heeft hij die wel.
Tempolezen is een oefenvorm om het leestempo omhoog te krijgen. Sneller lezen is belangrijk, omdat kinderen dan makkelijker onthouden wat ze gelezen hebben.
Zoals aangeven wordt de DMT afgenomen in groep 3 tot en met groep 8. Dat gebeurt twee keer per jaar: halverwege (januari/februari) en - behalve in groep 8 - aan het einde (mei/juni) van het schooljaar. Hoe verder je kind komt op de basisschool, hoe meer en hoe moeilijker woorden het zal kunnen lezen.
Begrijpend lezen is teksten lezen en begrijpen wat er staat. Er is dus een verschil tussen technisch lezen en begrijpend lezen. Iemand die technisch goed in staat is een tekst te lezen, hoeft de tekst niet altijd te begrijpen.
Dat zijn scores binnen een bepaalde bandbreedte: een Cito-score van 545 tot 550 betekent bijvoorbeeld een vwo-advies.
De nieuwste begrijpend lezen methodes:
Nieuwsbegrip, Close reading, Grip op lezen, Leeslink (digibordmethode)
In goed leesonderwijs worden technisch lezen, begrijpend lezen, woordenschat en leesplezier zo veel mogelijk met elkaar gecombineerd. De inhoud en context moeten daarbij centraal staan. Wat heeft een kind er immers aan als het de tekst uit het geschiedenisboek wel kan verklanken, maar niet begrijpt wat er staat?
Alternatieve vormen van flitsen wisselen die woorden af met bekende woorden, afgestemd op het leesniveau van de leerling. Bij het voortgezet technisch lezen kunnen leerlingen het beste flitsen met korte woorden waarmee ze moeite hebben. Dit verbetert ook de leesvaardigheid bij langere woorden die niet geoefend zijn.
Bij technisch lezen wordt gewerkt aan het vlot leren benoemen van lastige letters (b.v. b/d, eu, ui), directe woordherkenning en het vloeiend en vlot lezen van woorden, zinnen en teksten. Ook is er aandacht voor het lezen met de juiste intonatie.
Tussendoelen Technisch lezen
lezen groepen van woorden als een geheel. lezen een tekst met het juiste dynamisch en melodisch accent. lezen een tekst in het juiste tempo en zonder spellinguitspraak. houden bij het voorlezen rekening met het leesdoel en met het publiek.
De Drie-Minuten-Toets (DMT) is een Cito-toets en laat zien hoe goed je kind is in technisch lezen. Bij technisch lezen moet hij letters koppelen aan klanken, zodat hij woorden kan herkennen. De toets maakt onderdeel uit van het leerlingvolgsysteem. De leerkracht houdt met de DMT de voortgang van je kind in de gaten.
„Vooral de vierde klas havo staat al jaren als probleemklas bekend. Daar blijven de meeste leerlingen zitten. Onderzoeken hiernaar hebben nooit keiharde oorzaken aangewezen, maar in de onderwijswereld worden wel steeds dezelfde verklaringen genoemd.”
De scores voor begrijpend lezen en rekenen tellen het zwaarst mee voor het schooladvies. Dit omdat begrijpend lezen bij de meeste vakken in het voortgezet onderwijs belangrijk is en omdat rekenen de basis is van wiskunde, maar ook belangrijk is bij de andere bètavakken.
Conclusie. De middelbare school waar uw kind naartoe gaat bepaalt het niveau van uw kind door middel van een toelatingsexamen, proefklasse, onderzoek van de basisschool en/of psychologisch onderzoek. Meestal is dit een combinatie van de Citotoets en het advies van de leerkracht van groep 8.
In het onderzoek naar de twee varianten van begeleid hardop lezen ging het om twee belangrijke doelen: verbetering van de leestechniek en het bevorderen van een positieve leeshouding.
Technisch lezen is het kunnen koppelen van geschreven lettertekens en -combinaties aan klanken. Je koppelt het letterteken 'm' aan de klank 'mmm' (dus niet 'èm'), maar ook de lettercombinatie 'oe' aan de klank 'oe'. Lettercombinaties als de 'oe' zijn voor je kind in groep 3 één letter.
In groep 3 wordt de DMT halverwege en aan het eind van het schooljaar afgenomen. Halverwege groep 3 worden in principe alleen de leeskaarten 1 en 2 gelezen. Vanaf eind groep 3 tot en met eind groep 4 worden alle kaarten gelezen. Vanaf groep 5 tot en met 8 worden alleen kaart 2 en 3 gelezen.
Wel blijkt er een richtinggevend aantal te zijn, gebaseerd op verschillende onderzoeken: basisschoolleerlingen moeten ongeveer tussen de 50 en 70 woorden per minuut correct kunnen lezen om een tekst goed te kunnen begrijpen.
Afname #DMT is niet verplicht voor scholen! De #onderwijsinspectie verplicht scholen om een leerlingvolgsysteem te hebben en om in groep 8 een eindtoets af te nemen. De inspectie beoordeelt de opbrengsten (o.a. toetsresultaten) van scholen, maar welke toetsen daarvoor gebruikt worden is aan de scholen zelf.
Gemiddeld genomen leren alle kinderen in groep 3 lezen. Vanaf halverwege groep 3 wordt dan ook de drie-minuten-toets (DMT) afgenomen. Dit is een belangrijk middel om te zien hoe snel en foutloos een kind kan lezen. Elk kind krijgt hier tijdens zijn schooltijd dus meerdere keren mee te maken.