Iemand met anorexia nervosa kent net zoals iedereen het 'hongergevoel', maar onderdrukt dit gevoel op verschillende manieren. Het verlangen om mager te zijn overheerst bij iemand met anorexia nervosa. Tevens speelt er een angst om 'dik' te zijn of te worden.
Mensen met anorexia hongeren zichzelf uit, uit angst om aan te komen. Ze willen graag nóg dunner worden dan ze al zijn en ze hebben een lichaamsbeeldstoornis. Een lichaamsbeeldstoornis betekent dat patiënten die dun zijn hun eigen lichaam waarnemen als veel dikker dan het in werkelijkheid is.
Het lichaam schakelt bij een dalend gewicht en verminderde voedselinname zo veel mogelijk over op besparing in de stofwisseling. Je voelt je hierdoor vaak erg moe, duizelig, lusteloos en depressief; Doordat je weinig eten verbrandt en de lichaamstemperatuur daalt, kun je last krijgen van koude, blauwe handen en voeten.
De anorexiapatiënten bleken een grotere orbitofrontale cortex en insula te hebben. De orbitofrontale cortex heeft te maken met het krijgen van een verzadigd gevoel na het eten van een bepaald type voedsel. Vermoedelijk zorgt een grotere orbitofrontale cortex ervoor dat mensen met Anorexia sneller stoppen met eten.
Tussen de 5 en 10% van de patiënten overlijdt aan de gevolgen van deze ziektes (door slechte lichamelijk conditie of suïcide). Van alle psychiatrische ziekten overlijden de meeste mensen aan Anorexia Nervosa. De ziektes duren gemiddeld 6-7 jaar, met een spreiding van een half jaar tot een tiental jaren.
Als je anorexia nervosa hebt, is eten een obsessie voor je. Je eetpatroon is volledig in de war. Misschien eet je helemaal niet, of heb je juist last van eetbuien en probeer je het voedsel dat je binnenkrijgt er zo snel mogelijk weer uit te krijgen. Dat kan door overgeven, laxeermiddelen, plaspillen of een klysma.
De APA-richtlijn beschrijft dat bij het starten van de behandeling of bij starten van gewichtstoename 30-40 kcal per kg lichaamsgewicht per dag (gemiddeld 1000-1600 kcal/dag) wordt gehanteerd. Vervolgens wordt dat opgehoogd tot 70-100 kcal/kg/dag.
Je kunt daardoor last hebben van beven, wazig zien, duizeligheid, hartkloppingen en hartritmestoornissen en zelfs een hartstilstand. Na verloop van tijd kunnen botafbraak, oedeem en spierzwakte optreden. Een krimpende maag, waardoor je steeds minder kunt eten. Een verstoord honger- en verzadigingsgevoel.
Anorexia is een psychische stoornis die niet van de één op de andere dag ontstaat. Vaak begint het onschuldig: iemand wil een paar kilo kwijt en gaat daarom lijnen of laat het lekkers staan. Een eetprobleem sluipt er vervolgens stilletjes in. Ook kan anorexia nervosa ontstaan vanuit psychische problemen.
We speken van anorexia als iemand consequent het lichaamsgewicht op of onder de 85% houdt van het gewicht dat normaal verwacht mag worden. Bij volwassenen komt dit neer op een Body Mass Index (BMI) van maximaal 17,5. Eten en gewicht zijn een obsessie voor je.
In principe kun je twee maanden in leven blijven zonder te eten. Maar daarmee is ook alles gezegd, want goed zul je je niet voelen. Zodra je niet meer eet slaan de vermoeidheid en duizeligheid al snel toe.
Bij anorexia vermager je meestal, terwijl je gewicht bij boulimia dikwijls niet veel verandert. Bij boulimia wisselen diëten, eetbuien en braken of laxeren elkaar af. Tijdens een eetbui eet je in een korte tijd overmatig veel. Hierna voel je je vaak schuldig.
Tegen iemand met een eetprobleem zeggen dat hij of zij "gewoon even moet eten" heeft geen enkele zin. Ook complimentjes geven wanneer iemand weer aangekomen is, kan verkeerd uitpakken.
Luister wat de ander te vertellen heeft en vraag door om duidelijk te krijgen waarom de ander zich goed of niet zo goed voelt. Kom niet met oplossingen als de ander zich niet goed voelt. Toon empathie, bv Fijn om te horen dat het goed met je gaat, of Rot voor je dat je je niet zo goed voelt.
Er worden 2 types anorexia onderscheiden: het beperkende type en het purgerende type. Bij het beperkende type anorexia ligt de nadruk op het onder controle houden van het gewicht door (te) weinig te eten en overmatig te sporten. Het purgerende type staat ook wel bekend als het gemengde type.
Anorexia nervosa
Met anorexia heb je geen goed beeld van je eigen lichaam: je vindt jezelf te dik, maar je bent heel erg mager. Je hebt wel eetlust, maar die negeer je het grootste deel van de tijd. Je lichaam luistert niet naar signalen van honger, of voelt geen honger meer.
Je wisselt eetbuien en te weinig eten af
Aan de ene kant eet je veel te weinig en aan de andere kant heb je ongecontroleerde eetbuien. In een korte tijd werk je een grote hoeveelheid voedsel naar binnen. Vervolgens voel je je vaak schuldig en wil je al die calorieën weer kwijt.
Er zijn geen medicijnen die je kunnen genezen van anorexia. Medicijnen zullen daarom alleen ingezet worden als ondersteuning van therapieën en andere behandelingen. Als je naast anorexia nog een andere ziekte hebt die je behandeling moeilijker maakt, dan kun je medicijnen krijgen tegen deze bijkomende ziekte.
» Om het lichaam hierin te ondersteunen, is het goed om voldoende eiwitrijke voedingsmiddelen te eten (melk- producten, vlees, vis, peulvruchten, noten, en volkoren producten). Deze bevatten stoffen die helpen bij de verwerking van energie door het lichaam (fosfaat).
Er werd gekeken naar verbanden tussen BMI en sterfgevallen met verschillende oorzaken. Mensen van alle leeftijden met ondergewicht (een BMI van 18,5 of lager) bleken 1,8 keer zo veel kans op overlijden te hebben als mensen met een gezond gewicht (een BMI tussen 18,5 en 25,9).
Begeleid en ondersteun de patiënt zonodig bij het accepteren van het naderende levenseinde. Blijf met hem in contact en vraag je zelf geregeld af wat je voor hem kunt betekenen in deze laatste levensfase. Blijf de patiënt de zorg en verzorging bieden die hij nodig heeft.
Jezelf uithongeren
Wanneer je jezelf uithongerd en veel minder calorieën gaat eten gaat je lichaam in een spaarstand waardoor het efficienter omgaat met energie. De energie die je lichaam binnen krijgt wordt in de spaarstand ook meer opgeslagen als vet dan wanner energie gewoon voor handen heeft.