' 'Hoe ver is het naar het station? ' heeft de voorkeur. Bij hoe( )ver geldt het volgende betekenisverschil: als een afstand bedoeld is, is hoe ver juist; in meer figuurlijke zin is hoever één woord.
We schrijven hoe lang los als het verwijst naar de lengte van iets. Gaat het om de duur van iets, dan schrijven we hoelang aaneen.
Hoeveel is een onbepaald telwoord dat vraagt naar een bepaalde hoeveelheid. In dat geval schrijven we hoeveel aan elkaar.
De correcte spelling is hoe laat, in twee woorden.
Wat is goed: aan elkaar of aanelkaar? En hoe zit het bijvoorbeeld met bij elkaar / bijelkaar en met elkaar / metelkaar? Goed zijn: aan elkaar, bij elkaar en met elkaar. Elkaar staat dus telkens los achter het voorzetsel.
Samenstellingen (woorden uit twee of meer zelfstandige naamwoorden) schrijf je altijd aan elkaar, zonder spaties dus. Het is bijvoorbeeld autoverzekering en niet auto verzekering. Ook langere woorden schrijf je aan elkaar, tenzij er verwarring ontstaat. Autoverzekeringspolis schrijf je dus ook gewoon aan elkaar.
Is het hoeveel of hoe veel? Je schrijft hoeveel altijd aan elkaar en dit kan je niet los van elkaar schrijven, zoals: Hoeveel kost de Individuele training Zakelijk Engels?
Er komt een streepje tussen twee delen van een complex woord, als aan de ene of de andere kant van de grens tussen die twee delen speciale tekens voorkomen, zoals hoofdletters, cijfers, symbolen, leestekens, aanhalingstekens of typografische markeringen.
Als twee (of meer) woorden samen één nieuw woord vormen, heet dat een samenstelling. Zo kun je met rug en zak de samenstelling rugzak vormen. In het Nederlands kun je ontelbaar veel en in principe oneindig lange samenstellingen maken.
Het vragend voornaamwoord welk krijgt de vorm welke als het bij een de-woord of een meervoudig woord staat. Bij een enkelvoudig het-woord is welk de correcte vorm.
[archaïsch] wat •vragend: op welke wijze? betrekkelijk: op welke wijze.
Zelfstandige naamwoorden zijn woorden die 'een zelfstandigheid' aanduiden: huis, boom, vrouw, hout, liefde en vakantie bijvoorbeeld. Vaak staat er de, het of een voor. Zelfstandige naamwoorden kunnen concrete zaken aanduiden, zoals mensen (man, Ineke), dieren (paard) en dingen (huis, hout).
Samengestelde woorden zijn woorden die bestaan uit 2 of meer kortere woorden. Die delen zijn dan samengevoegd tot 1 woord. Alle delen van het samengestelde woord kunnen ook los van elkaar gebruikt worden. De woorden huis en baas vormen samen bijvoorbeeld het woord huisbaas.
Bijwoord. loskrijgen: Hij kreeg de knoop niet los.
In een juridische of wetenschappelijke context is het soms nodig om elke twijfel over de betekenis van of uit te sluiten. In zulke gevallen kunt u door het gebruik van en/of expliciet maken dat de betekenis 'en' wel degelijk van toepassing kan zijn. Een nevenschikking met en/of betekent 'of x, of y, of x en y'.
Het is aan te bevelen om in formele schrijftaal, bijvoorbeeld in zakelijke teksten, met wie te gebruiken als u naar personen verwijst. Veel taalgebruikers beschouwen die vorm als de meest verzorgde. In gesproken taal en in informele schrijftaal is naast met wie ook waarmee gebruikelijk.
Volgens de Dikke Van Dale is weggeweest het voltooid deelwoord van wegwezen. Dat werkwoord ken ik vooral als gebiedende wijs in de betekenis 'hoepel op'. Maar het heeft volgens het woordenboek een complete vervoeging, al is die bijna identiek aan die van (weg) zijn. Dus: ik ben/was weg, wij zijn/waren weg enzovoorts.
Het gedachtestreepje of aandachtsstreepje (–) is een leesteken dat de vorm heeft van een liggend streepje. Het wordt gebruikt ter afscheiding van een tussenzin of voor het aangeven van een onverwachte wending.
Het koppelteken (-) is het korte liggend streepje dat gebruikt wordt om de delen van sommige samenstellingen, afleidingen en samenkoppelingen te verbinden. Hetzelfde liggend streepje wordt gebruikt als weglatingsstreepje in een samentrekking, om aan te geven op welke plaats een woorddeel is weggelaten.
In het Nederlands worden samengestelde woorden aaneengeschreven. Geen spaties dus in 'rodewijnglazen' en 'publicrelationsafdeling', hoewel je in sommige gevallen wel een koppelteken mag gebruiken als dat de leesbaarheid bevordert. Er / hier / daar en een voorzetsel schrijf je aan elkaar.
Als beide naar personen verwijst en zelfstandig gebruikt wordt, schrijven we beiden. Beide is zelfstandig gebruikt als er geen zelfstandig naamwoord op volgt en beide ook niet aangevuld kan worden met een zelfstandig naamwoord uit dezelfde zin of de zin die onmiddellijk voorafgaat.
Samenstellingen met gelijkwaardige delen
Een samenstelling waarvan de eerste twee of drie delen gelijkwaardig zijn, krijgt een koppelteken tussen die delen.
Als boven op gevolgd wordt door een zelfstandig naamwoord of een persoonlijk voornaamwoord, schrijven we de combinatie in twee woorden. Op is dan een voorzetsel en boven een bijwoord bij dat voorzetsel. De vaas staat boven op de kast.
Een acroniem is een afkorting die bestaat uit de eerste letters van andere woorden, en uit te spreken is als een woord. Deze afkortingen zijn vaak bekender dan de originele term die afgekort wordt.