De ene keer staat het naast zijn bed, de andere keer in de woonkamer. Je kind moet nu leren om telkens naar één bepaalde ruimte toe te gaan als hij moet plassen of poepen. Je kunt hem daar alvast aan laten wennen door het potje overdag een vaste plek in het toilet te geven, vlak naast de toiletpot.
Laat je peuter niet te lang op het potje zitten. Enkele minuten is voldoende. Geef complimentjes, bijvoorbeeld als je kind tegen je gezegd heeft dat het naar de wc moet, iets gedaan heeft of het heeft geprobeerd.
Bij angst voor poepen kunt u structuur bieden door na ieder eetmoment het kind minimaal vijf minuten op de wc te laten zitten. Op deze manier wordt het normaal. Als uw kind wel aangeeft dat het moet poepen maar het niet durft op de wc kunt u afspreken dat het dan tijdelijk een luier om mag tijdens het poepen.
Reken er niet op dat de potjestraining in een week beklonken is. Het kan drie tot zes maanden duren, afhankelijk van het kind. 's Nachts droog blijven kan zelfs tot een jaar duren. Niet elk kind wordt automatisch zowel overdag als 's nachts tegelijk zindelijk.
Richtlijn om te starten met de zindelijkheidstraining ligt tussen de één en twee jaar. Er zijn deskundigen die stellen dat je best kunt beginnen als je kindje 1,5 jaar oud is. Stel je start niet te lang uit, het is niet bewezen dat eerder starten slecht zou zijn.
Je voelt de inco bij de eerste plas al zwaarder worden en daardoor is het gevoel ook anders. Hoe meer je plast, hoe harder en zwaarder de inco lijkt te worden.
Heeft je kind moeite om op het potje of op de wc te gaan zitten, ga dan vooral niet pushen. Hou het leuk en begeleid hem op een respectvolle en liefdevolle manier naar de wc of het potje. Blijf erbij als hij zijn behoefte doet. Geef duidelijk aan wat je van hem verwacht en zorg dat het leuk is.
Het is goed en gezond als je kind ongeveer zes tot zeven keer op een dag plast. Vaker is geen probleem, minder vaak liever niet. Deze plasmomenten zijn te verdelen over de dag – het beste is 's ochtends twee keer, 's middags drie keer en 's avonds nog eens twee keer.
De meeste kinderen worden zindelijk overdag tussen de 2 en 3 jaar, en tussen de 4 of 5 jaar gebeurt dat ook 's nachts. Maar maak je niet druk als het wat langer duurt: ieder kind ontwikkelt zich op zijn of haar eigen tempo.
Het is belangrijk te voorkomen dat het plassen en poepen op het potje een machtsspelletje wordt. Dit doe je door rustig en neutraal te reageren wanneer je kindje niet op het potje wil. Leidt je kindje even af met iets anders en probeer het later opnieuw. Dwing je kind niet om op het potje te gaan.
De signalen die een kind geeft zijn belangrijker om dit moment te bepalen dan een vaste leeftijd of start van de kleuterschool. Een kind is klaar om zindelijk te worden als hij of zij: begrijpt dat pipi of kaka in het potje hoort. voelt dat hij of zij pipi of kaka moet doen en dit kan ophouden tot het potje.
Overigens zijn er mensen die dit om die reden juist geen goed idee vinden, want een kind half slapend laten plassen betekent dat hij zich er niet bewust van is, en dat werkt dan dus niet bevorderlijk voor het proces. Echter, het vergroot de kans op een droge nacht aanzienlijk.
De uitwendige kringspier zorgt ervoor dat we de ontlasting op kunnen houden. Bij het ophouden van de ontlasting spelen ook de bekkenbodemspieren een belangrijke rol. De bekkenbodem is een spierplaat onder in de buikholte. De bekkenbodem speelt niet alleen een rol bij de stoelgang, maar ook bij het ophouden van urine.
Verstopping komt vaak door weinig drinken, te weinig vezels eten en te weinig bewegen. Dit helpt: drink 1,5 tot 2 liter per dag, eet genoeg vezels en beweeg elke dag. Soms zijn medicijnen nodig.
Wat kan er fout lopen bij de zindelijkheidstraining? Het hanteren van te strikte hygiëne thuis kan ervoor zorgen dat het kind vies wordt van andere toiletten. Het kind is thuis vaak gewoon van in een paleis naar het toilet te mogen gaan, maar op school is dit meestal niet het geval.
' Waanders raadt aan om het even twee á drie weken los te laten: "Laat je dochter gewoon in haar luier poepen. Geef een compliment dat ze dit zo goed zelf aangeeft. Want ook dit is al een stap: ze signaleert dat ze moet, benoemt het én kan het ophouden tot jij de luier aangeeft.
Sommige peuters plassen zelfs nog veel meer. Maar dat is tegelijkertijd ook goed nieuws. Al deze 'ongelukjes' zorgen er namelijk voor dat hij of zij het gevoel van aandrang leert herkennen. Als een peuter zo'n 20x per dag plast kun je dus goed oefenen.
Heerlijk om geen luiers meer te hoeven verschonen, maar toch zien veel ouders er tegenop: zindelijkheidstraining. Toch kunnen kinderen al vroeg zindelijk worden, vertelt psycholoog Debby Mendelsohn in een podcast van Ouders van Nu.
Zindelijk worden heeft te maken met het voelen van je eigen lichaam, je moet erop letten wat je bij jezelf voelt. Voor het eerst komt er een soort scheiding tussen het boven- en onderlichaam. Wat er van boven ingaat is lekker en goed. Wat er van onderen uitkomt is vies en moet weg.
Zet 'm gewoon neer op een handige plek, in de badkamer of naast de wc, en laat je kind het potje zelf ontdekken. Het is wel belangrijk dat je kind het leuk vindt om op het plaspotje te gaan zitten. Leg daarom niet de nadruk op het plaspotje, door te zeggen: 'Je gaat nu op het potje'. Maar maak er iets gezelligs van.