Bij kruispunten, een kruising of splitsing van wegen mag tot op een afstand van 5 meter niet geparkeerd worden, in de bocht van een doorgaande weg mag dit in beginsel wel. Op grond van artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 is het echter een ieder verboden zich zo te gedragen dat een gevaar of hinder veroorzaakt kan worden.
In een zone van vijf meter voor en na een oversteekplaats. In een zone van vijf meter voor en na een bocht. Bij een bushalte (passagiers laten in- of uitstappen mag hier wel, zolang het de bus niet hindert)
Op grond van art 24 lid 1 sub a RVV is het verboden een voertuig te parkeren bij een kruispunt op een afstand van minder dan vijf meter daarvan. Denkbeeldig zou u de afslaande weg (inclusief eventuele stoep) op de doorgaande weg kunnen doortrekken.
De wet zegt namelijk dat je minstens één meter afstand moet laten tussen jouw auto en de auto's die voor en achter je geparkeerd staan. Parkeren in een kleinere plaats is dus niet toegelaten.
Binnen de bebouwde kom, mag je links op de rijbaan parkeren of op de gelijkgrondse berm links naast de rijbaan. Auto's mogen op die plaats parkeren: binnen de bebouwde kom; de rijbanen zijn gescheiden door een gelijkgrondse berm (waar de auto's staan).
De vijf meter die we hanteren vanaf een kruispunt is vijf meter vanaf het 'kruisingsvlak'. De vakken die in foto 2 zijn toegevoegd, geven aan waar u buiten het kruisingsvlak mag stilstaan zonder te hinderen. Stilstaan is om onmiddellijk te laden en/of te lossen, of onmiddellijk personen te laten in- en/of uitstappen.
Uit jurisprudentie blijkt dat langer dan 10 minuten stilstaan inhoudt dat er sprake is van parkeren. Kiss and Ride is dan gelimiteerd tot maximaal 10 minuten stilstaan.
Wanneer is er sprake van gevaar of hinder bij parkeren? Een voertuig zodanig op de weg laten staan dat gevaar of hinder wordt of kan worden veroorzaakt of verkeer in gevaar wordt gebracht of kan worden gebracht. Daarbij kan het gaan om gevaar voor personen en goederen.
Op welke afstand? In het verkeersreglement staat niets over de afstand. In principe mag je dus tot helemaal tegen de garage parkeren. Maar wanneer duidelijk is dat je het in- en uitrijden daardoor zal hinderen (b.v. in een smalle straat, of omdat de inrij zeer smal is), dan kan je maar beter enige afstand houden.
De algemene regels. Stilstaan en parkeren doe je in principe op een parkeerstrook of als er een berm is, op die berm. Binnen de bebouwde kom mag je niet parkeren op de verhoogde berm, het mag enkel op de gelijkgrondse berm.
Wat kunt u doen indien een voertuig dat zich op de openbare weg bevindt de toegang tot uw garage of oprit blokkeert? Aangezien het een overtreding is op de wegcode, zult u een beroep moeten doen op de politie opdat ze ter plaatse komt, de situatie opmeet en een proces-verbaal opstelt.
Binnen 5 meter van een kruispunt. Voor een in- of uitrit. Buiten de bebouwde kom op de rijbaan van een voorrangsweg.
Een kruisingsvlak is het gedeelte van het kruispunt waar het verkeer elkaar kruist. Eenvoudig gesteld loopt het kruisingsvlak van stopstreep tot stopstreep. Bij een vierarmig kruispunt is het kruisingsvlak een vierhoek.
Een overtreding van eerste categorie (parkeren of stilstaan waar dat verboden is) wordt dan bestraft met een administratieve geldboete of onmiddellijke betaling van 58 euro. Op overtredingen van tweede categorie staat vanaf september een boete van 116 euro.
De Wegcode stelt immers dat binnen de bebouwde kom bestuurders van een auto of een motorfiets ten minste 1 meter zijdelingse afstand moeten houden tussen hun voertuig en een (brom)fietser. Buiten de bebouwde kom bedraagt die afstand zelfs 1,50 meter.
Ook kan er onderscheid worden gemaakt op grond van de vorm van het kruispunt: Driesprong, een kruispunt met drie takken. Varianten zijn een T-splitsing, waarbij een tak loodrecht op de andere twee staat, en een Y-splitsing, waarbij dit niet zo is. Viersprong, een kruispunt met vier takken.
In principe mag je overal stilstaan en parkeren tenzij het nadrukkelijk verboden is. Parkeer vooral op de plaatsen die daarvoor zijn ingericht zoals parkeervakken en parkeerstroken.
Een berm is nog onderdeel van een weg, een groenstrook is kunstmatig aangelegde beplanting (terug te vinden in het inrichtingsplan) en met een heel ander doel aangelegd...
Mag je parkeren voor je eigen uitrit of garage? Het Reglement verkeersregels en verkeerstekens uit 1990 is in artikel 24, lid 1b, is duidelijk. Het mag officieel niet. Toch zou het een oplossing kunnen zijn om de parkeercapaciteit in de wijk te vergroten.
U mag uw voertuig niet parkeren voor een inrit of een uitrit. Houd altijd rekening met ander verkeer als u parkeert. Parkeer niet (half) op de stoep. Als u een parkeerplek verlaat, laat dan het overige verkeer voorgaan.
Om uw auto in de garage te zetten wordt het wel een in/uitrit. En u mag uw auto niet op het trottoir plaatsen, u heeft uw garage toch niet voor niets. Het bordje uitrit vrijlaten op de deur van uw garage geeft wel duidelijkheid voor eventuele andere bezoekers.
Auto laten wegslepen
de stoep blokkeert. andere geparkeerde auto's blokkeert. op een parkeerplaats staat die is gereserveerd voor iemand anders, bijvoorbeeld met een Tijdelijke verkeersmaatregel (TVM). op een gehandicaptenparkeerplaats staat.
U mag uw voertuig niet dubbel parkeren. Als een parkeergelegenheid voorzien van een parkeerbord ingedeeld is in parkeervakken, mag alleen binnen de vakken geparkeerd worden.