Niet alleen de woorden 'ik' en 'wij' kun je beter vermijden in een scriptie of essay, maar hetzelfde geldt voor de persoonlijk voornaamwoorden 'je', 'jij' en 'u'. Het is namelijk meestal niet de bedoeling dat je je lezer aanspreekt in een formele tekst.
Vormen van de eerste persoon enkelvoud
Een manier om de ik-vorm te vermijden maar wel over jezelf te spreken, is door 'de onderzoeker' te schrijven als je jezelf wil aanduiden. Hoewel dit niet fout is, kan het gekunsteld aandoen. Daarom gaat de voorkeur in dit geval uit naar de lijdende vorm.
Woorden zoals: groots, geweldig, heel erg, of zelfs alleen 'erg' – een erg groot verschil duidt er al op dat het een beetje subjectief wordt en dat je een beetje aan het sturen bent. Blijf daarvan weg, probeer objectief te zijn. Dat zijn dus de drie woordcategorieën die je moet vermijden in je scriptie.
Een scriptie die veel spreektaal bevat, kan worden afgekeurd door begeleiders. Probeer daarom te voorkomen dat je: Vulwoorden en dubbelingen gebruikt (zoals “tevens ook”) Vaag taalgebruik gebruikt (“men zegt dat” – wie is men?)
Welk eindcijfer wil je hebben? Het is belangrijk om voor jezelf te besluiten welk cijfer je graag voor je scriptie wilt halen. Je kunt je voorstellen dat de inhoud van een scriptie erg verschilt wanneer deze een 9 of een 6 krijgt. Voor een 9 zal er een uitgebreider onderzoek verwacht worden dan voor een 6.
ijdel, nutteloos, onnodig, onnut, overtollig, redundant. als synoniem van een ander trefwoord: nutteloos (bn) : doelloos, nodeloos, onbruikbaar, ondienstig, onnodig, onnut, overbodig, overtollig, zinloos.
Een subjectief betekeniselement hebben eigenschapswoorden als mooi, nuttig, aardig, deftig, interessant en vervelend en uiteraard alle zogenaamde oordeelswoorden .
In je conclusie dien je de beantwoording van die hoofdvraag of je bevinding op je hypothese te vermelden. Vervolgens moet je je antwoord natuurlijk ook nog onderbouwen, ook hier weer niet met nieuwe feiten maar met informatie die je de lezer in de verschillende hoofdstukken al hebt gegeven.
Degene die tot taak heeft een tekst te corrigeren. Dat kan de auteur zelf zijn, het kan ook iemand anders zijn, bijv. gedurende de Middeleeuwen de kopiist van de tekst of de leider van het scriptorium...
Passieve zinnen maken een tekst hol, onpersoonlijk en afstandelijk. Schrijf zo veel mogelijk in actieve zinnen. Voer landen, steden, organisaties en mensen op en hou ze vast als onderwerp.
In een passieve zin wordt de handelende persoon of zaak weergegeven in een door-bepaling, die meestal kan worden weggelaten. Een passieve zin bevat altijd een vorm van het hulpwerkwoord worden of zijn en een voltooid deelwoord. Voorbeeld: De roomsoezen worden gebakken (door de hulpkok).
Als je een passieve zin wilt ombuigen in een actieve constructie, helpt vaak om de vraag 'door wie' te stellen. Zo vind je het onderwerp dat je kunt gebruiken voor een actieve directe zin. De afwas wordt razendsnel gedaan.
Bij een tautologie wordt hetzelfde begrip tweemaal genoemd. Vaak gaat het daarbij om twee bijvoeglijke naamwoorden, twee zelfstandige naamwoorden of twee bijwoorden: gratis en voor niets; daarnaast en ook in één zin.
Juist is: 'Die heeft te veel gegeten. ' Als te veel 'meer dan nodig' betekent, staat er een spatie tussen te en veel. Als het teveel 'het overschot' betekent, is het wél één woord.
altijd (bw) : altijd door, altoos, eeuwig, iedere keer, immer, onophoudelijk, steeds, steevast, te allen tijde, telkens, voorgoed, voortdurend.
Een 5,5 voor een tentamen, niet gewenst als je cum laude wilt slagen maar wel voldoende om je studiepunten te behalen!
Hoge cijfers: het betekent dat je een goede student ben, maar dat betekent niet dat je automatisch de beste persoon bent voor die baan, aldus Valkenburg. Recruiter Floor Nobels: ,,Het enige waar het iets over zegt, is bijvoorbeeld of iemand alfa of bèta is.
Goede teksten schrijven met deze 5 tips
Een van de tips van Kitty Kilian is om plaatjeswoorden te gebruiken. Niet groente maar spinazie. Gebruik woorden waar je direct een plaatje bij in je hoofd krijgt. Schrijf zoals je het aan je buurvrouw zou vertellen in een gesprek, dat is vaak een prima manier om te beginnen.