Kenmerken van dementie vergeetachtigheid; taalproblemen, bijvoorbeeld niet op woorden kunnen komen of de betekenis van woorden vergeten; gedragsverandering, bijvoorbeeld ongeduldiger worden, of woedeaanvallen; problemen met dagelijkse handelingen, zoals boodschappen doen of het bedienen van een computer.
Problemen met het zien
De hersenen krijgen moeite om te verwerken wat je ziet. Je kan bijvoorbeeld minder goed afstanden inschatten en diepte zien. Het kost moeite om verschillende tinten van een kleur te onderscheiden of bepaalde afbeeldingen of kleuren te herkennen.
Bij dementie gaan de zenuwcellen in de hersenen kapot. Soms gaan niet de zenuwcellen zelf kapot, maar de verbindingen tussen de cellen. Het is ook mogelijk dat de cellen en de verbindingen het niet meer goed doen. Door deze afname van cellen functioneren de hersenen steeds minder goed.
Beginnende dementie herkennen
Het valt op dat iemand terugkerende geheugenklachten, gedragsproblemen en veranderingen in karakter heeft. Iemand heeft bijvoorbeeld moeite om te onthouden welke dag het is, of wordt sneller boos.
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
Mensen met dementie leven gemiddeld 8 jaar met de ziekte. De diagnose wordt gemiddeld na zo'n 14 maanden gesteld. Gedurende het ziekteproces neemt zowel het aantal klachten als de ernst van de klachten toe.
Mild Cognitive Impairment (MCI)
'Mild Cognitive Impairment' (MCI) betekent 'milde cognitieve stoornis'. Iemand met MCI heeft milde problemen met het geheugen of met een andere hersenfunctie. Maar kan vaak nog zo goed als normaal functioneren in het dagelijks leven.
Sommige mensen met dementie zijn rusteloos. Ze voelen zich niet op hun gemak.Ze hebben het idee dat ze niet veilig zijn en reageren daarop met onrust en gejaagdheid.Ze raken geprikkeld en gaan op zoek.
Frequent en lang slapen overdag komt veel voor bij de ziekte van Alzheimer. Dat komt doordat stoornissen in de hersenen het slaap-waakritme ontregelen. Amerikaanse onderzoekers gingen na of middagdutjes een aanwijzing kunnen zijn om later de ziekte van Alzheimer te ontwikkelen (1).
Dementie is (nog) niet te genezen. Met de juiste behandeling kunnen de achteruitgang en symptomen wel worden geremd.
Ook het kleurenspectrum verkleint bij mensen met dementie. Koude kleuren zoals blauw, groen en paars zijn moeilijker te onderscheiden dan warme kleuren zoals rood, geel en oranje. Een kleurcodering waarin blauw naast paars gezet wordt doe je beter niet.
De kloktest geeft op twee niveaus aan hoe iemand functioneert. Je hebt de klok als het concrete ding: lukt het nog om de cijfers op de goede plek te tekenen en de wijzers? Daarnaast is er de abstracte betekenis van de klok, namelijk de tijd.
De levensverwachting hangt samen met de algehele gezondheid van de persoon met dementie. Mensen hebben vaak slecht functionerende bloedvaten en een minder goede conditie.
Het verloop van vasculaire dementie is grillig en onvoorspelbaar. De ziekte begint vaak plotseling. Iemand met vasculaire dementie kan geleidelijk achteruitgaan, maar het kan ook plotseling slechter gaan.
De ziekte van Alzheimer
Bijna 70% van de mensen die dementerend zijn, heeft deze vorm. Bij de ziekte van Alzheimer raken steeds meer hersencellen beschadigd.
Je vergeet belangrijke data of gebeurtenissen, zoals een doktersafspraak. Je weet niet meer wat er kort geleden is gebeurd, zoals wie er op je verjaardag was gisteren. Je bent afhankelijk van spiekbriefjes of hulp van anderen om dingen te onthouden. Je bent vaak spullen kwijt, zoals je sleutels of leesbril.
Vaak wordt gedacht dat het dan ook om de laatste dagen van iemands leven gaan. Maar dat is lang niet altijd zo: de palliatieve fase bij dementie kan wel 6 tot 8 jaar duren. Dat is dus een lange periode, waarin heel veel is veranderd. Niet alleen in het leven van uw naaste met dementie, ook in uw eigen leven.
Mensen met dementie kunnen met een paar kleine aanpassingen twee tot drie jaar langer thuis blijven wonen.
De harde waarheid is: ja, stress kan leiden tot geheugenverlies. Bij chronische, negatieve stress heeft het lichaam en het brein onvoldoende tijd om te herstellen.
Vergeetachtigheid, geheugenverlies en dementie zijn niet hetzelfde. Vergeetachtigheid is een onschuldig verschijnsel waarbij iemand zich tijdelijk iets niet kan herinneren.