Hoe verloopt cassatie? Een cassatieberoep wordt behandeld door een zetel van 3 of 5 raadsheren van de Hoge Raad. Daaraan gaat vooraf dat het parket bij de Hoge Raad de Hoge Raad adviseert in de vorm van een zogenoemde conclusie. De Hoge Raad gaat uit van de feiten in een zaak zoals het hof die heeft vastgesteld.
De procedure begint met een dagvaarding of verzoekschrift waarin de gronden van het cassatieberoep (de “middelen”) zijn opgenomen. Wanneer de verweerder in cassatie verschijnt (in de persoon van een advocaat bij de Hoge Raad), krijgt hij een termijn om een conclusie van antwoord in te dienen.
Wat gebeurt er bij cassatie? De Hoge Raad behandelt de zaak niet meer inhoudelijk, maar kijkt of het recht en de procesregels goed zijn toegepast. Is dit niet zo? Dan kan de Hoge Raad de uitspraak van het gerechtshof vernietigen (casseren).
Cassatie heeft dus geen zin als beide partijen denken dat de procedure bij de desbetreffende rechter volgens de regels is verlopen, terwijl de uitspraak rechtens juist is en voldoende gemotiveerd. De partij die om de cassatie heeft gevraagd wordt eiser tot cassatie genoemd, de tegenpartij de verweerder in cassatie.
Cassatie afgewezen
Ingeval het cassatieberoep wordt afgewezen, dan wordt de uitspraak van het gerechtshof onherroepelijk. Het kan dan tot een executie van de straf komen. Gewoonlijk is dat het einde van de zaak.
Het belangrijkste verschil tussen hoger beroep en cassatie is dat in hoger beroep de zaak in zijn geheel opnieuw ter beoordeling kan worden voorgelegd en in cassatie niet; in cassatie beoordeelt de Hoge Raad alleen of in hoger beroep het recht goed is toegepast.
Cassatiemiddelen zijn de argumenten die worden opgesteld tegen de uitspraak van een lagere rechter, welke worden verwerkt in de cassatieschriftuur. Uw advocaat formuleert daarin dus de klachten die u heeft tegen de eerder gedane uitspraak.
Het Hof van Cassatie gaat enkel na of een “in laatste aanleg gewezen” vonnis of arrest (dit is nà het instellen van de gewone rechtsmiddelen van hoger beroep en verzet), de wet schendt of een rechtsregel miskent.
Oorspronkelijk beroep van appellant. Wordt zo genoemd wanneer incidenteel beroep is ingesteld.
Een partij die het niet eens is met een uitspraak van de rechter in hoger beroep, kan in een civiele zaak, een bestuursrechtelijke zaak over fiscale/belasting en in een strafzaak in cassatie gaan bij de Hoge Raad der Nederlanden. In de uitspraak staat binnen welke termijn dit mogelijk is.
U kunt bij de Hoge Raad cassatieberoep aantekenen indien u het niet eens bent met de uitspraak van het hof (soms de rechtbank). De Hoge Raad is de hoogste rechter op het gebied van (o.a.) het strafrecht, ook voor strafzaken uit Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Saba en Sint Eustatius.
De cassatie procedure in strafzaken duurt tegenwoordig gemiddeld ongeveer een jaar. Maar een cassatiezaak kan ook een stuk korter of langer duren. Soms stuurt het hof het dossier al binnen een maand naar de Hoge Raad, soms pas na ruim een jaar.
Cassatie tegen een uitspraak van een gerechtshof moet worden ingesteld door een verklaring af te leggen op de griffie van het gerechtshof dat de uitspraak deed. In strafzaken mag de verdachtezelf beroepin cassatie instellen, maar hij kan dit ook door een advocaatof een gemachtigde laten doen.
Wilt u in cassatie na hoger beroep? U bent in hoger beroep gegaan bij het gerechtshof, maar bent het ook niet eens met die uitspraak. Dan kunt u in cassatie na hoger beroep bij de Hoge Raad. Deze hoogste rechter oordeelt of het recht en de procesregels correct zijn toegepast door het gerechtshof.
De Hoge Raad is de hoogste rechter en kan besluiten dat een rechtszaak over moet. De Hoge Raad kan ook besluiten dat een rechtszaak heropend moet worden (herziening).
De cassatie procedure in deze zaken duurt tegenwoordig gemiddeld ongeveer een jaar. Maar een cassatiezaak kan ook een stuk korter of langer duren. De cassatieprocedure heeft een vaste opzet, met verschillende fases. Voor enkele fases geldt een vaste termijn, maar van de andere kan de duur juist sterk variëren.
Het Hof van Cassatie bestaat uit drie kamers. De eerste kamer houdt rechtszitting op donderdag en vrijdag. Zij behandelt civiele zaken, zaken van economisch en handelsrecht, administratieve zaken en tuchtzaken. De tweede kamer houdt rechtszitting op dinsdag en woensdag.
Cassatie heeft schorsende werking, tenzij (zoals meestal gevorderd wordt) de bestreden beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard is (art.
De Hoge Raad: hoogste rechter in civiele zaken, strafzaken en belastingzaken. De Hoge Raad is een cassatiegerecht. Dat betekent dat de Hoge Raad beoordeelt of een lagere rechter (rechtbank/gerechtshof) bij een uitspraak het recht juist heeft toegepast en of de procedure op de juiste wijze is gevolgd.
Een cassatieberoep wordt behandeld door een zetel van 3 of 5 raadsheren van de Hoge Raad. Daaraan gaat vooraf dat het parket bij de Hoge Raad de Hoge Raad adviseert in de vorm van een zogenoemde conclusie. De Hoge Raad gaat uit van de feiten in een zaak zoals het hof die heeft vastgesteld.
Meestal verwijst de Hoge Raad de zaak dan naar een rechter van een ander gerechtshof. Deze zogenoemde verwijzingsrechter behandelt de rechtszaak dan inhoudelijk opnieuw, rekening houdend met de uitspraak van de Hoge Raad, en doet uitspraak.
Bij het doen van een uitspraak kijkt de rechter naar de wet, de feiten (wat is er precies aan de hand), persoonlijke omstandigheden en verklaringen van deskundigen en getuigen.
Constitutionele toetsing door de rechter houdt in dat de rechter toetst (of mag toetsen) of wetten al dan niet in overeenstemming zijn met de Grondwet. Het huidige artikel 120 van de Grondwet bepaalt dat de rechter niet mag beoordelen of wetten en verdragen in strijd zijn met de Grondwet.