De regel voor de gebiedende wijs is vrij duidelijk en eenvoudig: de gebiedende wijs krijgt altijd alleen de stam. Houd schrijf je dus zonder t. Soms twijfel je misschien of er sprake is van de gebiedende wijs.
Een andere basisregel is het plaatsen van de –t achter de stam wanneer het onderwerp de hij-, zij- of het-vorm heeft. Bij het werkwoord 'houden' is de stam 'houd. ' In de hij-, zij- of het-vorm pak je dus de stam (houd) en daar plak je een –t achter. Dan ontstaat het woord 'houdt'.
In gesproken taal is hou de gewoonste vorm, evenals in minder formele geschreven taal. In formelere geschreven taal komt de vorm houd meer voor.
Is houd of houdt juist in 'Houd(t) rekening met een wachttijd'? 'Houd rekening met een wachttijd' is juist. Houd is hier een gebiedende wijs en die is gelijk aan de ik-vorm van het werkwoord. Er komt dus geen t achter.
Na het persoonlijk voornaamwoord je/jij (tweede persoon) komt er een t achter de stam houd: Jij houdt toch niet van voetbal? Je houdt het schilderij verkeerd om. Je houdt geen rekening met anderen.
Houdt, met een t aan het eind, is niet correct als gebiedende wijs (ook niet als meer dan één persoon wordt aangesproken). We zeggen bijvoorbeeld ook 'Neem een winkelwagentje' en niet 'Neemt een winkelwagentje.
Maar houdt vol is fout. Dat moet zijn houd vol of hou vol. Waarom? Omdat een imperatief tweede persoon enkelvoud is (volg deze link voor uitleg), en omdat jij ontbreekt achter de persoonsvorm.
Hou en houd zijn allebei goed.
Het werkwoord bezighouden wordt in één woord geschreven.
Ook de vervoegde vormen schrijven we in één woord, tenzij de twee delen (bezig en houden) gescheiden worden door andere woorden (bijvoorbeeld: wat me bezig heeft gehouden), of de volgorde ervan gewisseld is (bijvoorbeeld: ik hou me bezig).
De correcte vervoeging is je/jij vindt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is. Als u daaraan twijfelt, kunt u je proberen te vervangen door jij of jou(w).
Moed is de bereidheid de confrontatie met lichamelijke pijn, tegenslag, levensbedreiging, onzekerheid, angst en intimidatie aan te gaan en te doorstaan. Het is een van de vier kardinale deugden, een psychologisch kenmerk en een karaktertrek. Soms wordt er onderscheid gemaakt tussen lichamelijke moed en morele moed.
Houd is de eerste persoon enkelvoud van het werkwoord houden. Houdt is de tweede of derde persoon enkelvoud van houden.
In de eerste zin vraagt iemand mij wat mij tegenhoudt om iets te doen. Misschien wordt het nog duidelijker als je je vervangt door jou: wat houdt jou tegen. Het onderwerp in de eerste zin is dan ook wat en niet je. In de tweede zin gaat het om de vraag wat ik tegenhoud.
Houd in de zin Houd er er rekening mee dat… staat in de gebiedende wijs. De regel voor de gebiedende wijs is vrij duidelijk en eenvoudig: de gebiedende wijs krijgt altijd alleen de stam. Houd schrijf je dus zonder t.
In de uitspraak valt de d vrijwel altijd weg en is het dus ik hou van jou. Dit gebruik dringt ook steeds meer door in de geschreven taal. Literaire uitgevers hebben daarom vaak een voorkeur voor deze vorm, zeker als het gaat om de weergave van een conversatie.
Een functie is de taak die iemand uitoefent of de werking van iets. Het gaat hierbij dus zowel om de functie van personen als van gebruiksvoorwerpen. Een functie van een persoon houdt verband met het beroep dat die persoon uitoefent.
Als niet-onderwerpsvorm kunnen we zowel me als mij gebruiken. Het is aan te bevelen om zo veel mogelijk de gereduceerde vorm me te gebruiken. Overmatig gebruik van de volle vorm mij maakt zowel gesproken als geschreven taal onnatuurlijk. De collega's hebben me (mij) uitgenodigd.
[ov] de aandacht afleiden. iets te doen geven. [refl] "zich ~ met": als onderwerp van belangstelling hebben.
Zowel in gesproken als in geschreven taal is ik rij de gewone vorm. De vorm met -d komt vooral voor in formelere geschreven taal.
Het werkwoord willen geven we in de derde persoon enkelvoud geen -t: hij wil, wil hij. De vorm hij wilt* (of wilt hij*) is niet correct.
Beide schrijfwijzen zijn goed. Vroeger werd verschil gemaakt tussen schrijftaal 'ik houd je op de hoogte' en spreektaal 'ik hou je op de hoogte'. Tegenwoordig is dat niet meer zo.
Inhoudt is een vorm van het werkwoord inhouden ('te betekenen hebben, behelzen'). 'Ik wil weten wat dat inhoudt' is vergelijkbaar met bijvoorbeeld 'Ik wil weten wat dat zegt', 'Ik wil weten wat dat oplevert' en 'Ik wil weten wat dat toevoegt. ' In al deze gevallen moet je een t aan de stam toevoegen.
De gebiedende wijs is een werkwoordsvorm die we gebruiken om een gebod of een bevel uit te drukken. In zinnen met een gebiedende wijs ontbreekt het onderwerp en staat de werkwoordsvorm op de eerste plaats.