Vermeerdering door deling Gelukkig vermeerderen de meeste bolgewassen zich gemakkelijk door het afsplitsen van kleine bloembollen van de hoofdbol. Het grote voordeel van deling van de ouderplant is dat alle geselecteerde eigenschappen in de nieuwe bloembollen behouden blijven.
Alleen via vegetatieve vermeerdering is het mogelijk een nieuwe partij bloembollen te telen met hetzelfde uiterlijk en eigenschappen als de oorspronkelijke plant. Een aantal van de kleine voorjaarsbloeiende bloembollen verwildert eenvoudig door zaad of broedbolletjes (zie verwilderingstips).
Narcissen vermeerderen
De beste manier om narcissen te vermeerderen, is door de bollen uit te graven en te verdelen als ze niet meer actief zijn.
Bloembollen haal je uit de grond als ze volledig uitgebloeid zijn en het blad en de steel helemaal afgestorven zijn. Schep ze voorzichtig uit de grond en veeg de aarde van bol af. Spoel ze niet af met water! Aan de onderkant van de uitgebloeide bloembollen zie je vaak nieuwe bolletjes ontstaan.
Laat je de bollen nadat je ze gekopt hebt in de grond zitten, dan heb je kans dat ze het volgende jaar weer bloeien. De grond waar de bol in zit is eigenlijk net iets te koud. Hierdoor krijgt de bol niet de juiste temperatuurbehandeling en worden de bloemen vaak kleiner en dunner.
De bloembollen van tulpen en (gewone) hyacinten kun je beter niet in de grond laten zitten. Als de bladeren zijn afgestorven en afgeknipt, kun je de bollen van deze planten uit de grond halen. Bewaar deze afgedekt in een doos, op een droge en koele plek. In het najaar kun je de bollen weer in de grond zetten.
Wat moet ik doen als mijn narcissen zijn uitgebloeid? Als narcissen zijn uitgebloeid laat je ze lekker staan.Laat het loof volledig afsterven tot het een geel of bruine kleur heeft.
Je kan de narcissen dus in grond laten verwilderen. Knip het blad niet af, maar laat het blad en de stelen geel worden. Dat betekent dat de bladeren afsterven. De bol haalt in dit proces alle energie die het nodig heeft uit het gewas om het volgende jaar weer tot bloei te komen.
Uitgebloeide bloemen gelijk verwijderen
De uitgebloeide bloemen (de zaaddozen) moeten wél (liefst regelmatig) gelijk worden verwijderd, omdat de plant anders al zijn energie gaat steken in zaadvorming. Door de bloem weg te knippen steekt de plant alle energie in de bol en heb je het volgend jaar weer prachtige bloemen.
Verwilderingsbollen zoals lenteklokjes, krokussen, narcissen, sneeuwklokjes en sterhyacinten, lijken een beetje op meerjarige bollen. Je hoeft ze ook maar een enkele keer te planten en dan komen ze ieder jaar terug. Daarbovenop vermeerderen deze bollen zich ook, zonder dat je er iets aan hoeft te doen.
Tulpen zijn bollen die je gemakkelijk kunt vermeerderen. Als je de bollen in de zomer uit de grond haalt kun je aan de onderkant van de bol kleine bolletjes zien zitten. Dit zijn bloembollen in de maak. Deze kun je losmaken van de 'moeder tulpenbol'.
Ook de bollen van narcissen, hyacint, druifhyacint, dwergiris en krokus moeten/mogen nu de grond in. Hoe vroeger je plant, hoe vroeger ze bloeien. Voor een natuurlijk effect strooi je de bollen nonchalant uit in de border. Plant ze daar waar ze neerkomen.
Niet te vroeg maaien
Wilde narcissen slaan - net als alle bolgewassen - energie op in hun bol. Na de bloei moet de plant afsterven, pas daarna mag je ze maaien. De narcissen verspreiden zich door zaad.
Een beetje stuifmeel van de ene bloem op de stamper van de andere bloem aanbrengen.Daarna gaat hij er zaad van winnen.Uit het zaad kweekt hij bollen. Na ongeveer vijf jaar gaan die bollen bloeien.
Enkeljarige bollen bloeien het eerste jaar op hun allermooist, en komen het volgende jaar ook nog op. Na verloop van tijd is de bloei over. Meerjarige bollen zijn bloembollen die meerdere jaren achterelkaar bloeien. Verwilderingsbollen komen ook ieder jaar terug, maar breiden zich ook nog eens uit.
Bewaar uitgebloeide bloembollen in een kartonnen doos
Je kunt de bloembollen van eind september, oktober tot zelfs in november weer planten. De meeste van de voorjaarsbloeiers uit een bol plant je in september. Denk aan sterhyacint, sneeuwklokjes, dwergiris en de krokus.
1) Tulpenbollen in de grond laten zitten
We krijgen vaak de vraag of tulpen meerjarig zijn. Het antwoord is nee. De meeste tulpensoorten zijn niet meerjarig. Je kan er wel voor kiezen om je tulpenbollen in de grond te laten zitten.
Narcissen kunnen lijden aan iets wat Britten 'blindness' noemen. Dan produceren ze gezonde bladeren, maar komen ze niet tot bloei. Er zijn verschillende redenen waarom dit kan gebeuren, waaronder slechte grond, schaduw en te veel bollen te dicht op elkaar.
Dat komt omdat narcissen geschikt zijn om te verwilderen. Dit betekent dat de bollen elk jaar terugkomen en na de bloei zelfs ondergronds nieuwe bollen vormen. Dit betekent dat narcissen niet alleen elk jaar terugkomen, maar zich ook voortplanten. Vaak wordt de bloei wel elk jaar steeds iets minder.
Afhankelijk van de soort bloeit de narcis van februari t/m mei. Na de bloei kun je de bol gerust in de grond laten. Ze zullen zich verwilderen en vermeerder, waardoor je volgend jaar opnieuw én van nog meer bloemen kunt genieten.
Bollen pellen
Na het rooien pelt men de bollen door de kleine broedbolletjes onder de bollen te verwijderen. Deze broedbolletjes kun je net als de volwassen bloembollen bewaren en het volgende jaar opnieuw planten. Je zult zien dat deze bollen ieder jaar een stukje groeien en zich uiteindelijk ook gaan vermeerderen.
Als blauwe druifjes uitgebloeid zijn kan je ze gewoon in de grond laten zitten.
Bloembollen zijn levende planten, geen zaad, waardoor ze uitdrogen als je te lang wacht.